Wetenschap 24 augustus 1999

Laatste bemanning doet bij Russisch ruimtestation de deur dicht

Veteraan Mir met pensioen

Door J. Reijnoudt
Als de huidige ploeg kosmonauten vrijdag bij het Russische ruimtestation vertrekt, betekent dat voor die beroepsgroep het einde van een veelbewogen tijdperk. Er is best een aantal kosmonauten dat nog op dezelfde dag omhoog zou willen, maar de roebels ontbreken. Niet iedereen kan daarmee leven. Er is al een club ”Tot behoud van Mir”, maar waarschijnlijk gaan de volgende ruimtevaarders naar Zarja, het Russische onderdeel van het nieuwe internationale ruimtestation. Dat hebben ze dan te danken aan hun avonturen met Mir.

Het stinkt er, de schimmel staat op de leidingen waaruit giftige koelvloeistof lekt, de lucht is zuurstofarm, warm en vochtig en vanwege het continue lawaai zei een kosmonaut ooit: „Het lijkt alsof je hier in het binnenste van een stofzuiger woont.” Dat is de situatie in Mir begin 1997.

In dat jaar krijgt het ruimtestation, evenals het imago van de Russen, rake klappen. Op 23 februari breekt er brand uit. Het station staat in een mum van tijd vol rook. De kosmonauten grijpen naar hun gasmaskers. Kordaat optreden zorgt ervoor dat ze na anderhalve minuut het sein brand meester kunnen geven. Zo ver van huis en haard mag dat ook niet veel langer duren.

Domme pech, zo'n brandje. Kan iedereen overkomen, ook de Amerikanen. Dat geldt niet voor de crash vier maanden later, op 25 juni. Officieel heet het dat het onbemande bevoorradingsschip Progress –goed voor vers voedsel en post van thuis– de Spektr-module van Mir ramt. Echter, tegenwoordig is veel eerder dan vroeger duidelijk wat de Russen in de lucht- en ruimtevaart uitspoken en al snel blijkt dat hier in plaats van domme pech dwaze doordrammerij een drama veroorzaakt.

De commandant van Mir zal dit keer volledig computergestuurd, zonder dat hij de Progress daadwerkelijk door een raampje ziet, het vrachtschip aan Mir koppelen. Helaas ziet hij veel te weinig op zijn scherm als de Progress in de buurt van het ruimtestation komt. De commandant geeft geen alarm en het grondstation grijpt niet in, maar ondertussen houden de andere kosmonauten de adem in. Zij zien wel, door een patrijspoortje, de Progress op hun onderkomen afstevenen, maar in een totaal verkeerde richting. Seconden later ramt het vrachtschip de Spektr-module.

Niet leuk, maar zeer ernstig. De Mir zweeft dan ruim 400 kilometer boven de aarde, in de buurt van de lemen hutten van Agadez, een afgelegen stadje in een oase van de Sahara in Niger. De Progress slaat een gat in Spektr. De levensbelangrijke zuurstof verdwijnt met een fluitend en sissend geluid vanuit Mir in de luchtledige ruimte. Een van de kosmonauten zegt later op dat moment zeker te weten dat ze allemaal zullen sterven. Dat denkt ook een van zijn collega's en samen proberen ze de deur naar de Spektr-module zo snel mogelijk dicht te krijgen.

Pech
Dan is het ineens weer domme pech. Er liggen nog heel wat kabels op de drempel naar Spektr en een daarvan is van vitaal belang voor de elektriciteitsvoorziening. Na koortsachtige pogingen volgt kortsluiting en stroomuitval. De duisternis valt in. De volmaakte stilte is alarmerend. Nog erger: Mir tolt als een onbestuurbaar projectiel door de ruimte.

