Verkiezingen VS Groeiende zorgen bij Republikeinen Bush wil af van twee grote tv-debattenVan onze correspondent NEW YORK De Amerikaanse presidentskandidaat George Bush (Republikein) is bereid mee te doen aan drie televisieconfrontaties met zijn Democratische rivaal Al Gore. De laatste is ook bereid tot drie televisiedebatten met Bush. Probleem is echter dat beide kandidaten over andere debatten spreken.
Het grootste deel van de Amerikaanse kiezers vergaart z'n informatie via de televisie. Daarom is dit medium sinds het beroemde debat tussen John F. Kennedy en Richard Nixon in 1960 hét instrument om stemmen te winnen. Sinds de jaren tachtig worden de presidentiële debatten georganiseerd door de Commission on Presidential Debates, waarin vertegenwoordigers van beide grote partijen zitten. Zoals de laatste jaren gebruikelijk stelde deze commissie ook ditmaal drie debatten voor tussen Bush en Gore. Maar George Bush wil wat anders. Hij aanvaardt maar één debat van het schema van de commissie dat 90 minuten duurt en dat via alle grote netwerken wordt uitgezonden. Verder wil hij kortere debatten bij NBC (Meet the Press) en bij CNN (Larry King Live). Het Democratische kamp beschuldigt de Republikeinse kandidaat ervan zich te drukken. Het is onfatsoenlijk en arrogant tegenover de kiezer om zelf je medium te kiezen en de plaats van het debat als je dat beter uitkomt, aldus Gores campagneleider William Daley. Zijn Republikeinse collega Don Evans beschuldigt Gore van woordbreuk omdat de vice-president heeft gezegd dat hij overal en op elk tijdstip met Bush wil debatteren. Gore zegt dat die belofte overeind blijft zolang beide kandidaten maar eerst beginnen met de drie debatten die door de commissie zijn voorgesteld. Sommige politieke commentatoren vallen de Democraten bij en beschuldigen Bush van manipulatie om de debatten naar zijn hand te zetten. Gore is namelijk een gehaaid debater met jarenlange ervaring in het Congres. Bovendien is de afgelopen maanden gebleken dat hij een grote kennis van zaken van specifieke onderwerpen combineert met gedegen feitenkennis. Bush daarentegen heeft vaak adviseurs nodig om ingewikkelde onderwerpen zoals zijn voorstel voor belastingverlaging uit te leggen of uit te laten leggen. Bush probeert de debatten nu te verschuiven naar minder goed bekeken tv-uren, zodat minder Amerikanen hem mogelijk zien stuntelen tegenover Gore. Dat is misschien wel verstandig van hem, want tijdens de Republikeinse voorverkiezingen deed hij het ook al niet erg goed in de debatten, waarvan hij er zelfs enkele oversloeg. Maar het verhoogt natuurlijk niet zijn geloofwaardigheid onder de kiezers, aldus commentator Dan Andrews van de Daily News in New York. Kiesmannen Sommige politieke waarnemers spreken over een groeiende ongerustheid onder de Republikeinen over de afloop van de verkiezingsstrijd, die het afgelopen verlengde weekeinde van Labor Day (Amerika's alternatief voor de eerste mei) naar een hogere versnelling overschakelde. Sommige algemene opiniepeilingen geven Gore meer dan 10 procent meer steun dan Bush. Belangrijker is echter dat Gore volgens een onderzoek van het persbureau Associated Press voorligt in het aantal kiesmannen dat hij nodig heeft om straks tot president te worden gekozen. Veertien staten verschaffen hem 201 kiesmannen. Bush zou over 179 kiesmannen uit 21 staten beschikken als de verkiezingen nu gehouden zouden worden. Beiden hebben een minimum van 270 nodig. In het belangrijke Californië lijkt Gore intussen voor te liggen op Bush, terwijl Florida (waar Bush' broer Jeb gouverneur is) nog onbeslist is. De strijd wordt straks waarschijnlijk beslist in een aantal staten in het zogeheten Midden-Westen, te weten Michigan, Missouri, Ohio en Wisconsin. |