„Religieuze argumenten strijdig met Grondwet”

Gemeenten mogen
geen bordelen weren

Hij zei dit vanmorgen in de Tweede Kamer in reactie op pleidooien van de christelijke fracties om gemeenten die ruimte wel te geven.

Korthals en de Kamer voeren een debat over een wetsvoorstel om het bordeelverbod op te heffen. Een ruime kamermeerderheid is daar voor. Korthals heeft er grote bezwaren tegen om gemeenten het recht op het handhaven van dit verbod te geven, „terwijl dit verbod nog maar koud is opgeheven.”

Hij denkt bovendien dat gemeenten waarbinnen breed principiële bezwaren tegen prostitutie leven, „zich geen reële zorgen over de komst van prostitutie binnen hun grenzen hoeven te maken.”

Gisteren zeiden de woordvoerders van de coalitiefracties PvdA, VVD en D66 al dat gemeenten geen bordelen meer mogen weren indien bordeelhouders formeel voldoen aan de vergunningseisen om een dergelijk bedrijf te openen. „Religieuze of morele argumenten moeten het afleggen tegen artikel 19 van de Grondwet waarin het recht op vrije arbeid is vastgelegd”, zei D66-woordvoerder Dittrich. Korthals noemde dit argument vanmorgen ook.

De grootste opppositiepartij CDA en de kleine christelijke fracties zeiden dat gemeenten die mogelijkheid „uit morele overwegingen” wel moeten hebben. CDA-woordvoerder Biesheuvel, die een amendement heeft ingediend om gemeenten het recht op een verbod wel te geven, vroeg Korthals vanmorgen waarom hij de gemeenten geen eigen afweging wilde laten maken, terwijl minister Wijers dat in het kader van de Winkelsluitingswet wel heeft toegestaan.

Moralisme
Gisteren bleek al dat een ruime kamermeerderheid de plannen van het kabinet om het bordeelverbod op te heffen, steunt. Die plannen komen erop neer dat het exploiteren van een bordeel een legale broodwinning wordt. Alleen de drie kleine christelijke fracties RPF, SGP en GPV formuleerden onoverkomelijke bezwaren. RPF-woordvoerder Rouvoet (die mede namens het GPV sprak) hekelde gisteren de „realistische aanpak zonder moralisme” van het paarse kabinet.

Het afschaffen van het bordeelverbod is bedoeld om vrijwillige prostitutie van meerderjarigen legaal te maken. Het wetsvoorstel zou politie en justitie tegelijkertijd meer mogelijkheden moeten bieden om geweld, misbruik en exploitatie van minderjarigen in de prostitutie harder aan te pakken. Gemeenten moeten volgens Korthals via een lokaal vergunningenbeleid greep krijgen op de vrijwillige prostitutie. Verschillende fracties zijn echter bang dat gemeenten te weinig middelen in handen hebben om dit effectief te doen. Een meerderheid in de Kamer wil daarom dat Korthals de instrumenten die gemeenten wel hebben, neerlegt in de Gemeentewet.

Minderjarigen
Een kamermeerderheid van PvdA, VVD, CDA en RPF, SGP, GPV vindt ook dat betaalde seks met een minderjarige prostitué strafbaar moet worden gesteld. Seks met 15-jarigen of jonger is nu al strafbaar. PvdA en VVD vinden dat een klant die seks heeft met een minderjarige prostitué strafbaar moet zijn.

Volgens het wetsvoorstel van minister Korthals mag een bordeelhouder geen minderjarigen in dienst hebben, maar kan de prostituant niet worden bestraft. Dat is scheef, vindt PvdA-kamerlid Barth. „De klant is juist degene die het misbruik pleegt.” Vooral D66 en GroenLinks denken echter dat dit niet te handhaven is. „Je kunt niet van een klant verwachten dat hij het paspoort van een prostitué controleert”, vindt D66'er Dittrich.