19 september 2001

Puur kapitalistische middelen financieren strijd tegen kapitalisme

Geld geen probleem voor Bin Laden

Door Donna Abu-Nasr (AP)
BEIROET – Struisvogelfarms in Kenia, kamelenfokkerijen in Sudan, diamanthandels in Afrika, bosbouwbelangen in Turkije en landbouwbelangen in Tadzjikistan: een greep uit de ondernemingen die eigendom zouden zijn van Osama bin Laden en die hem de mogelijkheid bieden met geld te schuiven en een deel toe te stoppen aan een netwerk dat zo'n 3000 strijders ondersteunt.

„Geld is het minste waar Osama bin Laden zich zorgen over hoeft te maken”, zegt de journalist Faisal Salman van de Libanese krant As-Safir. Zijn oorlog tegen de bolwerken van het kapitalisme financiert Bin Laden met de baten van zijn kapitalistische ondernemingen.

De schattingen van de rijkdom van Bin Laden lopen sterk uiteen, maar het Amerikaanse Congres houdt het op ongeveer 300 miljoen dollar. Naast zijn eigen investeringen heeft hij een familiefortuin geërfd en ontvangt hij donaties van rijke individuen.

Het is in dit stadium moeilijk te zeggen hoeveel de aanslagen van vorige week op het World Trade Center in New York en het Pentagon in Washington hem hebben gekost. Deskundigen schatten dat de hele operatie –inclusief vlieglessen, accommodatie, reiskosten en tickets voor de kapers– niet meer dan 1 miljoen dollar hoeft te hebben gekost.

Mantelbedrijven
De rijkdom van Bin Laden en zijn banden met rijke families in Saudi-Arabië en andere Golfstaten waren voor westerse landen in de jaren tachtig geen reden tot zorg. Hij was toen een van de ”good guys”, die zijn geld gebruikte om wapens naar Afghanistan te brengen voor een oorlog tegen de Sovjets, een kruistocht waar de Verenigde Staten in hun strijd tegen het communisme vierkant achter stonden. Maar in die tijd legde Bin Laden al de basis voor een wereldomvattend financieel netwerk waarmee hij later zijn groep al-Qaida van geld zou voorzien.

In die periode wist hij in verschillende landen moslimgeestelijken over te halen religieuze edicten uit te geven waardoor moslims hun ”zakat” –aalmoezen die jaarlijks aan de armen moeten worden gegeven– aan de Arabische strijders in de Afghaanse oorlog konden geven. Op die manier stroomde geld binnen van miljoenen moslims, die zijn strijd om de ongelovigen te verdrijven ondersteunden. De journalist Salman denkt dat veel van die donateurs nog steeds geld overmaken, ook al zijn de Sovjets al lang weg uit Afghanistan. De organisatie van Bin Laden zou tussen de 1 en 2 miljoen dollar per maand aan ontvangen.

Al-Qaida financiert niet alleen de eigen operaties. Alex Standish, hoofdredacteur van het tijdschrift Jane's Intelligence Digest, noemt de organisatie de „handelsbank van het terrorisme” omdat zij dikwijls kleine, freelance-achtige militante groepen steunt bij aanslagen op Amerikaanse of andere westerse belangen.

Het geld voor terroristische activiteiten wordt waarschijnlijk verplaatst door middel van transacties tussen bedrijven en contante afleveringen door koeriers. Ook welgestelde families betalen indirect mee aan de activiteiten van Bin Laden, bijvoorbeeld door geld over te maken aan zonen die in het buitenland studeren.

Ziad Jarrah, een van de negentien vermoedelijke kapers van afgelopen week, vroeg zijn familie eerder deze maand met spoed 2000 dollar extra over te maken boven op zijn maandelijkse studietoelage van 2000 dollar. Volgens zijn vader, Samir, kreeg Jarrah soms nog stiekem geld toegestopt van zijn zuster en moeder.

De bezittingen van Bin Laden zijn voor de autoriteiten moeilijk op te sporen en te bevriezen omdat ze gekoppeld zijn aan mantelbedrijven die legitiem lijken. Volgens Standish bezit Bin Laden onder andere voedselverwerkende bedrijven, struisvogelfokkerijen, diamanthandels en bouwondernemingen.

Met rust
Voorts bestaan er vermoedens dat moskeeën, islamitische liefdadigheidsinstanties en andere non-gouvernementele organisaties in de Verenigde Staten, Europa en andere delen van de wereld geld naar al-Qaida hebben gestuurd, dat mogelijk onder valse voorstelling van zaken is ingezameld. In het begin van de jaren negentig bleek dat sommige moslimgroepen in de Verenigde Staten geld inzamelden voor de militante Palestijnse groepen Hamas en Islamitische Jihad en andere islamitische bewegingen. Westerse regeringen aarzelden om deze groepen aan te pakken om niet het verwijt van discriminatie naar zich toegeslingerd te krijgen.

Hoe kan het dat westerse veiligheidsdiensten met alles wat zij van Bin Laden wisten, diens ondernemingen met rust hebben gelaten? Standish en voormalig CIA-officier Mike Ackerman zien twee redenen: sommige landen waar bedrijven van Bin Laden zijn gevestigd schermen ze af en westerse landen hebben de terroristische dreiging niet serieus genomen.