Met sneeuwschoenen van de gebaande wegen afwijken
Aan de voet van de BischofsmützeDoor W. M. Bakker Je mist de snelheid van skiën en langlaufen, maar komt op plaatsen waar de lange latten je niet brengen. De oorsprong van het sneeuwschoenlopen is al eeuwen oud. De laatste jaren verheugt deze vorm van wandelen zich in nieuwe belangstelling. In het Oostenrijkse Salzburgerland schuifel ik, met uitzicht op de Bischofsmütze, door een winters landschap. Op sneeuwschoenen! In januari heerst in het Salzburgerland een uitgelaten stemming. De regio steunt voor een belangrijk deel op het toerisme en moet het daarbij meer van de winter dan van de zomer hebben. In deze eerste maand van het jaar zijn de omstandigheden zoals elke Oostenrijkse skileraar ze graag ziet. Een prettige combinatie van zon en sneeuw levert tevreden gezichten van vakantiegangers uit verschillende landen op. Vrijwel geen bed in hotel of pension is 's nachts onbezet, terwijl ook campings heel wat bezoekers een plek bieden. Warme deken Ruim 60 kilometer van Salzburg, de stad die onlosmakelijk met de naam van Wolfgang Amadeus Mozart verbonden is, ligt Altenmarkt. Daar vormt een eenvoudig landhuis mijn uitvalsbasis. Kort na aankomst in de ruim 5000 inwoners tellende plaats hoor ik bellen van een arrenslee. De passagiers hebben zich in warme dekens gehuld om op temperatuur te blijven. Ervaren skiërs glijden over een berghelling sierlijk omlaag. Een grote hoeveelheid sneeuw geeft Altenmarkt sfeer. Door de witte takken van een oude boom heen heb ik het zicht op de kerk, die pontificaal in het centrum staat. Op het kerkhof draagt een bejaarde man zorg voor onderhoud van een grafsteen. Verderop in het dorp toont een winkeletalage religieuze kunst, waaronder afbeeldingen van bijbelheiligen. In een houten broodmand, aangekleed met een blauw-wit stofje, is een bede uit het Onze Vader gebrand: Unser täglich Brot gib uns heute. Een reclamebord op een rotsblok vestigt de aandacht op de expositie Der Berg ruft!, die in april van start gaat. Op weg naar Filzmoos ontwaar ik de loods waarin de tentoonstelling over de geschiedenis van het alpinisme momenteel wordt ingericht. Het project moet, tot november 2001, duizenden bezoekers naar Altenmarkt trekken. Directe aanleiding vormt de eerste beklimming van Oostenrijks hoogste berg, de Grossglockner, 200 jaar geleden. Schoolreisje In Filzmoos bind ik de sneeuwschoenen onder. Het zijn lange plastic plankjes die onder de normale stevige stappers komen en moeten helpen gemakkelijk een weg door de sneeuw te banen. Twee lange, dunne stokken om het evenwicht te bewaren horen ook bij de uitrusting. De meeste deelnemers aan de wandeling maken voor het eerst kennis met deze activiteit. Dat levert een hoop hilariteit op. Bij de start heerst de stemming van een schoolreisje. We vertrekken in een grote groep, maar al snel dwingt de route ons een lange sliert achter elkaar te vormen. Omdat massaliteit niet bij deze beleving van een sneeuwlandschap past, splitsen we ons na korte tijd op in kleinere onderdelen met elk een ervaren begeleider. Als iemand in de eerste groep z'n schoen verliest, houdt de stoet halt. De tweede ploeg zit de vooroplopers alweer snel op de hielen. Het mag de pret niet drukken. Langzaam schuifelen we voort. Eerst door weilanden, dan onder naaldbomen. Het monotone geluid van de hulpschoen die in de sneeuw drukt, vergezelt ons onophoudelijk. Daardoor dringt het geluid van een kabbelend beekje pas goed tot ons door als we ons al vlak bij het waterstroompje bevinden. De stokken die op elke meter in de witte bodembedekking worden geprikt, geven het gevoel dat we voortdurend door krekels worden omgeven. Zo'n geluid leveren ze op. Indianen Af en toe klinkt het gezellige gerinkel van bellen. Dan is een koets in aantocht. Het vervoermiddel voor mensen die niet op eigen kracht boven kunnen komen of gemak boven inspanning verkiezen. Gerald Lehner begeleidt ons, met hond, behendig op zijn lange latten. Hij vertelt dat de techniek van sneeuwschoenlopen al zo'n 2000 jaar oud is en voor het eerst door indianen en jagers in Canada en Alaska zou zijn toegepast. De techniek loopt ver achter op die van moderne ski's. Lehner ziet de herleving van het sneeuwschoenlopen, sinds een jaar of vijf in een groot deel van het alpengebied, vooral als fun. Je bent er niet echt goed mee uitgerust om de bergen in te gaan. Handig is het voor de snowboarder die een berghelling wil afglijden op een plek waar hij niet met een kabelbaan omhoog kan. Verder is het leuk voor mensen die niet in staat zijn te skiën, maar die wel plezier willen beleven. Of voor skiërs die eens een dagje iets anders willen. In deze regio behoort het sneeuwschoenlopen vrijwel de hele winter tot de mogelijkheden, zegt Lehner. Als voordeel van deze vorm van voortbewegen noemt hij nog dat je er, in tegenstelling tot langlaufen, gemakkelijk mee van de gebaande wegen kunt afwijken. Intussen naderen we ons doel, de Unterhofalm, die een prachtig uitzicht op de beroemde Bischofmütze biedt. Op een foto wijst de gids aan langs welke route Frans Spitzelburger in 1956 de top van deze steile berg wist te bereiken. Almhut Na twee uur lopen blijken mensen meer dan gemiddeld moeite te hebben om maat te houden. De een neemt hijgend en het zweet van z'n voorhoofd vegend de toevlucht tot een pakje sigaretten, de ander laat binnen een halfuur drie glazen bier serveren. Een halve liter per keer! Zelf geef ik de voorkeur aan een smakelijke aardappelroomsoep, geserveerd in de sfeervolle almhut. Even later dient de ober een groentetaartje met een romig sausje op. Buiten klinkt opnieuw het gerinkel van paardenbellen. Voor meer informatie: Oostenrijks Toeristenbureau |