30 december 1999

Ds. Reuter werd geschorst wegens tuchtoefening

De brandweer kreeg de schuld

Snel greep het vuur om zich heen, het pakhuis stond in lichterlaaie. Met groot materieel rukte de brandweer uit om het vuur te bestrijden. En boos dat de mensen waren! „Poeh, wat laten ze ons schrikken.” „Kijk nou, ze versperren de hele straat.” Dat niet de brandweer maar het vuur de oorzaak was van alle drukte, daaraan dachten de omwonenden niet. De onlangs geschorste ds. D. Reuter moet aan dit beeld denken als hij de gebeurtenissen van het afgelopen jaar rustig op een rijtje zet.

Een bloeiende gemeente is het niet, de evangelische kerk van Duisburg-Laar. Typische grotestadsproblemen lijken zich in het Duitse Ruhrgebied samen te ballen tot een haast onomkeerbaar proces van kerkverlating. Maar Laar is wel een toevluchtsoord voor mensen die een gedegen prediking zochten. „We golden als een onneembare, bijbelgetrouwe vesting.”

Bij zijn bevestiging als predikant van Duisburg-Laar beloofde de nu 45-jarige ds. Reuter trouw aan Schrift en belijdenis. Daar hoorde ook de Heidelbergse Catechismus bij. „In een tijd dat mensen uit de Schrift filteren wat hun niet aanstaat, is de belijdenis van groot belang. De catechismus werpt een dam op tegen dit plunderen van de Bijbel vanuit eigen wereldbeschouwing.”

Al langer had de top van de Evangelische Kerk in Rijnland, waartoe Laar behoort, moeite met de uitgesproken standpunten van de Duisburgse pastor. In juni bereikte het conflict tussen de overwegend liberale kerkleiding en de behoudende predikant zijn hoogtepunt. De kerkenraad van Laar besloot toen namelijk twee gemeenteleden te weren van het heilig avondmaal. Reden: de twee leefden samen, terwijl beiden al getrouwd waren. Vermaningen baatten niet, pogingen om het gesprek aan te gaan, strandden. Nadat de kerkenraad zijn besluit had meegedeeld, startten de twee onmiddellijk een handtekeningenactie tegen de predikant.

„Onze maatregel had het heil van het stel op het oog”, benadrukt ds. Reuter. „We hebben de gemeente daarom opgeroepen tot voorbede voor de twee leden.”

Ambtsgeheim
De kerkleiding startte in juni nog een tuchtprocedure tegen ds. Reuter, terwijl het gewraakte kerkenraadsbesluit van hogerhand buiten werking werd gesteld. De spanning liep op. Toen ds. Reuter op 21 november bekendmaakte dat de kerkenraad bij zijn standpunt bleef, was de boot aan. Twee dagen later werd de predikant geschorst.

Ds. Reuter, zo redeneert de kerkleiding, heeft zich „overduidelijk” niet aan de kerkorde gehouden, heeft de privacy van gemeenteleden geschonden door hun namen in het openbaar af te lezen en heeft het ambtsgeheim geschonden.

Feit is dat de synode in 1996 bij een herziening van de kerkorde besloten heeft het artikel omtrent tucht rond het avondmaal te schrappen. „Zolang de catechismus tot de belijdenis van onze kerk hoort”, werpt ds. Reuter tegen, „kan men niet zeggen dat de tucht is afgeschaft. De zondagen over de sleutelen van het hemelrijk spreken, op grond van Gods Woord, duidelijke taal. Je mag deze gegevens uit de belijdenis niet uitleggen op basis van een synodedebat. We moeten terug naar de Schrift.”

Dat hij de namen van het stel heeft afgekondigd, verdedigt ds. Reuter op grond van Matthéüs 18:15-17. De predikant is er ook van overtuigd dat hij het ambtsgeheim niet heeft geschonden. „Men zegt dat ik door pastorale gesprekken op de hoogte kwam van de relatie. De werkelijkheid is dat het stel demonstratief samen naar de kerk kwam. Ze hebben daarmee openlijk Gods geboden overtreden.”

