Bush wil bestand Midden-Oosten

WASHINGTON/JERUZALEM – De Verenigde Staten hebben gisteren aangedrongen op hernieuwd overleg tussen Israël en de Palestijnen om een eind te maken aan hun onderling geweld.

President Bush telefoneerde met de Israëlische premier Sharon; minister van Buitenlandse Zaken Powell belde met Sharon, de Palestijnse leider Arafat en de Israëlische minister van Buitenlandse Zaken Peres. Sharons adviseur Raanan Gissin zei echter dat de premier een ontmoeting tussen Peres en Arafat op dit moment niet ziet zitten. Maar Palestijnse functionarissen zeiden gisteren ervan uit te gaan dat een ontmoeting tussen Peres en Arafat, die onder voorbehoud morgen moet plaatshebben op het Palestijnse vliegveld in Gaza, doorgaat.

„Arafat is nog steeds een Bin Laden”, zei Gissin. Eerder deze week vergeleek Sharon de Palestijnse leider met Osama bin Laden, de hoofdverdachte van de terreuraanslagen die dinsdag werden gepleegd op het World Trade Center in New York en het Pentagon in Washington.

De telefoontjes van Bush en Powell moeten worden gezien in het licht van inspanningen die de VS naar aanleiding van de aanslagen van dinsdag verrichten, om een brede coalitie tegen moslimmilitanten op poten te zetten. Ook Arabische landen zouden deel moeten uitmaken van zo'n coalitie.

Gazastrook
Israël verwijt Arafat dat hij nalaat om Palestijnse extremisten in te tomen en dat bovendien leden van zijn eigen veiligheidsdiensten betrokken zijn bij aanslagen tegen Israëliërs. De Palestijnen geven Israël de schuld van het geweld vanwege de aanhoudende bezetting van de Westoever en de Gazastrook en de beperkingen voor de Palestijnen die daar wonen.

Na de terreuraanslagen in New York en Washington stellen Israëlische bewindslieden zich harder op tegenover de Palestijnen. De Palestijnen zeggen dat Israël de aanslagen in de VS aangrijpt om zijn aanvallen tegen hen op te voeren. Daarbij zijn sinds dinsdag zestien Palestijnen omgekomen, van wie een, een 17-jarige jongen, gisteren. Ook gisteren trokken Israëlische tanks Beit Hanoun in de Gazastrook binnen. Daarbij braken volgens Palestijnse getuigen schotenwisselingen uit. Twee Israëlische grensagenten raakten gewond door een handgranaat die naar hun grenspost werd gegooid.

Ruim duizend Palestijnen verzamelden zich voor een Israëlische legerpost in Ramallah op de Westoever. Ze riepen: „Stel terrorisme niet gelijk met verzet.” Er zouden 27 gewonden zijn gevallen door rubberkogels en traangas.