Wetenschap | 9 oktober 2001 |
Cementfabriek wil 40 meter dieper én 40 jaar langer in Sint-Pietersberg gravenGenieten rond een gapend gatDoor W. H. Smith Het hoge woord komt eruit bij Miets Morreau. Arrogant was Natuurmonumenten, die in 1995 de Sint-Pietersberg voor één gulden in handen kreeg. De kersverse eigenaar plaatste prompt overal verbodsborden en rasters en dat zette kwaad bloed bij burgers die gewend waren de berg te gebruiken. De Sint-Pietersberg was de achtertuin van Maastricht, vertelt de voorzitter van de Stichting Oud Sint Pieter. De bewoners zijn blij dat de hekken nu weggehaald worden en dat er nieuwe wandel- en fietsmogelijkheden komen. Ruim een jaar sleutelde Natuurmonumenten aan een visie op het beheer van de berg. Met twintig gebruikers- en belangengroepen, verenigd in een contactcommissie, werd vooral gezocht naar een balans tussen natuurbehoud en recreatiemogelijkheden. Ook mevrouw Morreau maakte deel uit van deze klankbordgroep. Tevreden stelt ze vast dat de vereniging haar autonomie heeft opgegeven. Harry Suilen, beheerder van het eertijds vrijgevochten gebied, is enthousiast over de samenwerking binnen de commissie. Op deze manier is Natuurmonumenten niet alléén verantwoordelijk voor de berg. Als partijen van elkaars problemen op de hoogte zijn, ontstaat er meer begrip en kunnen we samen naar een oplossing zoeken. Dat vergt soms offers, maar per saldo wordt de berg er mooier en aantrekkelijker op. Warmer klimaat Het gebied kent door zijn bijzondere landschap een enorme variatie aan planten en dieren. De botanische rijkdom hangt samen met de kalk in de bodem en het voor Nederlandse begrippen warmere klimaat. Suilen: Het is hier eerder voorjaar en het najaar blijft langer warm. Planten, maar ook dieren met een noordelijk en zuidelijk verspreidingsgebied ontmoeten hier elkaar. Bergsteentijm bijvoorbeeld komt in Nederland alleen op de Sint-Pietersberg voor. Juist de bijzonderste planten groeien in de kalkgraslanden. Vijf van de 20 hectare die in heel Nederland van dit landschap over is, ligt hier. Bij het behoud en herstel van deze gebieden spelen mergellandschapen een sleutelrol. De ruim 250 dieren die altijd achter rasters en hekken graasden, komen nu onder hoede van een herder. Die leidt de kudde volgens een uitgekiend begrazingsplan precies op het juiste moment naar de juiste plek. Door het weghalen van struiken en bomen willen we eveneens voorkomen dat de graslanden verruigen en snel dichtgroeien. Hierdoor zet je bijzondere kalkrotsvegetaties letterlijk in het zonnetje. Veel achterstallig onderhoud dient er volgens Suilen te gebeuren aan de extreem steile hellingbossen. Op sommige plaatsen hangen bomen zo scheef dat het gevaar van aardverschuivingen groot is. Om de veiligheid te garanderen zal een deel van het Maasbos worden gekapt en worden de kale hellingen met netten bedekt. Oehoekraamkamer Onveranderd blijft ook de mergelwinning in de ENCI-groeve, die overigens niet voor publiek toegankelijk is. Hoewel het bedrijf deel uitmaakt van de contactcommissie in de persoon van Peter Mergelsberg beperkt de beheersvisie zich uitsluitend tot de terreinen van Natuurmonumenten. De grote natuurwaarde van de enorme holle kies staat echter buiten kijf. Zo is de groeve rijk aan bijen- en wespensoorten en herbergt ze de grootste populatie rugstreeppadden van Limburg. Verder blijkt het uitgemergelde terrein inmiddels een geschikte biotoop voor Europa's grootste uil, de oehoe. De rand van de groeve fungeert sinds 1997 als vaste kraamkamer. Elk jaar kruipen er twee tot vier uilskuikens uit het ei. Wateronttrekking Natuurmonumenten, die vreest dat de dieptewinning bovendien effect zal hebben op de vochtigheidsgraad in de grotten, wacht op de uitkomsten van een milieueffectrapportage. Suilen: In samenwerking met de Limburgse Milieufederatie en het Limburgs Landschap volgt de vereniging dit proces. Wij zijn immers verantwoordelijk voor de veiligheid van duizenden bezoekers én vleermuizen. Ontgrondingsvergunning De voornemens stuiten op flink verzet. De recent opgerichte Stichting ENCI-Stop wil dat de ENCI zo spoedig mogelijk haar activiteiten beëindigt. De huidige, door de provincie verleende ontgrondingsvergunning loopt tot en met 2010, maar als de fabriek toestemming krijgt tot dieptewinning kan die termijn worden opgerekt tot 2050. Het bedrijf beweert de jaarlijks toegestane hoeveelheid mergel in de groeve niet te kunnen winnen, zodat verlenging van de vergunning én vertraging van het vertrek voor de hand ligt. Niet uitgesloten is, zegt ENCI-Stop-voorzitter Betty de Haas, dat het bedrijf om tactische redenen minder wint dan de vergunning toestaat. Nu reeds wordt de helft van de benodigde hoeveelheid grondstof uit het buitenland geïmporteerd. Een ander addertje onder het gras is dat de provincie in de ENCI-cementoven verontreinigd slib en ander chemisch afval vrijwel ongecontroleerd laat verbranden. Omwonenden klagen over stankoverlast door de uitstoot van schadelijke stoffen. Na het aflopen van de concessie wordt de groeve overgedragen aan Natuurmonumenten. Beheerder Suilen: ENCI heeft gelukkig het idee van een landschapspark met een diep binnenmeer losgelaten. Door in de groeve juist niets te doen, krijgen natuurlijke processen de ruimte. Erosie van de steile wanden, aardverschuivingen, spontane bosontwikkeling zullen de natuurwaarde verhogen. Je zult zien dat flora en fauna hun kansen zullen grijpen. Het zogenaamde oehoekje is in dat opzicht al veelbelovend. Met name de Maastrichtenaar kan weer genieten van de natuur rond een gapend gat. | Eerdere berichtgeving: Voortbestaan laatste oehoes bedreigd (26 augustus 2000) Relevante websites:
Kalksteenreservaat Sint-Pietersberg:
ENCI, Eerste Nederlandse Cement Industrie:
Stichting ENCI-Stop: |