Wetenschap 27 februari 2001

„Het nieuwtje is er alweer vanaf”

Door N. Stam
In 1996 liep Delfzijl voorop. Raadsleden kregen hun beleidsstukken niet meer in handen, maar op het scherm, via een eigen intranet. Dankzij het getoonde initiatief doet de gemeente nu weer mee, met een nieuw project van minister Van Boxtel. „Het leuke is dat burgers nu echt kunnen meelezen.”

Helemaal optimaal werkte het niet, dat oude systeem, vertelt O. Rijkens, hoofd Personeel, Organisatie en Informatisering van de gemeente Delfzijl. „In het nieuwe systeem kan het publiek de stukken bekijken. Bij het oude systeem kon dat ook, maar een stuk lastiger. De zoekfunctie werkte niet goed.”

Aan het nieuwe project doen ook de gemeenten Eindhoven, Helmond, Schiedam en Groningen mee. Op een website die in de loop van dit jaar wordt gelanceerd, zullen de raadsstukken van deze gemeenten voor iedereen te lezen zijn, de vertrouwelijke informatie uitgezonderd. Dus niet meer via intranet, maar via internet omdat dat gemakkelijker te bereiken is voor het publiek. Rijkens: „Ik ben alleen benieuwd of de server wel werkt, die komt namelijk in Eindhoven te staan. Omdat we zo'n kleine gemeente zijn, moesten wij er bij hen op.”

Delfzijl mag dan vooroplopen met het gebruik van internet, over het voordeel ervan voor de dagelijkse ambtenarenpraktijk zijn de meningen verdeeld. Rijkens: „We zijn ooit begonnen met een proef met internet op vijftien werkplekken. Na een poosje hebben we, zonder aanziens des persoons, bekeken welke sites tijdens werktijd werden bezocht. Toen bleek dat er vooral voor ontspanning werd gesurft. Er zat zelfs een sekssite bij. Pas op de zevende plaats kwam een site waarvan ik dacht: Dat zou voor het werk van pas komen.”

Rijkens merkt dat de belangstelling alweer is weggeëbd. Hij pleit voor nuchterheid: „Ik hoorde van de voormalige gemeentesecretaris van Harderwijk een leuk verhaal. Daar veroorzaakte ergens begin 1900 de vraag of mensen wel allemaal een telefoon op hun werkplek moesten hebben hevige discussie. De burgemeester was de enige met zo'n ding en men was bang dat iedereen met de telefoon allemaal privé-zaakjes zou gaan afhandelen. Dat is natuurlijk reuze meegevallen. Je ziet al heel gauw dat mensen zich na een poosje weer met serieuze zaken gaan bezighouden. Het nieuwtje is er alweer vanaf.”

Ook thuis heeft Rijkens een internetaansluiting. Voor privé-doeleinden, om te zoeken naar muziek, componisten en artiesten, zijn hobby. Maar ook voor zijn werk. „Dat is het leuke: je kunt thuis nog eens iets afmaken. Je mailt het gewoon door en gaat 's avonds verder. Of dat meer werkdruk oplevert? Ach, ik zit in het management, dan mag dat best een keer.”