Wetenschap

Octrooiaanvraag moet discussie aanzwengelen

Patent op 'diermens'
aangevraagd

Door Helma Struijk
Tot nu toe bestaat het dier alleen in de Griekse mythologie. Met een leeuwenkop, een geitenlijf en een slangenstaart is de chimaera een dierlijk monster. In levenden lijve zou het een monsterlijk dier zijn. Maar niemand zal zo'n veelsoortig levend dier 'maken', als het aan de Amerikaan Stuart Newman ligt. Zijn wapen in de strijd tegen de biotechnologie: het octrooi op leven.

Het Amerikaanse Patent and Trademark Office (PTO) ontving enige tijd geleden een merkwaardige octrooiaanvraag. Stuart Newman, moleculair bioloog aan het New York Medical College, wil een methode patenteren om 'diermensen' of 'mensdieren' te maken.

Newmans recept: meng in een experimenteerschaaltje wat embryocellen van bijvoorbeeld een aap en een mens. Laat dit mengsel een paar dagen groeien in het laboratorium en plaats het daarna in een draagmoeder. Na verloop van tijd wordt er dan een chimaera geboren, een wezen dat uit delen met verschillende erfelijke eigenschappen bestaat.

Dat zoiets technisch niet onmogelijk is, bewezen Britse wetenschappers ruim tien jaar geleden met de “scheit”, een mengvorm van een schaap en een geit. Onderzoekers maken ook veelvuldig gebruik van chimere muizen, ontstaan door de versmelting van 'witte' en 'zwarte' embryocellen.

Newman heeft het patent niet aangevraagd omdat hij werkelijk van plan is ooit een aap en een mens te kruisen. De bioloog wil voorkomen dat een ander het recht krijgt om zulke mengvormen, chimaera's, te maken. Begin vorige maand werd zijn aanvraag gepubliceerd in het Britse wetenschappelijke tijdschrift Nature.

Brandpunt
Het Amerikaanse octrooirecht kent geen ethische criteria en verbiedt het patenteren van dergelijke mengvormen, chimaera's, niet. In Europa zullen dergelijke aanvragen het niet halen. Het Europees Parlement stemde een week geleden in met een richtlijn voor bescherming van biotechnologische uitvindingen. Die richtlijn sluit uitvindingen die in strijd zijn met de openbare orde of goede zeden, uit van patentering.

De reacties op de nieuwe octrooiwetgeving zijn tegenstrijdig. „Gelukkig dat het zover is”, reageert mr. Hans Raven, voorzitter van de commissie Industriële Eigendom van de Nederlandse Industriële en Agrarische Biotechnologische Associatie (Niaba). „Verschrikkelijk dat de richtlijn erdoorheen is gekomen”, verzucht Marie-Jeanne Schiffelers van Greenpeace Nederland.

Bijna tien jaar geleden werd het eerste concept voor de richtlijn gelanceerd. De Europese industrie drong al lange tijd aan op patentering van biotechnologische vindingen. In Japan en de Verenigde Staten was dat al mogelijk. De octrooirichtlijn werd het brandpunt van de maatschappelijke en politieke discussie rondom de biotechnologie.

Onderspit
„Als we onze vindingen niet kunnen beschermen, wijken alle investeerders uit naar landen als Amerika”, was de inbreng van de industrie. „Het draait dus om de belangen van de industrie in plaats van het recht van dieren en planten”, brachten de milieubeschermingsorganisaties in.

In 1995 verwierp het Europees Parlement de eerste ontwerprichtlijn. Een meerderheid vond de octrooieerbaarheid van menselijke genen onaanvaardbaar. De bezwaren werden verwerkt in het nieuwe ontwerp dat de Europese Commissie begin 1996 indiende. In november vorig jaar aanvaardden veertien van de vijftien EU-landen de richtlijn. Alleen Nederland stemde toen tegen, maar moest het onderspit delven. Desondanks nam de Tweede Kamer dit voorjaar nog een wetsvoorstel aan dat octrooien op planten- en dierenrassen verbiedt. Nu het Europees Parlement 'om' is, moet Nederland zijn nationale wetgeving veranderen.

Europarlementariër Hans Blokland (SGP/RPF/GPV) stemde dinsdag tegen. In zijn ogen praat het europarlement te gemakkelijk over het grote economische belang. „De richtlijn verlaagt erfelijk materiaal van mensen, dieren en planten tot middel voor commercieel gewin”.

Biopiraterij
In het rijtje tegenstanders scharen zich onder meer ook de Alternatieve Consumentenbond, de Dierenbescherming en Greenpeace. Zij vinden dat de tekst veel te ruim is geformuleerd. Alles zou te patenteren zijn: planten, dieren, menselijke cellen, organen, stukjes erfelijk materiaal. Het aantal dierproeven zou met deze wet toenemen. Greenpeace waarschuwt voor biopiraterij. Bedrijven zouden straks op grote schaal genetisch interessant materiaal gaan verzamelen in derdewereldlanden, dat bewerken en vervolgens octrooieren.

De richtlijn sluit dit soort wantoestanden in principe uit, zeggen de voorstanders. Duidelijk wordt onderscheid gemaakt tussen ontdekkingen en uitvindingen. Het vijfde artikel van de richtlijn stelt inderdaad dat het menselijk lichaam in alle fases van de ontwikkeling niet-octrooieerbaar is, en ook de ontdekking van een deel van het lichaam of van genen, stukjes erfelijk materiaal niet.

Maar het tweede deel van dit artikel biedt ruimere mogelijkheden. Als een deel van het menselijk lichaam wordt geïsoleerd, of „door een technische werkwijze wordt verkregen”, is het wel patenteerbaar, ook al lijkt dat geïsoleerde stukje menselijk lichaam precies op het natuurlijke deel. Dit geldt ook voor genen. „Vreemd”, zei Blokland in een radio-interview, „nabouwen is toch geen uitvinding?”

Slimme zet
Bij een octrooiaanvraag moet de indiener wel een concrete industriële toepassing noemen. Voor zijn 'diermensen' had Newman er ook een paar. Chimere embryo's en abortussen kunnen het inzicht in de vroege ontwikkeling van de mens vergroten. Menselijke weefsels in dieren zijn bruikbaar bij toxicologische studies, en chimaera's kunnen menselijke of bijna-menselijke organen leveren voor xenotransplantatie.

Dankzij Newmans aanvraag zullen die toepassingen geen realiteit worden. Handig gebruik van de patentwetgeving? „Newman deed inderdaad een slimme zet”, zegt Schiffelers van Greenpeace. Van der Saag: „Oneigenlijk gebruik van de wet. Die Newman denkt dat hij de wetenschap en de ethiek een dienst bewijst, maar dat is niet zo”. Ook Niaba-bestuurslid Raven vindt Newmans actie „geen serieuze manier om met het octrooirecht om te gaan”, maar „er wordt wel vaker iets ingediend dat eigenlijk niet op twee benen kan staan”.

Echter, de voornaamste drijfveer van Newman en mede-indiener Jeremy Rifkin, fervent strijder tegen de biotechnologie, is het opnieuw op gang brengen van het wat verflauwde debat over de commercialisering van 'leven'. „De aanvraag dwingt het patentbureau na te denken over dergelijke pijnlijke vragen”, aldus Newman. Wijst het PTO zijn aanvraag af, dan stapt hij naar het Hooggerechtshof. Wat hem betreft verstomt de maatschappelijke discussie voorlopig niet.