Taal en literatuur bepalen elfstedenarrangementDe culturele kant van FrieslandJeannette Donkersteeg Oom Lammert en tante Klaasje mogen dan van de oude stempel zijn, ze verzinnen best graag iets nieuws. Wie werkelijk in hun Friese land geïnteresseerd is, kan in de beroemde herberg van het echtpaar terecht voor een korte vakantie, die tegelijk heel leerzaam is. Het 'pasgeboren' culturele elfstedenarrangement laat gasten kennismaken met de provincie én met het Fries. Slapen in De Herberg van Oom Lammert en Tante Klaasje in Workum is op zich al iets bijzonders. Je nestelt je in een heuse bedstee tussen de lakens. De douche is gemaakt van een oude gieter. Dat daar zowaar een straal warm water uitkomt, mag een verrassing heten. Wie zich aan het nieuwe arrangement waagt, kruipt echter niet zomaar in de koets. De deelnemers die op donderdagmiddag aankomen en voor 330 gulden tot en met zaterdag mogen blijven worden eerst op een diner met Friese liedjes getrakteerd. Berenburg De volgende dag wacht een Fries ontbijt, dat wil zeggen: stevige hompen brood, dikke stukken kaas en een eitje dat de kippen van oom Lammert juist gelegd hebben. Dan moet er gewerkt worden. In het Sonnema Berenburg proeflokaal wacht behalve koffie met koek ook juf Lieske, die haar leerlingen een mondje Fries poogt bij te brengen. Grondig de grammatica bestuderen, is in twee morgens niet haalbaar. Daarom worden bekende teksten, zoals het Friese volkslied en de radioreclame van Fedde en Foekje ontleed. Als beloning voor hun oplettendheid krijgen de gasten voor de lunch een rondleiding, waarbij ze een slok Sonnema mogen proeven. De Berenburg vindt zijn oorsprong in de Friese herbergen, zo blijkt uit het bezoek aan het proeflokaal. Elke herbergier maakte zijn eigen kruidendrank waarbij hij over de receptuur zijn kaken stevig op elkaar hield. Fedde Sonnema uit Dokkum was een van hen. Rond 1860 produceerde hij z'n eigen brouwsel, waarvoor hij maar liefst 71 verschillende kruiden had geplukt. De drank viel bij de Friezen in de smaak en Fedde moest er dagelijks op uit om kruiden te plukken. Op een gegeven moment was de vraag zo groot, dat hij het niet meer kon bijbenen. Fedde zocht hulp bij de Amsterdamse kruidenspecialist Hendrik Beerenburg, die zijn kruiden op commerciële basis aan de man ging brengen en daarmee meteen zijn naam aan de kruidendrank verbond. Hendrik stelde namelijk dat elke afnemer de drank Beerenburg moest noemen. Fedde Sonnema kwam aan die eis slechts ten dele tegemoet. Hij doopte zijn drank Sonnema Berenburg, met één e. Feddes fabriekje deed het zo goed, dat het bedrijf uit z'n jas groeide. In Klaas Plantinga uit Bolsward ook een bekend Beerenburg-producent vond Sonnema een compagnon. De twee Friezen werkten op allerlei terreinen samen. Alleen de receptuur hielden ze voor elkaar geheim. Nog altijd stoppen de Sonnema-makers 71 kruiden in een fles. Mededogen Ook op het middagprogramma van de eerste dag staat een typisch Fries bedrijf. Bij de Makkumer Aardewerk Fabriek zie je hoe allerhande tegels en tegeltjes gebakken worden, op zo'n manier dat de koper er nog steeds een officieel certificaat van echtheid bij cadeau krijgt. Vervolgens kun je in het Jopie Huisman Museum kijken naar tekeningen en schilderingen van de man naar wie het museum is genoemd. De autodidact, kunstschilder en lompenkoopman Jopie Huisman (in 1922 te Workum geboren) werkte na de ambachtsschool aanvankelijk als schilder in de aardewerkfabriekjes van Workum. Na 1950 liep hij als koopman in lompen en metalen door zijn woonplaats. Hij bleef tekenen en schilderen en hield in 1963 in Harlingen zijn eerste expositie. Tien jaar later kende zijn ijver geen grenzen. Huisman produceerde het ene schilderij na het andere. De belangstelling voor zijn werk nam toe. Zo kwam in 1986 het museum van de grond, dat als ondertitel meekreeg: Het museum van het mededogen. Dat laatste refereert aan de thema's die Jopie vaak zocht in onaanzienlijke, weggeworpen voorwerpen. Fietstocht Terug in De Herberg van Oom Lammert en Tante Klaasje schuiven de gasten aan tafel met een Friese verhalenverteller, eventueel begeleid door een accordeonspeler. Ook op zaterdag wordt er Friese les gevolgd. Dit keer dient het Gysbert Japicxhûs als leslokaal, een monumentale en ook zeer passende omgeving voor taalonderwijs. Japicx was namelijk schrijver en dichter. Zijn werk is volgens de VVV even belangrijk voor de Friese literatuur als Vondels werk voor de Nederlandse literatuur. Het zeventiende-eeuwse hûs van Japicx is bewaard gebleven, en sinds vorig jaar is er een museum in gevestigd. Daar kun je na 'schooltijd' een expositie over het leven en werk van Gysbert Japicx zien, maar ook het verhaal van de taal en van het verschijnsel meertaligheid in andere Europese landen bekijken. In de Tekstwinkel zijn allerhande kant-en-klare teksten verkrijgbaar voor bruiloften en partijen, geboorten en andere gelegenheden. Per fiets wordt op zaterdagmiddag afscheid genomen van Friesland en het Fries. Boukje van het Japicxhûs rijdt voorop. Geregeld wordt er gepauzeerd bij een tableau waarop een korte beschrijving van een Friese auteur of poëet staat. De gids geeft hier en daar een toelichting. Dan gaat de tocht weer verder, door wijde weiden, langs lange sloten en rond karakteristieke zadeldaktorentjes. Het Friese culturele arrangement wordt deze winter eens per maand gehouden. Het eerstvolgende gaat op 5 november van start. De kosten bedragen dan 330,- p.p. incl. overnachtingen, maaltijden, lessen en excursies. De daaropvolgende arrangementen kosten p.p. 407,-. Max. 20 pers. kunnen tegelijk meedoen. Wie zich alleen of met z'n tweeën aanmeldt, draait mee in de groep. Wanneer er in totaal minder dan 8 deelnemers zijn, wordt het arrangement geannuleerd. Voor meer informatie: 0515-541370. |