Frustraties tussen de vangrails

Nederland stond half september muurvast. Dagenlang beheersten protesterende vrachtwagenchauffeurs het straatbeeld. Met nette en minder nette acties. Het kabinet trok de knip en de blokkades tegen de hoge dieselprijs ver-dwenen als sneeuw voor de zon. Maar Nederland staat nog altijd stil. Iedere ochtend, iedere avond. Ook zonder demonstraties.

Door G. ten Voorde

Vrachtauto’s dwars over de weg, chauffeurs op de vangrail, automobilisten zich opvretend in de file. De emoties laaiden hier en daar hoog op tijdens de acties van vrachtwagenchauffeurs tegen de extreem toegenomen brandstofkosten. De politie van Den Haag zette vele tientallen ME’ers in om de landelijke actiedag van Transport en Logistiek Nederland (TLN) in goede banen te leiden. Onnodig. De optocht voltrok zich uiterst gedisciplineerd.
Tot groot ongenoegen van sommige collega’s. Uit onvrede over de „veel te nette” acties blokkeerden zij wegen en knooppunten. Of ze kropen met een slakkengang over de snelweg. Met de nodige wildwesttaferelen tot gevolg: automobilisten die midden op de snelweg rechtsomkeert maakten en al spookrijdend over de vluchtstrook terugreden naar een afslag. Anderen namen de toevlucht tot de berm en passeerden al hortend en stotend de verstoppingen.

Protest
De directie van transportbedrijf Boer uit IJsselmuiden moet niets van blokkades hebben. Maar met de protesttocht van TLN op 15 september heeft Boer sr. met genoegen meegereden. Vanuit Urk rukte de kolonne Oost op richting Den Haag. „Het kostte ons een dag omzet. Een dikke 1300 gulden”, vertelt J. H. Boer van de gelijknamige transportonderneming. „Maar dat is het waard. Anders hadden we nooit compensatie gekregen. Dit maatschappelijke probleem mag niet op één sector worden afgewenteld.”
Het kabinet kwam de transporteurs na de hardnekkige acties tegemoet met een compensatie voor de extreem hoge dieselprijs. Behalve uitstel van betaling van de motorrijtuigenbelasting ontving de sector een teruggaaf van de accijns. Den Haag gaf in het dieselakkoord voor het eerste kwartaal 14 cent per liter compensatie, 10,5 cent in het tweede kwartaal, 7 cent in het derde kwartaal en 3,5 cent in de laatste drie maanden.
Boer is op zich niet ontevreden met de compensatie. „We krijgen een beetje lucht. Het is een overbrugging om dit jaar door te komen en betere afspraken te maken met opdrachtgevers. Meer niet.” Hij wijst erop dat Den Haag de transporteurs volgend jaar geen cent tegemoet zal komen.

Doorberekenen
Een tankauto van Kanis Kampen rijdt het erf op om brandstof te brengen. Per jaar verbruikt het transportbedrijfje in IJsselmuiden zo’n 250.000 liter. Boer slaagt er slechts gedeeltelijk in de uitzonderlijk hoge kosten daarvan aan zijn klanten door te berekenen. „De prijs schommelt enorm”, verzucht hij. „We hebben regelmatig met de jas aan gestaan om een doorberekening van de kosten aan te kaarten bij de klant. Maar elke keer zakte juist op dat moment de prijs weer met 5 of 7 cent.”
Opdrachtgevers staan op zich niet onwelwillend tegenover een doorberekening, is de ervaring van Boer. „In de meeste gevallen geldt: Gaat het de opdrachtgever goed, dan is hij ook bereid de transporteur tegemoet te komen. Maar ze zijn niet gek. Want het is vaak een doorberekening ná aftrek van de compensatie die wij krijgen. Wat wij krijgen als compensatie, trekken zij er weer van de opdrachtprijs af. Bovendien hingen verschillende opdrachtgevers die al betaald hadden direct aan de bel: Krijgen wij nu geld terug? De kosten 100 procent doorschuiven lukt vrijwel nooit”, concludeert de ondernemer.
De hoge brandstofkosten blijven daarom als een loden last op de transporteurs liggen. Boer grijpt een rekenmachine. „Sinds begin ’99 zijn de prijzen 50 procent gestegen. Daardoor zijn we alleen al aan brandstof 120.000 gulden extra kwijt.” Een groot probleem voor een klein bedrijf. Met zeven fulltime chauffeurs, twee oproepkrachten en zes trekkers met oplegger maakt Boer zo’n 750.000 kilometer per jaar. Per vrachtauto zijn de kosten gemiddeld zo’n 550 gulden per week gestegen.

Vaarzen
Boer is vanouds sterk in veevervoer. Per jaar levert het bedrijf vanuit heel Nederland zo’n 11.000 tot 12.000 vaarzen af op diverse exportverzamelplaatsen, van waaruit ze worden vervoerd naar landen als Spanje, Marokko, Rusland en Polen. Daarmee neemt het IJsselmuidense bedrijf een kwart van het totale Nederlandse transport van vaarzen richting buitenland (50.000 stuks) voor zijn rekening.
Een arbeidsintensieve klus, vertelt de ondernemer in een keurig geordend kantoortje in IJsselmuiden. Aan de muur hangt een poster met een vaars op de Champs-Elysées, voor de Arc de Triomphe. Cadeautje van een klant. „De ritsnelheid in het veevervoer ligt aanmerkelijk lager dan het simpele vervoer van A naar B. In het veetransport tikt de hoge brandstofprijs dan ook minder hard door”, legt Boer uit.
Sinds 1963 zit het familiebedrijf op de weg. De vennootschap onder firma van opa Boer is overgenomen door twee zoons. Na het overlijden van de ene vennoot, heeft de andere het transportbedrijf voortgezet. Opnieuw als eenmanszaak. Sinds 1988 is Boer weer een vof, nu zoon Boer (kleinzoon van de oprichter dus) volop meedraait in het vervoer van vee en bouwmaterialen. Boer sr. trekt zich inmiddels langzaamaan terug.
Het bedrijf heeft drie jaar geleden definitief een punt gezet achter internationaal transport. „Je moet steeds meer kilometers maken om hetzelfde rendement te halen. Een jaar of tien geleden moest een vrachtwagen in internationaal vervoer 125.000 kilometer maken om er een boterham mee te verdienen. Nu ligt dat al op 175.000 kilometer. De kosten stijgen harder dan de opbrengsten.”

Zondagsrust
Een ander zwaarwegend punt voor het bedrijf was de toenemende druk op de zondag. „Wil je rendement halen in het internationale transport, dan ben je bijna gedwongen om te rijden op zondag. Daar doen wij dus niet aan mee. Ons uitgangspunt is dat een chauffeur niet alleen stilstaat op zondag, maar ook dat hij op die dag thuis is.”
Ondanks de spanning in de sector blijft Boer op z’n post. „Een boterham is er nog wel te verdienen. Alleen het beleg wordt dunner. Maar het transporteren zit in je bloed. Dus ik ga ervoor.”

Terug naar hoofdpagina

Terug naar intropagina

Naar boven