Toch lukt het de kosmonauten hun Mir –voor de zoveelste keer– te redden. De naam Mir mag dan vrede betekenen; een rustig bestaan hebben de daar verblijvende ruimtevaarders nooit. Ook niet als zich geen calamiteiten voordoen. Op een doorsnee ruimtedag staat het personeel om acht uur op. Tot tien uur vermeldt het programma: morgentoilet, ontbijt en afluisteren van berichten. Van tien tot twee zijn ze bezig met experimenten en lichamelijke oefeningen. Daarna hebben ze een uurtje voor de lunch en tot half zeven zijn de kosmonauten dan weer bezig met proeven en 'sporten'. Vanaf half zeven tot half negen dineren ze en bespreken ze de dag met elkaar. De rest van de avond is vrije tijd.ô De Russen hebben destijds gekozen voor een riante ruimtewoning, die makkelijk was uit te breiden. Het centrale deel van Mir heeft een massa van iets meer dan 20 ton en is met een lengte van 14 meter en een doorsnee van 4,15 meter te vergelijken met een royale stacaravan. De kosmonauten hebben daar hun werkstations, hun woon- en eetkamer en een douche-/toiletruimte. Voor het doen van wetenschappelijk onderzoek zijn er later verschillende laboratoria aan de kernmodule gekoppeld, zoals de Kwant 1 en 2, de Kristall, de Spektr en de Priroda. Mir weegt nu in totaal 120 ton en trekt zijn baantjes op ongeveer 400 kilometer hoogte met een snelheid van 28.000 kilometer per uur. Een rondje aarde duurt 90 minuten.ô (Veringô (Veel kosmonauten hebben een grote hekel aan het dagelijks sporten, terwijl het wel bittere noodzaak is voor hun conditie. Weinig ruimtevaarders willen een aantal uren per dag fietsen op de hometrainer en trimmen op een lopende band. En als ze het goed doen, dragen ze ook nog een pak met ingebouwde vering die de spieren tegenwerkt.ô Al die lichaamsbeweging is nodig omdat kosmonauten in gewichtloze toestand spiermassa verliezen, waardoor ze niet alleen moeilijker gaan lopen, maar ook een zwakker hart krijgen. De afwezigheid van de zwaartekracht heeft ook effect op bloed en botten. Het bloedvolume neemt snel af van 5 naar 4 liter en de botten verliezen al gauw meer dan 10 procent aan kalk en andere mineralen. Wie onder die omstandigheden niet goed traint, komt als een watje terug op aarde. De meeste kosmonauten verlaten na de terugreis per brancard de Kazachstaanse steppe, het gebied waar ze altijd landen.ô Zo niet de houder van het ruimteduurrecord: de rus en arts Valeri Poljakov. Hij zit in 1994-1995 14,5 maand in Mir, na een eerder verblijf van 8 maanden. Allebei de keren loopt Poljakov, terug op aarde, als een kievit weg bij de landingscapsule. ,Als we straks op de rode planeet landen, staat er ook niemand klaar om ons daar op te vangen", aldus Poljakov. Het soort trips als tochten naar Mars hebben zowel de Amerikanen als de Russen voor ogen bij de huidige experimenten in de ruimte.ô (Ervaringô (Het staat onomstotelijk vast dat de Russen de lijst aanvoeren van landen met ervaring in een ruimtestation. Bij alle pech die ze ermee gehad hebben, valt de Russen niet te verwijten dat ze een slecht ruimtestation hebben gebouwd. Mir is inmiddels dertien jaar oud, maar was ontworpen voor een diensttijd van vijf jaar. Weliswaar zijn verschillende aangekoppelde laboratoria nog relatief nieuw, maar het ontwerp voor het centrale computersysteem dateert uit de jaren '70.

De Amerikanen kunnen op dit gebied slechts wijzen op hun station Skylab. Dat lanceerden ze in 1973 en het telde in totaal niet meer dan drie bemanningen, die er respectievelijk 28, 56 en 84 dagen in om de aarde draaiden. Skylab is ontwikkeld uit ingrediënten die overgebleven waren van het succesvolle Apollo-programma waarmee Amerika de race naar de maan won. De opvolger van Skylab zou een station worden met een telkens opnieuw bruikbaar ruimtevliegtuig, de space-shuttle, om relatief goedkoop met bemanning en materialen te kunnen pendelen.

De space-shuttle is –afgezien van het tragische ongeluk met de Challenger in januari 1986– een succes, het ruimtestation is er echter om financiële redenen nooit gekomen. Uiteindelijk is in het begin van de jaren negentig besloten om een internationaal ruimtelaboratorium te bouwen, waarbij de Amerikanen sterk leunen op de ervaring van tientallen Russische kosmonauten. Tekenend daarvoor is dat de eerste module voor dat station van Russische makelij is. De Zarja, oftewel dageraad, cirkelt inmiddels tien maanden om de aarde.

Grote Oceaan
In dat station ligt ook voor de Russen de toekomst. Een groep van gedreven kosmonauten kan moeilijk leven met de gedachte dat Mir binnenkort ruimtepuin is en wil het station graag in bedrijf houden. Dat idee maakt weinig kans: er is in Rusland geen geld beschikbaar en de Amerikanen oefenen al maanden druk uit op de Russen om Mir zo gauw mogelijk naar de aarde te laten storten. De NASA vindt het geen prettige gedachte dat een armlastige participant in het nieuwe internationale ruimtestation zijn aandacht moet verdelen over twee projecten.

Het officiële Russische standpunt luidt dan ook dat de Mir volgend voorjaar in de Grote Oceaan, ergens zuidelijk van Alaska en noordelijk van Hawaii, neerstort. Daar hebben enthousiaste kosmonauten zelf de voorbereidingen voor moeten treffen. Het drietal dat in de nacht van vrijdag op zaterdag op de steppe van Kazachstan moet landen, heeft de afgelopen dagen nog een nieuw computersysteem geïnstalleerd. Het grondstation kan daarmee de onbemande Mir in een baan om de aarde houden – maar ook netjes laten neerstorten.