Juist tijdens pestepidemie meer tempelbezoekers
Heilige rat vernietigt 'wereldse' indringersDoor Teije Brandsma Tienduizend ratten trippelen sinds honderden jaren door de Karni-Mata-tempel in de Indiase deelstaat Rajasthan. Ze worden steeds vaker bezocht door pelgrims. Het bezoekersaantal stijgt vooral tijdens een pestepidemie. Een bezoek aan de tempel en een slok water uit de schalen waaruit ook de dieren drinken, brengt geluk en gezondheid, geloven duizenden. Want de dieren zouden incarnaties zijn van vier halfgoden.
Daisy Lauwers uit het Belgische Sint Niklaas komt zenuwachtig lachend het tempelcomplex binnen schuifelen. Net als de andere toeristen in haar reisgroep, stond ook zij eerst aarzelend voor de ingang. Ze vroeg zich af of ze wel naar binnen wilde. Aan de andere kant van de poort, in het tempelcomplex, waren de ratten waar deze tempel zo beroemd om is, al te zien. Af en toe glipte er zelfs een nieuwsgierig naar buiten, om een minuut later weer snel naar de veilige tempel te trippelen. De Indiase bezoekers wandelen zonder enige aarzeling naar binnen; zij hebben schijnbaar geen enkel probleem met de dieren. Westerse bezoekers moeten doorgaans heel wat walging overwinnen voordat ze naar binnen durven. Extra complicerende factor is het voorschrift dat bezoekers hun schoenen uit moeten doen. Uiteindelijk gaat Lauwers ook samen met haar landgenoten door de poort. Het hele complex is overdekt met een fijnmazig net. Het dient om roofvogels weg te houden. Zou het net er niet zijn, dan zouden de vogels deze plaats in recordtijd gaan zien als het ultieme voedsel-Walhalla. Goddelijke incarnaties zouden dan tot afgrijzen van de hindoes in de snavel van een gier de lucht worden ingedragen. Niet schuw De duizenden ratten, die alle opvallend klein zijn, trippelen overal. Vooral bij de voedselbakken kruipen, balanceren, lopen, rennen, vallen en springen duizenden dieren. In het hart van het complex is een kamer waar de pelgrims voor een afgodsbeeld van de god Karni Mata voedsel neerleggen. De ratten, die op veel plaatsen op de wereld het imago van dood en bederf om zich heen hebben hangen, maar in India geheel anders worden beoordeeld, kruipen het stenen beeld op en af. Opvallend is dat geen enkele rat zich schuw gedraagt. De mens schijnt hier nog het meest schuwe wezen te zijn. Tenminste, sommige mensen. Zoals Daisy Lauwers. Daar komen de eerste ratten op de Belgische aftrippelen. Ze begint vreemde springbewegingen te maken om te voorkomen dat de dieren aan haar blote voeten snuffelen. Die mevrouw moet oppassen. Als ze een rat doodtrapt, is de ellende niet te overzien, zegt priester Hanuman Bareth. Hij gelooft dat Lauwers, die nog hogere springbewegingen probeert te maken, wordt omringd door zijn overleden familieleden en zijn toekomstige nakomelingen. Incarnaties De hindoes in Rajasthan menen dat 650 jaar geleden de god Karni-Mata in een menselijke gedaante werd geboren in het westelijk deel van Rajasthan. Hij trouwde en kreeg vier zonen. Allen kregen de belofte dat ze in een volledige levenscyclus slechts twee incarnaties zouden hoeven mee te maken: die van rat en mens. Normaal duurt het, zo vertelt Bareth, 65 miljoen incarnaties voor een levensvorm van insect is 'opgeklommen' tot mens. Als ik sterf, word ik ook meteen een rat, zegt Bareth trots. Voordat m'n zoon geboren was, liep hij hier ook rond. Over zijn vrouw, die aangetrouwd is en dus niet tot de nakomelingen van de godenzonen behoort, is hij eveneens stellig. Waar zij was voor haar geboorte? Alleen god weet het. Wat ik wel weet, is dat zij 65 miljoen incarnaties heeft doorlopen. De vier godenzonen vermenigvuldigden zich na ruim zeshonderd jaar en hebben inmiddels nakomelingen in achthonderd families. Die wonen allen nog in Rajasthan. Iedere familie mag om de acht jaar een