Toerisme 28 oktober 2000

Ontspannen op de
Aletsch-gletsjer

Door A. Witvliet
Sneeuw is fantastisch. Dat gevoel komt in je op als de witte neerslag een prachtige deken over een stoere bergformatie heeft gelegd en je daar een stil aanschouwer van mag zijn. Er ontvouwt zich niet alleen een schitterend panorama, maar je krijgt tegelijk een nauwelijks te negeren aandrang om de lange latten onder te binden. Zowel skiërs als wandelaars komen op de Aletsch, de grootste gletsjer van de Alpen in het Zwitserse Wallis, ruimschoots aan hun trekken.

Het is en blijft bijzonder frustrerend. Na bijna 1000 kilometer gereden te hebben haal je de bagage uit de auto en slechts met enige moeite krijg je wat bijeengeschoven hoopjes sneeuw in beeld. Afwezigheid van sneeuw is voor een moegereisde wintersporter een teleurstelling van formaat. De wetenschap dat de wereld pakweg anderhalve kilometer boven je hoofd er wel eens stukken witter uit zou kunnen zien, doet je echter hoopvol de lift instappen om de laatste honderden meters naar de plaats van bestemming te overbruggen.

Binnen een kwartier is alles anders. Sneeuwvlokken dwarrelen naar beneden. Takken buigen diep onder het gewicht van de sneeuw. Nostalgische straatlantaarns werpen hun licht over de witte deken en karakteristieke alpenwoningen completeren het kerstkaartensfeertje.

Rust
De Aletsch-gletsjer –Europa's grootste– strekt zich uit van de zuidelijke kant van de Jungfrau tot aan de bergen van het Rhônedal. Het skigebied omvat de kernen Riederalp, Bettmeralp en Fischeralp. Daarvan zijn vooral de eerste twee voor toeristen van belang. Meer dan 100 kilometer skipiste wacht om door de vele wintersporters ontdekt te worden.

Typerend voor de drie dorpen is de afwezigheid van auto's. Zowel 's zomers als in de winter is het gebied hermetisch afgesloten voor alle autoverkeer. Afhankelijk van de weersomstandigheden wordt voor het noodzakelijke transport gebruikgemaakt van elektrische aangedreven wagentjes of voertuigen met rupsbanden en sneeuwschuiver. Vergunningen hiervoor worden slechts sporadisch verstrekt. Het is duidelijk dat liefhebbers van rust in Riederalp, Bettmeralp en Fischeralp aan hun trekken komen.

Dat komt zeker niet alleen door de afwezigheid van auto's. In grote en mondaine wintersportoorden gonst het ook 's avonds van geluid. De lokale horeca spint goed garen bij de massa's toeristen die de hooggelegen alpendorpen overspoelen. Uitbundige après-skifeestjes en luidruchtige discogangers verstoren meer dan eens de nachtrust. Zo niet in de drie dorpen naast de Aletsch-gletsjer. 's Nachts is het er indrukwekkend stil. Kroegen en feesttenten zijn er niet of nauwelijks te vinden. Onder après-ski verstaat men hier het nuttigen van een biertje aan de bar van het hotel dan wel uit eigen koelkast.

Wandelen
Het Aletsch-skigebied is zeer geschikt voor familievakanties. Er is niet alleen een royaal aanbod van familiehotels en appartementen, bovendien zijn er uitstekende faciliteiten voor zowel senioren als kinderen. Zo zijn er voor de allerkleinsten goed ingerichte crèches en speciale kinderpistes. De meegereisde opa's en oma's kunnen hun keus maken uit de uitgebreide wandelmogelijkheden.

De meeste wintersportoorden richten zich enkel en alleen op het skiën. Er zijn echter ook veel mensen die wel van de winterpracht in de Alpen willen genieten maar er niet over peinzen op ski's de hellingen af te dalen. In het gebied kunnen ook wandelaars hun hart ophalen. Er is ruim 24 kilometer aan wandelpaden en langlaufloipes. Alleen al het schitterende panorama is een trekpleister van formaat. Daarnaast zijn er in Bettmeralp een zwembad en overdekte tennisbanen. Een ander soort vermaak bieden het Alpenmuseum in Riederalp en de karakteristieke Villa Cassel, waarin de natuurbescherming is gevestigd.

Uitdaging
De streek is echter eerst en vooral op de wintersport ingericht. De drie dorpen liggen op een kleine 2000 meter hoogte. Vanaf het bergstation Eggishorn op 2869 meter slingert de hoogst bereikbare skipiste zich naar beneden. Het skigebied kenmerkt zich niet zozeer door hoogteverschillen als wel door de breedte waarover het zich uitstrekt. Voor beginnende én ervaren skiërs biedt de Aletsch-gletsjer genoeg uitdagingen.

Zeer ervaren alpineskiërs zullen liever hun heil elders zoeken. Er is slechts één korte gemarkeerde skiroute waar de echte zwoegers een ongeprepareerde helling kunnen bedwingen. Verder is het aanbod van inspirerende zwarte pistes beperkt.

Maar het is natuurlijk erg ontspannend om een fraaie route uit te stippelen over de vele rode en blauwe pistes. Dat is wel even oppassen geblazen, want een aantal blauwe pistes is niet altijd steil genoeg om voldoende vaart te houden. Skiën is leuk, maar wel vanaf een beetje helling. Niets is tijdens een afdaling vervelender om zelf stukken te moeten 'klunen'. De keer dat het zo mistig was dat ik niet meer dan 3 meter voor me uit kon kijken, vergeet ik ook niet snel. Na anderhalf uur dwalen kwam ik in het verkeerde dorp uit. De wandeling van 6 kilometer op skischoenen en met de latten op de schouder bleek evenmin een lolletje.

Volvette kaas
's Avonds is het goed ontspannen in de Alpen. Het hotel schenkt een goed glas en houdt flink de brand in de haard. Zwitsers laten zich niet bepaald kennen als fijnproevers, maar zijn toch tot het bereiden van voedzame maaltijden in staat. Uit de kluiten gewassen schnitzels en vette rösti laten zich na een inspannende dag goed smaken.

Specialiteit is het zogeheten ”raclettenplausch”. Stralend middelpunt is een enorme volvette ronde kaas die verhit wordt en waarvan je vervolgens naar behoefte kunt afschrapen. En dat –heerlijk Nederlands– ongelimiteerd. Een groot saladebuffet en witte wijn vrolijken het kaasfestijn op.

Slapen doe je vervolgens als een os. Totdat de eerste zonnestralen een schitterend panorama ontvouwen en je je opnieuw door de buitenlucht en de wetenschap van vers geprepareerde pistes laat inpakken.

Meer informatie: Zwitserland Toerisme, 00800-10020030 of www. zwitserland.nl.