Baby-BoeingLang verwacht, stil gezwegen,... en iedereen wist hoe Transavia-directeur P. J. Legro vorige week bij de ingebruikname van hun nieuwe Boeing 737-800 het uitgesleten gezegde zou afmaken. Legro had wel enige aanleiding om de te pas en te onpas gebruikte woorden uit te spreken. Niet alleen omdat de Amerikaanse vliegtuigbouwer zijn kleinste toestel in het verleden wel aanduidde met baby-Boeing. De belangrijkste reden is dat Transavia de jongste aanwinst twee en een halve maand later dan de afgesproken datum heeft binnengevlogen. De luchtvaartmaatschappij werd pijnlijk geconfronteerd met de achterstand die Boeing op dit moment heeft op de productielijn van onder meer de 737.Transavia heeft een flink bedrag geclaimd bij Boeing, aldus de directeur financiën van de Nederlandse luchtvaartmaatschappij. Hij wil de hoogte van het bedrag niet kwijt, maar het is een gepeperde rekening geweest, die Boeing overigens zonder morren heeft betaald. Voor de twee en een halve maand waarin de maatschappij gedacht had al met de 737 te vliegen, boekte Transavia flink wat vakantievluchten. Om de mensen toch op hun bestemming te kunnen brengen, huurde Transavia bij een leasemaatschappij een toestel, compleet met bemanning. Voor de Amerikanen is het niet zo leuk dat het gehuurde toestel een product was van de Europese concurrent en aartsrivaal, Airbus. Voor de vliegers van Transavia was de Airbus-A319 een vreemde eend in de bijt. Zij vliegen enkel Boeings en dan is de cockpit van een Airbus, vanwege het fly-by-wire-concept, niet zonder een flinke bijscholing toegankelijk. Naar verluidt ergert meer dan één luchtvaartmaatschappij zich aan de lange levertijden van Boeing. Airbus doet het op dit punt beter en een aantal vaste Boeing-klanten zou er zelfs over nadenken om over te stappen naar de Europese vliegtuigbouwer. Een Transavia-woordvoerder zei in dit verband: Wij denken ook een heleboel, maar onze vloot en bemanning zijn te klein om met vliegtuigen van twee verschillende bouwers te vliegen. Verder niets dan lof over de nieuwe Boeing 737-800, zo bleek tijdens de presentatie van het toestel in de hangar van Transavia op Schiphol-Oost. De machine vliegt sneller, hoger, verder en zuiniger dan vorige types uit de 737-familie. De 800 biedt ruimte aan 184 passagiers en ook daarmee is deze 737 recordbreker van de serie. Om dat aantal passagiers te halen, moet het toestel wel vol gezet zijn met smalle stoelen; geen ruimte voor business class dus. Het interieur ziet er prachtig uit, maar na een uurtje of vier zal menig passagier het in dit volgepropte vliegtuig toch zat zijn. De meeste vluchten met een 737 duurden ook nauwelijks langer, want het was een machine voor de korte afstand. De nieuwe generatie is echter goed voor een range van meer dan 8000 kilometer en dat betekent dat Transavia rustig met dit toestel naar Tel Aviv vliegt. De bemanning die het toestel bij Boeing in Seattle aan de Amerikaanse westkust ophaalde, was zelfs van plan om zonder tussenstop naar de thuisbasis op Schiphol te vliegen. Dat mislukte vanwege iets te veel tegenwind. Zonder de tussenlanding op IJsland zou de bemanning ruim 10 uur non-stop aan de knuppel hebben gezeten. De stop daar was noodzakelijk omdat de vliegers slechts ternauwernood met de 21 ton beschikbare brandstof Schiphol zouden halen. Internationale verplichting is dat er aan het eind van de reis nog 800 kilo kerosine beschikbaar is om uit te wijken naar een naburige luchthaven. Ter geruststelling voor toekomstige passagiers: er was slechts zeven man aan boord. Met 150 bezette stoelen neemt de maximale afstand drastisch af en bovendien is het toestel niet gecertificeerd voor een passagiersvlucht over de Atlantische Oceaan. Wie bij Transavia een reis naar Miami boekt, hoeft dus niet bang te zijn om in een 737 naar de VS gebracht te worden. Als Boeing aan zijn verplichtingen kan voldoen, krijgt Transavia nog dit jaar twee nieuwe 737's-800. In totaal heeft de maatschappij er acht besteld, waarvan de laatste naar verwachting in het jaar 2000 zullen worden afgeleverd. Transavia zegt daarmee dan een van de modernste en jongste luchtvloten ter wereld te hebben.
Andermans veren
Het onbemande voertuig Mooncat dat Defensie inzet op de basis Vliehors om doelen over het oefenterrein te verslepen, zou besteld zijn bij FROG navigation systems, meldde deze krant vorige week dinsdag in een artikel over moderne verkeerstechnieken. De grote naamplaat op de zijkant van het voertuig en het verhaal van de woordvoerder gaven aanleiding voor die melding. FROG bleek echter te pronken met andermans veren: het bedrijf is slechts de leverancier van het navigatiesysteem. Hoofdaannemer voor de Mooncat was Machinefabriek Aarding uit Nunspeet.
Diergeneeskunde
De universiteiten van Utrecht en Wageningen gaan intensief samenwerken op het gebied van diergeneeskunde en dierwetenschappen. Deze krachtenbundeling is nodig wegens ontwikkelingen en problemen in de dierhouderij, zoals bse, varkenspest en ethische vragen rond de biotechnologie.Alleen door intensieve samenwerking is het mogelijk om ook in de toekomst de juiste opleidingen te verzorgen en sterk en vernieuwend onderzoek te verrichten, aldus de universiteiten. De colleges van bestuur van beide universiteiten hebben prof. dr. C. Wensing gevraagd in oktober met voorstellen te komen over de manier waarop de samenwerking gestalte moet krijgen. Wensing is directeur van het Instituut voor Dierhouderij en Diergezondheid van de Dienst Landbouwkundig Onderzoek (ID-DLO) in Lelystad.
Lipbewoners
Niet in oerwoud of diepzee, maar op de lip van de Noordzeekreeft is een heel nieuwe diergroep ontdekt. Symbion pandora, nog geen halve millimeter groot, is ontdekt door Deense onderzoekers. De ontdekking is gepubliceerd in het jongste nummer van het wetenschappelijk vakblad Nature.Experts van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen kwamen er echter achter dat het diertje qua uiterlijk en anatomie tot geen enkele van de rond dertig bekende grote diergroepen behoort. Symbion pandora vormt volgens hen in feite een nieuwe, eigen stam, de Cycliophora. Het Belgische Instituut veronderstelt op grond van genetisch onderzoek dat de nieuwe dierenstam ontstond uit een gemeenschappelijke voorouder met de eveneens microscopisch kleine raderdiertjes, een stam die Anthony van Leeuwenhoek reeds ontdekte aan het einde van de 17e eeuw. Uiterlijk waren verschillende gelijkenissen vast te stellen tussen beide stammen, zoals de ringvormige structuur met tentakeltjes rond de mond waarmee ze hun voedsel inzamelen. Maar in onder meer hun hoornige huidstructuren en inwendige mondstructuren vertonen ze duidelijk verschillen, wat hen tot aparte stammen maakt. |