Wetenschap

Banken startten in jaren '70 al met aanpak millenniumprobleem

Financiële sector in
Nederland loopt voorop

Door Dr. H. A. Post
De Nederlandsche Bank (DNB) gaat briefjes van 100 gulden hamsteren. Millenniumexperts verwachten dat mensen vlak voor de volgende jaarwisseling massaal contant geld in huis halen, uit vrees dat de betaalautomaat niet werkt na 1 januari 2000. Die paniek is echter overbodig, zegt een woordvoerder: „De banken hebben hun zaakjes op orde”.

Instellingen als banken, verzekeraars en de Amsterdamse effectenbeurs lijken juist voorop te lopen bij het oplossen van de jaar-2000-problematiek. Belangrijk is dat in deze sector veel overheidstoezicht is. DNB oefent intensief toezicht uit op de bancaire instellingen. Volgens deze instelling zijn de banken op de goede weg om tijdig de millenniumproblemen op te lossen.

DNB heeft vorig jaar aan alle instellingen die onder haar toezicht staan een aanpak voorgeschreven die uit vier belangrijke fasen bestaat: inventarisatie, het ontwikkelen van een strategie en opzetten van de projectorganisatie, het aanpassen en testen van de systemen en, als laatste fase, het invoeren van de wijzigingen van de systemen. Alle vitale systemen moeten uiterlijk overmorgen, op 31 december, op hun jaar-2000-bestendigheid zijn getest.

DNB voert nauw overleg met andere toezichthouders, zoals de Verzekeringskamer en de Stichting Toezicht Effectenverkeer. De Verzekeringskamer heeft eind vorig jaar een inventarisatie uitgevoerd onder de instellingen die onder haar toezicht staan, de verzekeraars en de pensioenfondsen in Nederland. De Stichting Toezicht Effectenverkeer, die toezicht houdt op de AEX en de effecteninstellingen, heeft eind 1997 eveneens een onderzoek in gang gezet.

Navraag bij verscheidene financiële instellingen leert dat zij goed op schema zitten met de aanpak van de jaar-2000-problematiek. De problematiek is in kaart gebracht en het aanbrengen van aanpassingen verkeert in een vergevorderd stadium. De instellingen zijn de aanpassingen van de systemen momenteel uitvoerig aan het testen. Daartoe maken ze gebruik van speciaal ingerichte testfaciliteiten. Ze zijn er duidelijk op uit zoveel mogelijk zekerheid te verkrijgen dat ze de overgang naar het jaar 2000 zonder kleerscheuren zullen doorkomen.

Met het aanpassen van systemen aan het jaar 2000 zijn trouwens forse investeringen gemoeid. De Amsterdamse effectenbeurs geeft een bedrag op van 5 tot 10 miljoen gulden, de woordvoerder van de veel grotere ING Groep noemt 500 miljoen voor de invoering van de euro en het oplossen van het jaar-2000-probleem gezamenlijk. Ze doen daarbij veel aan communicatie. Zo geeft de ING Groep per kwartaal “Jaar 2000 Info”. De Amsterdamse effectenbeurs, Amsterdam Exchanges, heeft deze zomer een speciale millenniumnota uitgebracht en verstuurt maandelijks “Millennium Notes”.

Hypotheken
De Rabobank is al in 1995 begonnen met het inventariseren van het millenniumprobleem. Ir. Theo Laan, hoofd van het projectbureau 2000: „We kwamen er vrij snel achter dat het aanbreken van het jaar 2000 een dermate grote invloed zou hebben op onze organisatie dat we dit project op hoog niveau moesten organiseren”.

September 1996 is het project officieel van start gegaan. De voorzitter van de stuurgroep is een lid van de hoofddirectie van de Rabobank, het hoogste bestuurlijke orgaan. Projectleider Laan: „De bank was zich eigenlijk al veel langer bewust van het millenniumprobleem. Al vanaf de jaren '70 had de bank ermee te maken bij het verstrekken van hypotheken, die vaak een looptijd hebben van dertig jaar. Bij deze activiteiten is het millenniumprobleem al lang opgelost”.

Het millenniumproject is een relatief zwaar project binnen de Rabo-organisatie. „De reden daarvoor is dat het niet in de eerste plaats een informatietechnologieopgave is, maar een managementvraagstuk. Het is een project dat veel geld kost en dat moet worden gecombineerd met andere projecten. Bovendien levert het vrijwel niets op. Behalve dan het voortbestaan van de organisatie”, formuleert Laan.

Het project is zeer breed opgezet. Het projectbureau kijkt naar alle vormen van automatisering en bovendien naar de totale Rabo-organisatie, inclusief dochters als Robeco, de Lage Landen en Interpolis en de buitenlandse vestigingen. Vanaf oktober 1996 is de Rabobank al haar systemen gaan inventariseren en vervolgens gaan onderzoeken ('scannen') op de jaar-2000-problematiek. Het projectbureau heeft uit 900 toepassingen er ruim 500 geselecteerd die met datumposities werken. Hierop is een analyse losgelaten. In totaal zijn 38 miljoen regels programmacode bekeken.

