Wetenschap 7 september 1999

Met Agramaat kan varkenshouder op eigen erf mest verwerken

Van zwijnendrek tot Spa en bloempot

Door Helma Rebel-Struijk
Varkensmest erin, schoon water en vezels eruit. „Het water is zo zuiver dat het de smaak van Spa heeft”, zegt F. Bouman uit Rotterdam. De bedenker van de Agramaat 1000 heeft blijkbaar geen moeite met een glaasje drinkwater uit uitwerpselen van varkens. Met de Agramaat kunnen varkenshouders mest 'aan huis' verwerken, een welkome oplossing nu boeren er zelf voor moeten zorgen dat ze hun mestoverschot afzetten.

„Oude wijn in nieuwe zakken”, betitelt minister Brinkhorst van Landbouw de mestverwerking op eigen bedrijf. Hij kwam vorige week met aanpassingen van de varkenswet. Geen gedwongen inkrimping van de varkensstapel, maar mestafzetcontracten moeten gaan zorgen voor de noodzakelijke vermindering van de stikstofproductie in de veeteelt. Veehouderijbedrijven moeten zelf hun mestoverschot kwijt zien te raken via bijvoorbeeld een akkerbouwer of mestverwerker.

Mestverwerking op de veebedrijven zélf ziet Brinkhorst blijkbaar niet zitten. Die oplossing staat juist wel centraal in het plan van de Nederlandse Vakbond voor Varkenshouders (NVV). Een deel van de varkenshouders zal ervoor kiezen zelf de mest te verwerken, verwacht de vakbond. Een aantal initiatieven is in de maak en verschillende apparaten worden al getest bij bedrijven.

Op het proefstation voor de varkenshouderij in het Brabantse Sterksel zet binnenkort de Agramaat 1000 varkensmest om in schoon water en zachte vezels. Het apparaat is een vinding van F. Bouman, chemisch werktuigbouwkundige en directeur van het Rotterdamse bedrijf ACD Chemicals. Voor 22 gulden zet de Agramaat een kuub varkensmest om in onschadelijke en bruikbare stoffen.

Wil een varkensboer op dit moment die hoeveelheid mest uitrijden op het land van een akkerbouwer, dan is hij zo'n 15 tot 20 gulden kwijt, schat H. Boelrijk, secretaris van de vakgroep varkenshouderij van LTO-Nederland. De kosten zijn volgens hem echter heel wisselend. Bovendien is afzet niet altijd gegarandeerd: de weersomstandigheden kunnen ervoor zorgen dat uitrijden niet mogelijk is. Een apparaat dat voor zo'n 22 gulden per kuub mest verwerkt, is in de ogen van Boelrijk dan ook rendabel, en heeft als voordeel dat een varkensboer altijd van zijn mest afkomt.

Zoektocht
Negen jaar kostte de zoektocht van Bouman naar een goed procédé. Nu is het zover dat in januari de eerste machines uit de fabriek rollen, bij Den Hertog Leidingen en Apparatenbouw in Rotterdam, waar Bouman mee samenwerkt. De Agramaat gaat 220.000 gulden kosten. Zesduizend aanvragen uit binnen- en buitenland heeft de Rotterdammer inmiddels liggen.

Varkensmest erin, bruikbare producten eruit, is kort samengevat de werking van Boumans 'drekmachine'. Aanvoer is er genoeg. Hoewel de getallen nogal verschillen, schat de Rotterdamse uitvinder dat de 13.000 Nederlandse varkenshouderijen jaarlijks 23 miljoen ton mest produceren. Het gaat om een waterig goedje: biggenmest –„daar hebben we het meeste van”– bestaat voor slechts 4 procent uit vaste stof. Een volwassen varken produceert iets dikkere mest, maar nog steeds is ruim 90 procent water.

Kern van de Agramaat is Agrastyl, een mengsel van waterstofperoxide en „enkele toevoegingen”, waarop Bouman Europees octrooi kreeg. De toevoegingen zorgen voor een verlenging met een factor 12 van de werking van het waterstofperoxide – onder andere het doden van bacteriën.

Deken
„Als Agrastyl in aanraking komt met organische stoffen in de mest, 'explodeert' het”, legt Bouman uit. De zuurstofbelletjes die vrijkomen, zoeken een weg naar het oppervlak van de vloeistof en nemen zo'n 40 procent van de vaste bestanddelen mee. De vaste stof gaat als een deken op de waterige onderlaag drijven.

Vervolgens gaat de massa naar twee elektrochemische reactoren. Onder invloed van een spanningsverschil –„de grootte daarvan is het geheim van de smid”– scheiden geladen deeltjes zoals koper, nitraat en nitriet zich af en wordt ammoniak omgezet tot onschadelijke verbindingen. Alle stikstofverbindingen gaan uiteindelijk als het onschadelijke stikstofgas de lucht in.

De derde stap in het Agramaat-proces is de zogenaamde elektroflotatie-unit. Dat gedeelte produceert ook weer kleine gasbelletjes, die nog eens 35 procent van de vaste deeltjes naar het wateroppervlak duwen.

De deken van vaste stoffen wordt 'afgeroomd', wat een vezelige brij oplevert die nog slechts voor een kwart uit water bestaat. De vloeistoflaag gaat door een fijn filter en ondergaat verdere zuivering. Dat levert uiteindelijk twee vloeistofstromen op: schoon water en een zoutoplossing, die teruggaat naar de elektrochemische reactoren. „Dat heeft als voordeel dat er minder spanning nodig is voor de scheiding van de geladen deeltjes”, geeft Bouman aan.

Drinkwater
Het water uit de Agramaat is zo schoon dat het volgens de Rotterdamse uitvinder „de smaak van Spa heeft.” Hij ziet genoeg toepassingen: verkoop aan de industrie als gedemineraliseerd water of gebruik op het veebedrijf zelf, bijvoorbeeld voor het schoonmaken van de stallen of als drinkwater voor de varkens. Ook verkoop aan drinkwaterbedrijven ziet hij wel zitten, het water is daar schoon genoeg voor.

Verder is het mogelijk het schone water te vermengen met de vezelige brij die uit de machine komt. Zijn we dan niet terug bij af? „Natuurlijk niet. De mest die je dan hebt, bevat geen nitraat, nitriet en ammoniak meer en is dus niet belastend voor het milieu.”

Niet alleen het water, maar ook de vezels die de machine verlaten verdienen het predikaat schoon. Bacteriën en ammoniak zitten er niet meer in, dus ruiken doe je niets. Bouman: „Je kunt het gerust in je handen nemen.” Bij een demonstratie van zijn machine, twee weken geleden, werden „heerlijk belegde” broodjes gepresenteerd. Waar de stank van een varkensstal al gauw de eetlust bederft, had de Agramaat geen invloed op de smaak van de bezoekers, concludeerde Bouman bij die gelegenheid. Ze bleken met smaak in de broodjes te happen.

Hij denkt dat er voor de vezelfractie genoeg toepassingen zijn. Het is bacterievrij en leent zich daardoor voor verwerking tot compost na vermenging met gft-afval. Ook is het geschikt basismateriaal voor het persen van vezelplaten, biologisch afbreekbare bloempotten en kleine pallets.