Herpesvirus doodde jonge olifanten

Onderzoekers van de John Hopkins Universiteit in Baltimore hebben het raadsel van de dood van diverse jonge olifanten in Amerikaanse dierentuinen opgelost. De dieren stierven door een betrekkelijk onschuldig herpesvirus dat gevaarlijk wordt als het van de ene olifantensoort op een andere wordt overgedragen.

Dr. L. K. Richman en haar collega's van de Amerikaanse universiteit schrijven over hun ontdekking in de jongste editie van het Amerikaanse wetenschappelijke tijdschrift Science. Het virus heeft volgens hen de dood van zeker tien Afrikaanse en Indische olifanten veroorzaakt. Eenderde van de olifanten die sinds 1983 in Amerikaanse dierentuinen en fokcentra zijn geboren, is ermee besmet.

De onderzoekers troffen het herpesvirus aan bij de Aziatische vrouwtjesolifant Kumari, die toen ze ruim een jaar oud was, onverwacht aan interne bloedingen en hartzwakte overleed. Zij droeg een virus dat bij Afrikaanse olifanten zeer veel voorkomt.

Afrikaanse olifanten worden niet ziek, maar het virus kan voor jonge Indische olifanten noodlottig zijn. Omgekeerd is een variant voor Afrikaanse olifanten dodelijk. De onderzoekers raden dierentuinen daarom aan Afrikaanse en Indische olifanten gescheiden onder te brengen.

De meeste dierentuinen hebben traditioneel alleen Aziatische olifanten. Dat is historisch bepaald, omdat Aziatische olifanten van oudsher werden getraind om op oude handelsroutes gebruikt te worden. Ook bereikten zij Europa als geschenk van bevriende regeringen of heersers.

Van de Nederlandse dierentuinen heeft alleen Beekse Bergen Afrikaanse olifanten. In Europa kiezen dierenparken gewoonlijk voor één soort. Meestal gaat de voorkeur uit naar Aziatische olifanten.