Wetenschap5 december 2000

Slaapritme

Ook al valt iemand als een blok in slaap en moet hij als de wekker gaat uit een diep dal omhoog klimmen, dan nog vertoont een periode van slaap pieken en dalen. Met elektroden op het schedeldak kan tijdens de slaap de elektrische activiteit van het brein worden gemeten. Een elektro-encefalogram (EEG) geeft de versterkte elektrische activiteit, die oorspronkelijk slechts bestaat uit enkele microvolts, weer in een grafiek.

Nachtrust is ruwweg in te delen in vijf stadia van diepe slaap, afgewisseld met perioden van verhoogde hersenactiviteit, de rapid eye movement(REM)-slaap. Elk stadium duurt ongeveer negentig minuten. Het einde van zo'n periode bestaat uit vijf tot vijftien minuten REM-slaap. Tijdens deze lichte vorm van slaap schieten de ogen onder de gesloten oogleden heen en weer. Aan het begin van de REM-slaap wordt de ademhaling onregelmatiger, stopt eventueel gesnurk en neemt de temperatuur en de doorbloeding van de hersenen toe. Ook zijn er meer lichaamsbewegingen. Het slaappatroon en de stadia met een lengte van negentig minuten zijn van mens tot mens opvallend gelijk.

Tijdens de diepe slaap wordt de verworven kennis van die dag opgeslagen in het geheugen. Naarmate de nacht vordert, neemt de diepte van de diepe slaap af.

Oudere mensen kunnen met minder nachtrust toe. Jongvolwassenen zijn gemiddeld acht uur per nacht onder zeil, 45-jarigen hebben aan zeven uur slaap genoeg terwijl bejaarden met nog minder slaap toekunnen. Het vijfde stadium is bij hen vrijwel verdwenen.