Voorpagina13 september 2001

Marokkaanse jongeren in Ede 'vieren' aanval op Verenigde Staten

„Schandalig wat er is gebeurd”

Door R. Pasterkamp
EDE – Marokkaanse jongeren 'vierden' dinsdagavond in Ede de aanval op de Verenigde Staten. De politie greep niet in, omdat „er geen strafbare feiten” werden gepleegd. De Marokkaanse gemeenschap in Ede veroordeelt het optreden. „Het is puur provoceren.”

Luid juichend, gillend en claxonnerend gingen ruim twintig jongeren de straat op in de Edese wijk Veldhuizen. De groep maakte veel lawaai en gaf luidkeels blijk van anti-Amerikaanse sympathieën. Dit tot woede van veel buurtbewoners die de politie belden.

De politie greep niet in. „We konden geen strafbare feiten constateren”, zegt gebiedsagent Dirk Klein. „Mensen mogen een feestje vieren, hoewel het schandalig is dat de ramp in Amerika de reden was.” Ook in gesprekken met de jongeren zag de sterke arm geen aanleiding om de groep van de straat te krijgen. „Ze wisten precies wat ze deden en tot hoe ver ze konden gaan.”

Volgens Klein heeft de politie „intern overlegd” of arrestaties vanwege belediging, smaad of verstoring van de openbare orde mogelijk waren. „Als je verkeerd parkeert of 2 kilometer te hard rijdt, heb je een bekeuring. Optreden was hier niet mogelijk. Je mag in ons land gewoon feestvieren.” Toen de agenten vertrokken, ging een luid gejuich op. Het straatfeest eindigde omdat het hard ging regenen.

Geschrokken
De Marokkaanse gemeenschap in Edese wijk Veldhuizen zit danig in de maag met de situatie. „Het is schandalig wat er is gebeurd”, zegt Said Elbachrioui, woordvoerder van de Marokkanen. „Het zijn een paar baldadige jongens die ons te kijk zetten.”

De namen van de jongens zijn bekend. Met hen en hun ouders zal binnenkort stevig worden gesproken, verzekert Said. „Nu is het het moment daar niet voor. Iedereen is flink geschrokken. Wij schamen ons diep. Ook vanuit ons geloof kan dit gewoon niet.”

Het voorval komt op een ongelukkig moment. Volgens gebiedsagent Klein ging het na een aantal incidenten juist de goede kant op met de verhouding tussen de Marokkanen en de rest van de gemeente. Er wonen 2500 Marokkanen in de wijk Veldhuizen. De totale Marokkaanse gemeenschap in Ede telt 4000 personen. Said Elbachrioui: „Wij zijn voluit Edenaren. Wij hebben ook last van deze jongens.”

Vanuit het bestuur van de moskee in Ede komt kritiek op de aanpak door de politie. De ochtend na het voorval bracht het district West-Veluwe Vallei van de politieregio Gelderland-Midden een persbericht uit onder de kop: ”Feest” noopt niet tot ingrijpen.

Gekleurde berichtgeving, die zorgde voor opschudding, zegt een woordvoerder van het moskeebestuur. Klein verwerpt de kritiek. „We melden alles wat er is gebeurd.”

Ook burgemeester W. Blanken van Ede keurt het straatfeestje volstrekt af. „Het lijkt nergens op en was absoluut ongepast.” Maar er was volgens de burgemeester geen aanleiding voor een 'razzia' door de politie. „Er is steeds gezeur met deze groep. Het gedrag van dinsdag is meer een vraag om aandacht dan een politiek signaal”, aldus Blanken. Gemeente, politie en de Marokkaanse gemeenschap zullen op korte termijn overleggen over de achtergrond van de gebeurtenis.

Geen goed
G. Wiegers, secretaris van de sectie vergelijkende godsdienstwetenschappen van de opleiding godgeleerdheid aan de Universiteit van Leiden, vindt het prematuur om nu al uitspraken te doen over de vraag of de aanslagen in de VS negatieve gevolgen zullen hebben voor de relaties tussen het christendom en de islam. „Laten we eerst maar eens afwachten of de daders inderdaad van islamitische afkomst zijn”, zegt een voorzichtige Wiegers. „Bij de aanslag in Oklahoma keek iedereen ook meteen naar de kant van de moslims. Toen bleek er een Amerikaan achter te zitten.” Op 19 april 1995 pleegde Timothy McVeigh in deze stad een bomaanslag op een overheidsgebouw. Daarbij vielen 168 doden en meer dan 500 gewonden. McVeigh werd in juni geëxecuteerd.

Wel staat volgens hem nu al vast dat de beelden van feestende Palestijnen de betrekkingen tussen beide godsdiensten geen goed zullen doen. „Dit zal leiden tot negatieve beeldvorming over de Palestijnen. En dat is buitengewoon te betreuren”, aldus Wiegers. Hij denkt dat de Palestijnen die dinsdag hun vreugde uitten over de aanslag, niet beseffen welke gevolgen hun gedrag heeft voor de internationale beeldvorming over moslims.

Directeur M. Masud, directeur van het Islaminstituut in Leiden, ergert zich aan het beeld in de media dat moslims achter de aanslag in de VS zitten. „Hoewel nog niet bekend is wie er achter de aanslagen in de Verenigde Staten zitten, wijzen de media nu al met de vinger naar de moslims. De media wakkeren daarmee anti-islamgevoelens aan, die mogelijk kunnen leiden tot geweld tegen moslims wereldwijd.”

Masud: „Nu al wordt bijvoorbeeld Osama bin Laden als het brein achter de aanslagen genoemd. Iedereen kijkt naar de moslims. Dat vind ik heel verdrietig.” Hij verwacht dat de berichtgeving zal leiden tot een verslechtering van de relaties tussen het christendom en de islam.