Hoe groot is het probleem? Projectleider Laan: „Alle ondersteunende geautomatiseerde functies waarin een datum een rol speelt, hebben te maken met het jaar-2000-probleem. Dat zijn niet alleen commerciële toepassingen die draaien op de centraal opgestelde computersystemen. Belangrijk en vaak onderschat zijn de overige centraal en lokaal aanwezige systemen. Daarnaast gaat het om de controle-, meet- en regelsystemen voor onder meer toegang tot gebouwen, de besturing van airconditioning, verwarming, liften, verlichting, netwerken en kluizen”.

Laan vervolgt: „In de beginfase bleek dat er behoorlijk wat werk te doen was voordat alle systemen 2000-bestendig zouden zijn. Dat werk moest trouwens gebeuren naast het normale onderhouds- en vernieuwingswerk. In totaal ging het om 1276 hardware- en softwareproducten van leveranciers die we moesten aanpassen en 612 bedrijfskritische, zelf ontwikkelde computersystemen. In totaal telt de organisatie ruim duizend systemen, als je rekening houdt met de kantoorautomatisering”.

Testcentrum
De fase van de aanpassing van de systemen wilde de bank per 1 januari 1998 hebben afgerond. „We hebben dit vrijwel gehaald. Maar dat betekende niet dat we klaar waren. Integendeel. Het meeste werk zit in het testen van de systemen. Kunnen ze echt het jaar 2000 aan?”

Om daar achter te komen, heeft het projectbureau een speciaal testcentrum ingericht. „Daarin kunnen we het jaar 2000 en de periode daarna volledig simuleren. De systemen en ook de gegevens maken daar een reis in de tijd. Een systeem dat door de test heen komt, krijgt een certificaat. Per 1 november 1998 waren nagenoeg alle bedrijfskritische systemen gecertificeerd. De certificering biedt een goede zekerheid dat de systemen na 31 december 1999 ook naar behoren zullen functioneren. Honderd procent zekerheid is echter nooit te bereiken”, meent de projectleider.

Kan de bank het hierbij laten? Was dat maar waar. Laan: „We moeten er rekening mee houden dat er toch nog iets misgaat. Daarom maken we noodplannen en zijn we voor de jaarovergang 1999/2000 een speciaal draaiboek aan het opstellen. Activiteiten die niet per se noodzakelijk zijn, zullen dan niet plaatshebben. Bij ijzel ga je ook niet de weg op als dat niet echt hoeft. Verder houden we rekening met calamiteiten als het uitvallen van de stroomvoorziening. Dat zou bijvoorbeeld tot gevolg hebben dat de betaalautomaten niet meer werken. Dan zal de bank moeten terugvallen op alternatieven, zoals bijvoorbeeld het openstellen van de loketten”.

De Rabobank is zich evenals andere bancaire instellingen bewust van haar maatschappelijke functie. De financiële dienstverlening is voor het bedrijfsleven van vitaal belang. Daarom besteden de banken veel aandacht aan de ketenproblematiek. Wat gebeurt er als ergens in de keten van de financiële diensten een hapering optreedt als gevolg van de overgang naar het jaar 2000?

Het voorlichten van klanten is een duidelijk aandachtspunt. Voor klanten heeft de bank een speciaal inventarisatieformulier ontwikkeld zodat ze zelf kunnen vaststellen in hoeverre ze jaar-2000-bestendig zijn. Speciale belangstelling gaat uit naar de klanten die relatief veel geld bij de bank hebben geleend en klanten die extra risico lopen doordat zij erg afhankelijk zijn van automatisering.

Ten behoeve van de interne organisatie heeft het projectbureau eerder al eens een speciale uitgave van de Rabokrant uitgebracht, gedateerd op 3 januari 2000, die de jaar-2000-problematiek op een speelse wijze concreet maakte. Er staat bijvoorbeeld een artikel in over een spaarvarken voor een honderdjarige. De computer had hem als pasgeborene geselecteerd, niet in de gaten hebbend dat deze baby al geboren was op 2 januari 1900, in plaats van 2 januari 2000.

Een van de andere middelen die de Rabo toepast om iedereen alert te houden, is een speciale zuil in de hal van belangrijke vestigingen van de bank die aangeeft hoeveel dagen het nog duurt tot het jaar 2000.

Het oplossen van het millenniumprobleem betekent een forse investering. Voor de invoering van de euro en de aanpassingen voor het jaar 2000 gezamenlijk investeert de Rabo meer dan 300 miljoen gulden. Dit bedrag gaat vrijwel volledig zitten in arbeidsuren, minder dan 5 procent betreft de investering in systemen. Laan: „Dat is veel geld voor een project dat geen positieve bijdrage levert aan de bedrijfsresultaten. Wel betekent het dat we een kwaliteitsslag uitvoeren. We voeren verbeteringen in de systemen door. Maar,” voegt hij eraan toe, „dat zijn bijkomstige positieve effecten”.