Verzetsmuseum betrekt kinderen bij dilemma's in Tweede Wereldoorlog
Bijzondere fietsen en bommenwerpersDoor W. M. Bakker Stel, je wordt als kind weggevoerd, net zoals de Joden in de Tweede Wereldoorlog. Wat zou je in je koffer stoppen? Jeugdige bezoekers van het Verzetsmuseum in Amsterdam schrijven hun antwoord op een briefje. Shirley wil kleding, een pistool en dubbeltjes meenemen. Charlotte kiest voor m'n huisdier, een kaars en veel voedsel. Anderen denken aan een telefoon en zelfs een leptop. Het museum bestaat vijftien jaar en is de komende weken voor kinderen extra interessant. Ter gelegenheid van het derde lustrum kreeg de Britse ambassadeur Rosemary Spier donderdag de nieuwe museumcatalogus aangeboden. Deze volgt de verhaallijn van de vaste opstelling en bevat veel illustraties. Het boek vertelt het verhaal van gewone mensen die in een tijd van schaarste, onderdrukking en vervolging ongewone keuzen moesten maken. Dit verhaal wordt gecompleteerd met de geschiedenis van het Verzetsmuseum en van Gebouw Plancius, waarin het sinds vorig jaar is gehuisvest. De Britse ambassade nam de Engelse vertaling van de uitgave voor haar rekening. Onderduikers De permanente expositie, die in een vroegere taxistandplaats is ondergebracht, belicht op een toegankelijke wijze allerlei dilemma's waarvoor burgers tijdens de bezettingsjaren kwamen te staan. Dit gebeurt tegen de achtergrond van de strategische ontwikkelingen in Europa in die tijd. Een wandkaart laat de verspreiding van de Joden over de gemeente Amsterdam, mei 1941, zien. Elke stip zijn tien Joden, zegt voorlichter Marjan Otter van het museum, terwijl ze de buurt aanwijst waar Anne Frank heeft gewoond. Een van de vragen waarvoor mensen kwamen te staan, was of ze onderduikers in huis wilden nemen. Hoe dat ging, wordt duidelijk als je een aantal keren een deurbel indrukt. Ik vind het heel mooi wat u doet, maar het is gevaarlijk, zegt iemand. En mijn leven is toch even veel waard als dat van een onderduiker? Nee, we doen het niet. Een volgende persoon heeft een ander excuus: Voor één nacht? Dat gaat niet. Mijn man is te bang. Hoewel velen niet meewerkten, groeide het aantal onderduikers tot ruim 300.000 in 1944. De Tien geboden voor ondergedokenen laten zien dat zij zich aan heel wat regels hadden te houden. Zoals: Ge zijt te gast, d.w.z. vervult Uw verplichtingen. Niet alleen de eerste week, maar altijd. Of: Hang niet rond in de huiskamer of keuken. En verder: Ook al wordt ge niet bepaaldelijk gezocht, tracht ook dán te vermijden dat de buren Uw aanwezigheid opmerken. Kerstavond De persoonlijke voorvallen die de expositie belicht, zijn de ene keer aangrijpend, de andere keer ontroerend. In een vitrine is een kerstboompje te zien dat iemand in de Weteringschansgevangenis in Amsterdam in elkaar knutselde. Het is gemaakt van karton dat het raam verduisterde. De takken zijn gesneden met een op de vloer scherp geslepen vork. De versiering komt van een doosje pillen, de sneeuw van het verband om een schotwond. Op kerstavond 1941 zaten gevangenen erbij te zingen. Anderen vermaakten zich met een zelfgemaakt kaart- of schaakspel. Wie in de centrale hal de geschiedenis van de oorlog op zich heeft laten inwerken, kan tot 7 januari nog terecht bij de tentoonstelling Een schreeuw zonder stem. Deze stelt werk van Jean-Jacques Morvan centraal. De in Parijs geboren kunstenaar voor zijn schilderijen gebruikte hij vanwege geldgebrek soms tandpasta als verf was in 1945/46 betrokken bij de opvang van overlevenden uit de concentratiekampen. Hij verbeeldt op abstracte wijze thema's zoals razzia, onderdrukking