Kamerverkiezingen 98 | 30 april 1998 |
Indische gemeenschap wil zich in parlement laten horenVIP: Partij met koloniaal verledenDoor P. Chr. van Olst Voor de Indische gemeenschap in Nederland en in zekere zin ook voor de Vrije Indische Partij is het jaartal 1949 cruciaal. Dat was het jaar waarin Indonesië onafhankelijk werd. Rampspoed geboren, heette het in Nederland. Dat gold niet in de laatste plaats voor groepen Nederlandse Indiërs, die werden gedwongen het nieuwe Indonesië te verlaten. Het was: Kijk in je paspoort en hoepel op, vertelt VIP-lijsttrekker Koop. Een migratiegolf kwam op gang. Deels kwamen de gedwongen emigranten linea recta naar Nederland. Een ander gedeelte van hen maakte een tussenstop van vijftien jaar in Nieuw-Guinea, waar zij zich op advies van de Nederlandse regering vestigde. Tot 1965. Toen moest Nederland onder grote druk van de Verenigde Naties ook dat grondgebied prijsgeven en kwam een tweede golf van immigranten op gang. In Nederland kreeg de Indische gemeenschap te kampen met geheel eigen problemen. Bijvoorbeeld rond de geboorteakte. De eigen documenten waren achtergebleven in Indonesië. Die moeten ze node missen bij bepaalde procedures. Dat kost ook vandaag de dag nog tijd en geld, aldus Koop. De tweede golf van immigranten uit de voormalige Nederlandse kolonie heeft boven op het geboorteakteprobleem met een heel ander onrecht te kampen. In tegenstelling tot mensen uit de eerste golf worden zij gekort op hun aow. Omdat zij na de Indonesische onafhankelijkheid tijdelijk in Nieuw-Guinea gewoond en gewerkt hebben. Koop: Dat deden zij juist op aandrang van de Nederlandse regering. En nu worden ze gekort. Dat is een onrechtvaardigheid die moet worden gerepareerd. Achtergeblevenen De overheid zou Indonesië meer ontwikkelingshulp moeten sturen, vindt Koop. De VIP-lijsttrekker betreurt het dat minister Pronk van ontwikkelingssamenwerking de deur dichtgooide met de opmerking dat de Soeharto-kliek wat hem betreft geen cent meer krijgt. Hij is het eens met de Nederlandse regering in de afwijzing van het mensenrechtenbeleid van Soeharto. Maar: Je moet Soeharto geen dingen verwijten die je zelf ook hebt gedaan, zegt Koop met een verwijzing naar wat dezer dagen bekend werd rond het verleden van Colijn. Hoe groot is de Indische gemeenschap in Nederland nu ongeveer? Koop is allang blij als 10 procent van die 1,2 miljoen kiezers de Vrije Indische Partij op 6 mei in de Kamer zal helpen. Dan hebben we twee zetels en groeien we vanzelf verder. Want wij kunnen met ons huidige budget nooit al onze potentiële kiezers ineens bereiken. Wordt de Indische gemeenschap niet op een natuurlijke wijze steeds kleiner? Delen al die mensen een bepaalde consistente politieke visie of bent u eigenlijk een belangengroep die in de politiek wil en daarom een programma heeft geschreven? |