Commentaar14 september 2001

Herdenking

Vandaag worden in Nederland de slachtoffers van de aanslagen in de VS herdacht. Vlaggen hangen halfstok en om 12.00 uur wordt drie minuten stilte in acht genomen. Het kabinet legt dan bloemen bij de Amerikaanse ambassade. Ook elders in Europa worden de slachtoffers van de terreur herdacht.

Bij dergelijke calamiteiten is het altijd weer de vraag welke activiteiten wel en welke niet door moeten gaan. Hoe geven we op gepaste wijze uiting aan onze gevoelens van ontzetting, droefheid en medeleven? De feestelijke bezoeken van Willem-Alexander en Maxima aan de provincies zijn afgelast, maar Prinsjesdag gaat uiteraard door. Ook wordt niet afgezien van het gebruik van de gouden koets.

Op een aantal scholen, met name in de grote steden, is men beducht dat radicale moslims de herdenking van de slachtoffers zullen verstoren. Zeker op scholen waar de grote meerderheid van de leerlingen van Arabische of islamitische herkomst is, lopen er altijd wel een paar aanhangers van Bin Laden rond die zich daar veilig genoeg voelen om van hun extreme opvattingen blijk te geven.

Al eerder was in Marokkaanse buurten in Ede en Rotterdam sprake van vreugdegejuich bij het vernemen van het nieuws over Amerika. Dat maakt duidelijk dat er een diepe kloof loopt door onze maatschappij. Niet dat alle moslims en ook niet alle Arabische moslims in ons land achter de gruwelijke aanslagen staan. Zo liggen de zaken gelukkig niet. Maar we moeten wel bedenken dat velen van hen op dit moment niet alles zeggen wat ze denken.

Het is een feit dat we te maken hebben met een niet te verwaarlozen moslimminderheid. Dat geldt ook voor andere westerse landen, Amerika incluis. In Amsterdam is Mohammed tegenwoordig de meest voorkomende naam bij de jongetjes die geboren worden! Dat zegt wel wat.

Daarbij is het beslist verkeerd alle moslims op één hoop te vegen. Je hebt er voor wie het geloof veel betekent en je hebt er voor wie de godsdienst er maar bij hangt. Je hebt sjiitische en soennietische moslims. Je hebt liberale, radicale en buitengewoon radicale moslims. Het is in ieder geval niet verstandig om de hele moslimwereld tegen je in het harnas te jagen. Dat geldt voor Israël en ook voor de westerse landen.

Morgen wordt in de Utrechtse Domkerk een nationale gebedsbijeenkomst gehouden ter herdenking van de slachtoffers. Naast de Raad van Kerken is ook de achterban van de EO daarbij betrokken. Zelfs de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt) die zich vroeger overal afzijdig van hielden, doen hieraan mee.

De vraag is of je met een dergelijke brede bijeenkomst gelukkig moet zijn. Ook al zou officieel zijn afgesproken dat iedereen slechts verantwoordelijk is voor wat hij of zij zelf zegt, toch begeef je je op die manier in een breed religieus verband, waarin je als reformatorisch mens toch eigenlijk niet kan opereren.

Naarmate zo'n bijeenkomst sterker een godsdienstig karakter heeft (men spreekt van een gebedsbijeenkomst) wordt het moeilijker om daarin te participeren. Al moet men zeker in deze droevige omstandigheden zorgvuldig manoeuvreren en behoedzaam formuleren om geen misverstanden op te roepen. Als men bij een bepaalde herdenkingsmanifestatie afzijdig blijft, betekent dat niet dat men niet onder de indruk is van de ernst en omvang van de ramp.