Ook niet-treinenfanaten worden lyrisch van deze wonderlijn
Grappa drinken op de steilste hellingDoor N. Sterk Op het moment dat de ober in het restauratierijtuig van de Glacier Express zijn fabelachtige kunsten vertoont bij het inschenken van de glaasjes grappa een Zwitsers neutje woedt buiten een sneeuwstorm. We schrijven begin november. De loc van de Furka Oberalp Bahn bekommert zich nergens om en ploegt zich zonder haperen een steile weg naar boven. Na het passeren van de Oberalppas op 2033 meter zakt de trein snel richting de sneeuwloze herfst bij Disentis en Reichenau. Je hoeft geen treinenfan te zijn om in de wereldberoemde Glacier Express toch wat lyrisch te geraken.
Reizen voor genieters, heet het op de folderomslag van de Furka Oberalp Bahn. Is reisgidsproza doorgaans niet geschikt om zomaar na te praten, wellicht is het ditmaal toch de beste samenvatting van de 291 kilometer lange treinreis tussen Zermatt en St. Moritz of andersom. Bijna heel Zwitserland door van west naar oost of vice versa, gezeten in het beste spoorwegmaterieel dat op de baan is en dan gevoerd te worden door de adembenemendste landschappen. Wie hem eenmaal deed, zal dat niet licht vergeten; wie hem niet deed maar in de gelegenheid komt, moet dat toch maar overwegen. Inderdaad, het kost wel een paar centen, maar daar heb je dan ook wat voor.
Het leukste souvenir uit de trein is ongetwijfeld het glas met de scheve voet, om daarmee thuis te kunnen vertellen dat een hellingshoek van 12,5 procent toch wel heel spectaculair is. Niet voor niets is het eerste deel van de baan uitgerust met tandradtechniek. Het eerste traject (44 kilometer, bijna 9 kilometer daarvan als tandradbaan) behoort toe aan de Brig-Visp-Zermatt-Bahn, het tweede gedeelte (96 kilometer, 18,5 daarvan als tandrad) wordt uitgebaat door de Furka Oberalp Bahn (FO). De Rhätische Bahn, die het oostelijkste deel (151 kilometer) van de Glacier Express beheert, liet de tandradtechniek geheel achterwege, maar moest om de bijna 300 meter hoogteverschil tussen Filisur (1084 meter) en Bergün (1376 meter) te overbruggen wel een imposante klimlus uithakken. Van Bergün naar Preda (1792 meter) is de afstand vervolgens hemelsbreed slechts 5 kilometer, maar er zijn 12 kilometer smalspoor en vier spectaculaire lussen nodig om de ruim 400 meter hoge klim te volbrengen. Bontjassen Helaas, als we de Albulatunnel (1823 meter lang) uitkomen valt de avond direct, zodat we in het duister St. Moritz bereiken. De daar vers gevallen sneeuw bevestigt de sprookjesachtige werkelijkheid van de bekende kalenderplaten en puzzeltaferelen. Die komen tot volle schoonheid als de zon de volgende morgen opgaat over de besneeuwde bergen. Niet voor niets is St. Moritz het synoniem voor aristocratie en veel geld. Dat een deel van het jaar de bontjassen, Rolls-Royces en Afghaanse windhonden het beeld van het dorp bepalen, doet niets af aan de ongerepte schoonheid van een zonnige novembermorgen inclusief het karakteristieke klokgelui. Een mens zou er weemoedig van worden, zeker als de reis alweer bijna richting Hollandse regenvlagen gaat en de Zwitserse spoorkwaliteit weer moet worden verruild voor de eigen vervuilde NS-dubbeldekkers vol graffiti. De Faller-catalogus van vroeger het modelbouwboek vol Duitse, Oostenrijkse en Zwitserse spoorromantiek komt langs het hele Glacier-traject tot leven. Lijkt het op de Faller-plaatjes of eenmaal in plastic uitgevoerd op de jongenskamer allemaal een beetje té mooi, té suikerzoet, de werkelijkheid overtreft de nabootsing verre. Treinend van Brig richting St. Moritz is één ding zeker: de tijd stond hier vele tientallen jaren stil. En die constatering houdt geen enkele negatieve kwalificatie in, zij het dat je als Zwitser beter in de lengterichting van een dal kunt wonen dan pal tussen de hoge bergen, want