en deportatie. Marjan Otter spreekt van een goede aanvulling op de permanente afdeling van het museum. Op de schilderijen wordt de emotie verbeeld die je op de vaste expositie voelt. Een informatie-eiland trekt lijnen vanuit de geschiedenis door naar vandaag. Onder meer via computerprogramma's komen zaken zoals mensenrechten aan bod. Het niveau is op jonge bezoekers afgestemd. Je bent vrij om te denken en te zeggen wat je wilt. Je mag een club oprichten en vergaderen. (...) Je hebt het recht om naar school te gaan. En nog veel meer. Boekenwurmen kunnen zich in een kleine bibliotheek in allerlei historische en actuele thema's verdiepen. Pesten op school is zo'n hedendaags onderwerp. Marjan Otter licht de link met de oorlog toe: Wat doe je als de meerderheid iets doet? De voorlichter geeft toe dat het probleem van pesten van een andere orde is dan datgene waar het tijdens de Tweede Wereldoorlog om draaide. In de persoonlijke begeleiding geven we die nuance ook duidelijk aan. We proberen de onderwerpen inzichtelijk te maken en naar de wereld van kinderen te vertalen. Daarbij laten we zien dat verzet klein begint, maar dat de gevolgen groot kunnen zijn. Leuk feest Terwijl het museum voor kinderen heel wat aansprekend materiaal biedt, laat de tijdelijke expositie Ook de treinen hebben ooren deze doelgroep tot 17 december nog eens extra aan haar trekken komen. De titel is afkomstig van een poster die in april 1940 Nederlandse treinreizigers waarschuwde: Pas op... er zit misschien wel een spion of verrader in de coupé. (...) Mond dicht over militaire aangelegenheden. De insteek van de tentoonstelling vervoer tijdens de Tweede Wereldoorlog is origineel. In eenvoudige taal komen onderwerpen zoals benzinegebrek, bijzondere fietsen en bommenwerpers voor het voetlicht. De ervaringen van enkele kinderen lopen als een rode draad door het verhaal. Als Greetje op 10 mei 1940 uit bed klimt, hoort ze dat haar ouders naar de radio zitten te luisteren. Greetje begrijpt niet alles wat wordt gezegd. Maar één ding begrijpt ze wel: Nederland wordt aangevallen. Het is oorlog. Cees vierde op 16 juli 1940 zijn twaalfde verjaardag. Ondanks de bezetting is het een leuk feest. Cees vindt de oorlog wel spannend. Heel vaak heeft hij vrij van school, want in het schoolgebouw zitten Duitse soldaten. De bezoekers van de expositie krijgen verschillende vragen voorgelegd. Zou jij, net als Lida, voor het verzet spullen durven vervoeren? Let op: de Duitsers controleren jongens vaker dan meisjes. Wie het antwoord ja intoetst, krijgt als reactie: Jij denkt dat je dapperder bent dan de meeste Nederlanders toen. Tijdens de oorlog was maar ongeveer 5 procent van de Nederlanders bij het verzet. 90 procent probeerde het leven zo normaal mogelijk voort te zetten. 5 procent koos de kant van de vijand: de Duitse bezetter. Zo krijgt de jeugd op eenvoudige en aansprekende wijze zinvolle informatie aangereikt. Overwinning De Schrijftafel bij de uitgang biedt ouderen de gelegenheid te reageren op datgene wat ze in het museum hebben gezien. Een man die de zeventig reeds is gepasseerd, noteerde deze week een gedachte die velen met hem zullen delen: Ik hoop dat mijn kinderen en kleinkinderen en verdere generaties dit nooit zullen beleven. Op dezelfde pagina noteert een andere bezoeker: Het viel me op dat ons volk in die benauwde jaren zoveel steun ondervond van hun geloof in God. En de overwinning kwam! Het Verzetsmuseum, Plantage Kerklaan 61 in Amsterdam, is van dinsdag tot en met vrijdag van 10.00 tot 17.00 uur en zaterdag van 12.00 tot 17.00 uur geopend. Informatie: 020-6202535. |