Uitzicht naar morgen30 december 1999

Onze hoop zij
op de Heere

Door ds. G. J. Capellen
Een nieuw tijdperk, dat sommigen het postmodernisme noemen, is aangebroken. Er is meer ruimte gekomen voor religieuze belevingen. Helaas betekent dit niet dat wij –mensen aan de vooravond van het derde millennium– godvrezend zijn.

Echt God dienen en vrezen wordt slechts daar gevonden waar we ons tot in het diepst van ons hart aangesproken weten door de Heere, zoals Hij Zich in Zijn Woord geopenbaard heeft. De aloude vraag van de Heidelberger blijft hoogst actueel. „Wat is uw/jouw troost, beide in het leven en sterven?”

Deze persoonlijke vraag is van indringende betekenis. Wenen wij werkelijk over onze zonde? Zijn we erachter gekomen dat wij God de rug hebben toegekeerd? Wij kunnen alleen gered worden door de Heere Zelf! Een dichter zong: „'k Heb alles verloren, maar Jezus verkoren, Wiens eigen ik ben.”

Als kerken van de gereformeerde gezindte dienen we deze boodschap in een tijd van verval met bewogenheid en diepe ernst uit te dragen en dat onvervalst en onverkort. Laten we in een tijd van materialisme en zingenot een zoutend zout zijn. In eigen kracht zijn wij hiertoe niet in staat.

We zijn hopeloos verdeeld. Laat er gebed zijn of de Heere ons in de storm naar elkaar toedrijft. Laten onze jongeren werkelijk mogen zien wat het inhoudt de Heere te dienen en in Zijn wegen te wandelen. Laten we het niet van onszelf verwachten. Onze hoop zij op de Heere alleen.

Hoe donker ook de tijden nog zullen worden en hoe briesend de satan ook rondgaat, de Heere zal met Zijn volk en kinderen zijn. Hij zal er ook in de 21e eeuw toebrengen. De Heere zal in dit moeilijk leven; Zijn volk en erfdeel nooit begeven. Zijn Naam zal zijn tot in eeuwigheid; zolang als er de zon is, zal Zijn Naam van kind tot kind worden voortgeplant.

Dat alleen geeft moed. Laten wij evenwel trouw zijn op de post waar de Heere ons heeft gesteld.

Ds. G. J. Cappellen is christelijk gereformeerd predikant te 's Gravenhage-Scheveningen.


Ds. G.J. Cappellen