dan wordt het wereldbeeld toch wel een beetje stil en benauwd. De bronzen vrouw die op het perron van Thusis tussen haar koffers op de trein zit te wachten staat model voor een tijdloos, onbekommerd reisgenot in een land waar het leven goed is en de chocolade altijd weer bijzonder lekker. Modderoverlast Dat Brig onze opstapplaats was in plaats van het echte start- of eindpunt Zermatt, had nog te maken met de water- en modderoverlast die delen van het Wallis vanaf half oktober teisterde. Elk nadeel heeft echter ook een voordeel: in Brig hadden we nu tenminste even tijd om onder leiding van de plaatselijke gids-entertainer Paul Heldner, een voormalig machinist van de FO, het waterstaatkundig hoogstandje te aanschouwen waarmee Brig en Gris beide aan één kant van de hier in een nauwe betonnen watergang geperste Rhone sinds een paar jaar de voeten droog houden als de fraaie bergstroom aanzwelt tot een allesvernielende modderstroom. De rivier de Rhone is een wilde vloed, zingt een kinderliedje. Zeg dat wel, ook hier in Brig. Een ingenieus mechaniek, voorzien van een soort vlotterkamer, drukt bij hoge waterstand de brug over de Rhone horizontaal uit het wegdek omhoog. Twee metalen wanden die onder het brugdek hangen, sluiten naadloos de ontbrekende delen in de beide betonnen keerwanden af, zodat de twee stadskernen verschoond blijven van wateroverlast. Op 14 oktober werd de brug uit voorzorg geheven, normaal gesproken oefenen ze in Brig het waterstaatskunstje één keer per jaar: op 24 september 's avonds om zeven uur. Omdat door de geheven brug de belangrijkste verkeersader door de stad wordt gestremd, moet de bevolking een stukje stroomopwaarts omrijden, maar daarover klaagt niemand. Wie zich mocht afvragen wat de granieten 'stoomwals' nabij de slimme brug beduidt: dat is het eerbetoon van de Briggers voor dr. Ernest Guglieminetti (1862-1943), ooit inwoner van Brig, eerder arts te Monte Carlo, de uitvinder van het asfalt. Volgens Heldner is het wachten op een rijke Brigger die een gouden buste van de dokter wil schenken. Landwasserviaduct Al verschilt de hoogte op de Glacierroute sterk laagste punt 585 meter, bij Chur; hoogste punt, de Oberalppas, 2033 meter, de 7,5 uur durende rit bevat eigenlijk louter hoogtepunten. Dat geldt voor de onervaren Zwitserland-reiziger opeens duizelingwekkende afgronden pal naast je zitplaats in het panoramarijtuig maar zeker ook voor de ervaren Zwitserland-liefhebber. Met de trein zie je toch echt heel veel bijzondere vergezichten en perspectieven die vanuit de auto veel moeilijker of niet zichtbaar zijn. Neem het uitzicht op en vanaf het beroemde gebogen Landwasserviaduct dat over een peilloos diepe kloof werd gebouwd. Het gevoel dat dat bouwkundig hoogstandje oproept lijkt op dat wat je overvalt in een grote kathedraal. Pak je de spoorkaart van Zwitserland erbij, dan is direct duidelijk dat het alpenland een magnifieke bestemming is voor wie de trein wil gebruiken. Sneller dan de auto is de Thalys die vanuit Brussel via Parijs-Eurodisney Genève bereikt. Eenmaal in de Reformatiestad beland, ligt er een spoorwegnet klaar van 6000 kilometer. Tel daarbij de 14.500 kilometer interregionale en bergautobusnetten en je hebt een bijna perfect openbaarvervoerssysteem. Schoon, stipt en simpel, dat laatste onder andere dankzij de Swiss Pass voor vier, acht, vijftien dagen of een hele maand: toegang tot vrijwel elke lijn, zij het dat op sommige trajecten wel moet worden bijbetaald. Arrangementen voor de Glacier Express en vele andere toeristische treintrajecten in Zwitserland zijn te vinden in de brochure TreinRondreizen 2000 (2001 is bijna klaar), een product van Zwitserland Toerisme en NS Travel. Informatie en boekingen: NS Travel, 030-2977291 of Call Center Zwitserland Toerisme 00800-10020030. E-mail: info@zwitserland.nl. |