Voorpagina

Human Rights Watch komt met rapport over 'Srebrenica'

„Serviërs gebruikten gifgas”

DEN HAAG – De Serviërs hebben na de val van Srebrenica gifgas gebruikt tegen vluchtende moslims. Hiervoor heeft de mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch (HRW) sterke aanwijzingen gevonden.

HRW heeft gesprekken gevoerd met tientallen overlevenden die na de Servische verovering van de Bosnische moslimenclave in juli 1995 op de vlucht sloegen. Volgens een gisteren uitgebracht rapport zijn zij niet alleen met 'gewone' granaten bestookt, maar ook met projectielen die niet ontploften, maar rook in verschillende kleuren verspreidden.

Volgens Joost Hiltermann, directeur van de afdeling Wapens van HRW, waren de gifgasgranaten waarschijnlijk gevuld met BZ, een normaal gesproken niet dodelijk, psychochemisch gas dat hallucinaties veroorzaakt en mensen psychisch volkomen kan ontredderen en desoriënteren. De door ooggetuigen beschreven symptomen wijzen op BZ-gebruik. Zo begonnen sommige moslimvluchtelingen op elkaar te schieten. Anderen gingen besluiteloos op de grond zitten. Sommigen pleegden al luttele minuten na de gasaanval zelfmoord.

Hiltermann neemt aan dat de Serviërs het gas inzetten omdat zij onvoldoende manschappen hadden om de duizenden vluchtende moslims in de bossen op te sporen. Zij probeerden volgens hem de colonne vluchtende moslims in stukken te breken. De vluchtelingen probeerden het gebied te bereiken dat onder controle stond van de regering in Sarajevo.

Het gebruik van het gas is volgens internationale verdragen verboden. Om sluitend bewijs te vinden voor het gebruik is duur onderzoek nodig, aldus Hiltermann. De organisatie heeft voor geld aangeklopt bij de Nederlandse regering, het Joegoslavië-tribunaal en de OPCW, de organisatie voor het verbod op chemische wapens. Sporen van BZ zouden nu nog aan te tonen zijn in leren voorwerpen die slachtoffers in massagraven bij zich hebben. HRW vindt dat het Joegoslavië-tribunaal de zaak moet onderzoeken.

Volgens HRW zijn alle NAVO-landen op de hoogte geweest van Amerikaans onderzoek naar de aanwezigheid van chemische wapens in Bosnië. Europese landen die vredestroepen hebben geleverd voor het gebied houden die informatie stil. HRW vindt het hoog tijd dat de informatie over die risico's in de openbaarheid komt.

Niet ter sprake
Defensie ontkent dat het het gebruik van gifgas heeft doodgezwegen. In 1992 liet toenmalig minister Ter Beek de Tweede Kamer weten op de hoogte te zijn van de mogelijke aanwezigheid van strijdgassen. Bewijzen voor het daadwerkelijk gebruik van zulke wapens ontbraken echter. Ook tijdens de val van Srebrenica hebben Dutchbatters de inzet van gifgas niet kunnen waarnemen.

Human Rights Watch wil dat via internationale druk Joegoslavië wordt bewogen zich aan te sluiten bij de OPCW, vooral met het oog op de crisis in Kosovo en andere mogelijke conflicten op de Balkan. In Dayton is tijdens de vredesbesprekingen het onderwerp chemische wapens volgens HRW om politieke redenen niet ter sprake gekomen, omdat de onderhandelaars de zaak niet nog gecompliceerder wilden maken.