man afvaardigen om een maand lang priester te zijn in de tempel. Hij verblijft dan onafgebroken tussen de ratten. Geen indringers Angst heeft Bareth helemaal niet voor deze dieren en vies vindt hij ze evenmin. Het opvallende is dat ze nog nooit een ziekte hebben overgebracht, weet hij. Integendeel, als je water drinkt uit de schaal waaruit ook de dieren drinken, brengt je dat alleen maar geluk en gezondheid. Dat meenden ook pestlijders tijdens de epidemie van 1994 in Surat, vijfhonderd kilometer zuidelijker. Terwijl het aantal buitenlandse bezoekers in die tijd in recordtijd terugliep naar nul, ging het aantal Indiase pelgrims sterk omhoog. Onder hen de pestlijders, die volgens Bareth door hun bezoek aan de tempel genezen zijn. Tijdens de Indiase pestepidemie van 1911 kwamen er eveneens zieke pelgrims naar Deshnok, en velen van hen zouden genezen zijn teruggekeerd. Hoe dat precies in z'n werk gaat, weet Bareth, die een medicijnenstudie volgde, niet. Hij vermoedt dat het iets te maken heeft met het door de ratten toegediend krijgen van antistoffen. Bareth: Ik begrijp het ook niet. Er zijn nu eenmaal dingen die niet wetenschappelijk te verklaren zijn. Wat hij ook niet kan verklaren, is het gedrag van de tempelratten als er een niet-tempelrat probeert binnen te komen. Dan vormen ze een front tegen de indringer. Ze maken hem in een paar seconden af! Door dit gedrag blijft volgens hem de kolonie ook gevrijwaard van ziekten. Witte ratten Onder de duizenden ratten, die zich voeden met door pelgrims geofferd fruit en granen, zouden zich vier witte dieren bevinden, zonder pigment in hun vacht. Zij zouden de directe afstammelingen zijn van de vier godenzonen. Er wordt gezegd dat het er vier zijn, maar niemand heeft hen ooit bij elkaar gezien. Soms duikt er een alleen rondlopende witte rat op. Daar! Daar! roept Bareth. Hij wijst op een witte rat die over de rand van de voedselkom trippelt. Je hebt ontzettend geluk dat je er een ziet, zegt hij opgewonden. Niemand heeft de witte ratten voorzover bekend allemaal bijeen gezien. Niemand weet ook precies of er inderdaad vier zijn. Misschien zijn het er meer of minder; niemand kan het controleren, want de dieren zijn te veel verspreid over het grote tempelcomplex. Mocht er op een dag ineens een vijfde rat worden gevonden, dan zullen de hindoes hun theorie van de vier godenzonen met hun vier ratafstammelingen waarschijnlijk toch niet veranderen. Vier godenzonen blijven nu eenmaal vier godenzonen; de legende is duidelijk. Marktdenken Het aantal bezoekers van de beroemde rattentempel steeg de laatste jaren. Met hoeveel is niet duidelijk. De tempelwachters noemen in hun enthousiasme enorme aantallen, tot zelfs een half miljoen per maand. Plaatsvervangend directeur Rajendra Singh Shekhawat van het toeristenbureau van het nabijgelegen Bikaner heeft een nuchterder kijk op de toestroom van pelgrims. Hij heeft het ook over een stijging, maar noemt andere aantallen dan de tempelwachters. Naar zijn inschatting bezochten tien jaar geleden gemiddeld tweeduizend pelgrims per dag de tempel. Nu zijn het er dagelijks circa drieduizend. Verklaringen voor die stijging zijn niet eenduidig. Het is zeker niet zo dat de Indiërs religieuzer worden. Integendeel, zelfs in de spirituele Indiase samenleving is het westerse marktdenken bezig aan een opmars. India wordt juist steeds materialistischer, vertelt Bareth. Daarom komen ze hier vaker; om te bidden voor succes in zaken. Lauwers heeft zich inmiddels enigszins weten aan te passen aan haar omgeving. Terwijl ze zoveel mogelijk op open plaatsen in de tempel blijft en hekken waarop de ratten zitten mijdt, schuifelt ze al fotograferend over het terrein. Bareth: Zij komt hier tenminste nog binnen; 5 procent van de buitenlandse toeristen durft de bus niet eens uit te komen. |