Wetenschap

Niet alleen 1 januari 2000 is lastig

Voor veel computersystemen is niet alleen de overgang van 31 december 1999 naar 1 januari 2000 een probleem. Ook andere data kunnen storingen veroorzaken. Een overzicht van een aantal mogelijke datumfouten.

1 januari 1999: oude software leest '99' als foutcode.

21 augustus 1999: het Global Positioning System (GPS) kan van slag raken.

9 september 1999: 9-9-99; kan gebruikt zijn als signaalcode of foutcode.

1 januari 2000: het millenniumprobleem.

29 februari 2000: veel systemen zullen 2000 niet herkennen als schrikkeljaar.

9 september 2000: kan gebruikt zijn als signaalcode.

31 december 2000: de 366e dag van het jaar 2000. Veel systemen herkennen 2000 niet als schrikkeljaar en accepteren dus niet dat dat jaar 366 dagen telt.

De datumfout in het Global Positioning System, een wereldwijd netwerk van satellieten voor plaatsbepaling, doet zich voor in de nacht van 21 op 22 augustus. GPS wordt gebruikt door marine en landmacht, maar ook in de scheepvaart en in vliegtuigen.

GPS-satellieten registreren met precieze atoomklokken de tijd –in termen van seconden, minuten, uren, dagen en weken– sinds de intrede van het systeem, in de nacht van 5 op 6 januari 1980. Als onderdeel van de GPS-boodschap worden de 'weeknummers' uitgezonden. Die worden bijgehouden in een systeem dat maximaal 1024 verschillende combinaties kent. Na 1023 weken zal het GPS-systeem weer week 0000 aangeven, en dit zal zich elke twintig jaar herhalen.

Hoe de GPS-ontvangers hierop zullen reageren, is onbekend. Sommige ontvangers kunnen een onjuiste datum aangeven (6 januari 1980), anderen berekenen wellicht onjuiste navigatiegegevens. Het hangt af van het type ontvanger. Bij oudere types ontvanger zal een deel van de elektronica vervangen moeten worden.