Noord-Korea:
Uitgerangeerd en toch machtig
Je moet
heel wat in je mars hebben om het machtigste land op aarde, de Verenigde
Staten, op de knieën te krijgen. Noord-Korea heeft laten zien dat
die redenering niet opgaat. Het stalinistisch geregeerde land in Oost-Azië
behoort tot de meest uitgerangeerde en wereldvreemde staten ter wereld.
En toch slaagde het erin de Verenigde Staten naar zijn pijpen te laten
dansen.
Door A. Jansen
Het Koreaanse schiereiland in Oost-Azië beleefde dit jaar een ongekend
hoogtepunt met de topontmoeting tussen de Noord-Koreaanse dictator Kim
Jong Il en de Zuid-Koreaanse president Kim Dae Jung op 13 juni. De toenadering
tussen twee nog altijd in staat van oorlog verkerende broedervolken werd
vooral op rekening van Kim Dae Jung geschreven. Hij probeert met zijn
sunshine-politiek al jaren de gesloten Noord-Koreanen voor
zich te winnen. Dit jaar leek hij succes te hebben en als beloning kreeg
de Zuid-Koreaanse president de Nobelprijs voor de vrede.
Een
terechte toekenning. Maar of Noord-Korea werkelijk een andere koers is
ingeslagen, en dus niet meer het kille stalinistische bolwerk is waarmee
het kwaad kersen eten is? Daarover bestaan nog de nodige twijfels.
Toegegeven, de ontmoetingen die volgden op de Koreaanse top waren indrukwekkend.
Zo bezocht de machtigste man van Noord-Korea op één na,
vice-maarschalk Jo Myong Rok, de Amerikaanse president Clinton in Washington.
En de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Madeleine Albright,
schudde eind oktober de hand van Kim Jong Il tijdens een bezoek aan Pyongyang.
Verder verklaarde een aantal West-Europese landen zich bereid weer betrekkingen
aan te gaan met Pyongyang.
Groot gezag
Maar hebben al die uitwisselingen nu echt zoden aan de dijk gezet in die
zin dat de dreiging van Noord-Korea als onberekenbare vijand is afgenomen?
Nee, zeggen Korea-watchers uit zowel de VS als Zuid-Korea. Vooralsnog
lijkt het erop dat enkel Kim Jong Il garen spint bij zijn diplomatieke
offensief. Wat Kim Jong Il voor ogen heeft met deze opening is immers
zijn bewind te redden.
Propagandawaarde
hadden de contacten in ieder geval. Al die buitenlandse hoogwaardigheidsbekleders
onder wie zelfs een Amerikaanse minister op bezoek bij onze
Geliefde Leider? hoor je de 22 miljoen onderdanen denken nadat ze
de door de staat geënsceneerde tv-beelden hebben gezien, dan
moet die wel groot gezag genieten in de wereld.
Afgezien van deze propaganda, diende de toenadering naar buiten ook strikt
materiële doelen. Want door de nijpende economische situatie in het
land en de ook deze winter weer urgente voedselschaarste zit Kim hopeloos
verlegen om stoffelijke hulp van buiten. Het aangaan van handelsbetrekkingen
en het toelaten van investeringen is onvermijdelijk zo moet het
tot Kim zijn doorgedrongen wil het Noord-Koreaanse volk het in materiële
zin ooit beter krijgen.
De
Amerikanen hebben uit blijdschap over deze ommezwaai stilzwijgend hun
oude Noord-Korea-beleid aangepast. Was men er eerst op uit het wispelturige
bewind in Pyongyang onderuit te halen, nu is men al blij als de contacten
ertoe leiden dat de oorlogsdreiging op het Koreaanse schiereiland verdwijnt
ook al betekent dat steun aan en overleving van het brute bewind
van Kim Jong Il.
Oorlogsdreiging
Maar ook dat nieuwe doel een veiliger Koreaans schiereiland
is nog in dikke mist gehuld. Sterker: van Noord-Korea gaat altijd nog
een grote oorlogsdreiging uit.
Zo is de strook langs de gedemilitariseerde zone tussen Noord- en Zuid-Korea
de zwaarstbewaakte grens ter wereld: met 12.000 stuks artillerie, enorme
voorraden chemische wapens en 600.000 manschappen.
En dan de blijvende dreiging van Noord-Korea als mogelijke kernmacht.
Over de vraag hoeveel gevaarlijk nucleair materiaal Noord-Korea in het
geheim heeft opgeslagen bestaan slechts vermoedens. Het land zal daarover
op grond van een in 1994 gesloten internationaal akkoord volledige
opening van zaken moeten geven. Een Amerikaanse schatting is dat het land
in staat is zes tot tien kernbommen te maken.
Ook zijn er nog geen tekenen dat Pyongyang bereid is de levens van zijn
22 miljoen onderdanen echt te verbeteren door bijvoorbeeld de economie
te hervormen of het rigide politieke systeem te versoepelen.
Nadat
de twee Koreaanse leiders elkaar op 13 juni hadden ontmoet, bleek bij
de gedetailleerde uitwerking van de gemaakte afspraken steeds weer dat
Noord-Korea eropuit is vooral materieel gewin te behalen in plaats van
vrede en verzoening te helpen realiseren. Het noorden wil geld zien,
aldus een Amerikaanse Korea-specialist, en zit zeker niet op contacten
te wachten die de fundamenten van het stalinistische bewind kunnen aantasten.
Vrees voor Zuid-Korea
Vanwege
dit laatste bestaat het gevaar dat de contacten met Zuid-Korea toch weer
zullen verslechteren. Want nu een groot aantal westerse landen steun heeft
toegezegd, is het voor Pyongyang verleidelijk weer terug te vallen op
de oude vijandige houding tegenover het zuiden. Dat wordt ingegeven door
de vrees dat grootschalige hulp en investeringen uit Zuid-Korea ertoe
zullen leiden dat het land eens wordt verzwolgen door het kapitalistische
en rijke zuiden. En omdat overleven en niet ten onder
gaan het doel van Noord-Koreas diplomatieke offensief is,
kun je daarom maar beter met de VS en het Westen in zee gaan.
Optimale waakzaamheid ten aanzien van deze zonderlinge dictatuur in het
Verre Oosten blijft daarom ook in 2001 geboden.
|