Persbericht
Het nieuws van zijn schorsing kwam ds. Reuter niet op een alledaagse, veel minder op een zorgvuldige wijze ter ore. Terwijl de predikant catechisatie gaf, werd zijn vrouw overspoeld door telefoontjes van journalisten. De kerkleiding had namelijk pijlsnel een persbericht verspreid en het nieuws op internet gezet. „Gelovigen mogen niet aan de schandpaal genageld worden”, striemde het bureau van de Rijnlandse kerk. „Graag uw reactie”, vroegen de journalisten aan de verbouwereerde predikantsvrouw.

De brief die ds. Reuter diezelfde avond kreeg, sprak duidelijke taal. Hij mocht geen enkel ambtelijk werk meer doen. Bij overtreding van dit gebod dreigden tuchtmaatregelen. Minder duidelijk, om niet te zeggen vaag, was de brief over de motivering van de schorsing. Ds. Reuter zou oorzaak zijn van een „onhoudbare situatie” in de gemeente. Hem ontbreekt, zo verwijt de kerkleiding de predikant, het vermogen en de wil om in te schatten wat de gemeente schaadt. Daarmee dreef hij een „diepe wig” in de gemeente, ja zelfs in families.

Vrijheid
„Hoe ik me voelde op die bewuste dinsdag? Moeilijk te omschrijven. Plotseling ben je van al je rechten en plichten ontheven. Ik krijg geen officiële informatie over de gemeente meer. Als ik iets wil weten, moet ik naar de vitrine lopen die aan de muur van de kerk hangt.” Ds. Reuter lacht: „Ik geniet een koninklijke vrijheid.” Ernstiger: „Wat ik graag doe, werken in de gemeente, mag ik niet.”

Maar hoe voelde u zich? „Erg boos, aan de ene kant. Dat mag duidelijk zijn. Hier maakt een kerkleiding een gemeente kapot. Ook wel aangevochten. Wat blijft er van mijn gemeente over? Mag ik me aan deze maatregelen onderwerpen, als ik ten volle overtuigd ben dat ze tegen Schrift en belijdenis indruisen?”

U kunt weinig anders. „Ik zou voor het kerkgebouw kunnen preken. Nee, ik heb dat niet gedaan.”

Waar bent u dan wel op zondag? „Ik noem geen plaatsen. Wil mijn gemeente niet een bepaalde kant op sturen.”

Geen ogenblik heeft de predikant spijt van zijn vasthoudende opstelling. „Ik lijd er meer onder dat geestverwanten me aanraadden braaf te zijn, me te schikken naar wat de kerkleiding vraagt.

Als we niets gedaan zouden hebben, had het kwaad zich dieper ingevreten, was de geestelijke schade groot geweest. We hadden trouwe kerkgangers, die werkelijk om Gods Woord te horen naar de kerk komen, van ons vervreemd. We kregen al signalen van ontevredenheid. De spanning hing in de lucht.”

Pensioen
Drie kerkenraadsleden, medestanders van ds. Reuter, hebben hun ambt inmiddels neergelegd. Snel heeft de kerkleiding een vervangende kerkenraad bij elkaar gesprokkeld: drie mensen van buiten de gemeente en drie uit Laar zelf.

De vaders van het stel dat van het avondmaal was geweerd, mochten hun plaatsje in de kerkenraadsbanken weer innemen. Toen ds. Reuter dat hoorde, kon hij zijn oren haast niet geloven. „Het is een schandaal”, valt hij uit. „Het lijkt wel of een familie koste wat het kost haar positie wil handhaven.”

Voor de predikant is de toekomst onzeker. De schorsing duurt maximaal drie maanden. De kans is niet denkbeeldig dat hij, net als zijn jongere broer Roland zes jaar geleden, vervolgens van zijn gemeente wordt losgemaakt. Het vervolgtraject eindigt in vervroegd pensioen, waarbij slechts de helft van het oorspronkelijke salaris overblijft.

Ds. Reuter ziet weinig in het organiseren van een gezamenlijk protest tegen de kerkleiding. „Dat werkt niets uit. We hébben een gemeenschappelijk uitgangspunt: Schrift en belijdenis. De waarheid hoeft niet telkens opnieuw te worden bewezen. We moeten er ons alleen aan houden.”