Opinie 4 november 2000

Moderne mens denkt oplossing voor problemen in de dood te vinden

Vrijere euthanasie
verbergt leegheid

De Tweede Kamer debatteerde maandag over verruiming van de mogelijkheden voor euthanasie. Een zorgelijke ontwikkeling. En ten diepste gaat achter het fanatieke streven naar vrijere euthanasie een ernstige vorm van onzekerheid schuil, vindt rabbijn mr. drs. R. Evers.

VVD en D66 willen dat ook dementie een geldige reden wordt om euthanasie te laten plegen. Geestelijke aftakeling kan worden beschouwd als uitzichtloos en ondraaglijk lijden, aldus VVD-kamerlid Vos. Volgens een onderzoek zou de helft van de ouderen niet meer verder willen leven als zij aftakelen door dementie. Vos vindt het kabinet op dit punt te bevoogdend. De mening van minister Korthals van Justitie luidt dat het simpele feit dat iemand klaar is met zijn leven nooit aanleiding mag zijn voor een arts om euthanasie toe te passen. Korthals liet in het euthanasiedebat met de Tweede Kamer van afgelopen maandag doorschemeren, dat hij vindt dat justitie in beroep moet gaan in de zaak-Brongersma.

De rechtbank in Haarlem sprak onlangs een huisarts uit Overveen vrij voor de hulp die hij in 1998 bood aan oud-PvdA-senator Brongersma bij de beëindiging van diens leven. De officier van justitie had een voorwaardelijke celstraf geëist van drie maanden. De rechtbank ontsloeg de arts van rechtsvervolging omdat zij vond dat het niet om een strafbaar feit ging. De rechtbank meent dat er bij Brongersma sprake was van uitzichtloos en ondraaglijk lijden. De op 86-jarige leeftijd overleden Brongersma wilde een einde aan zijn leven maken, omdat hij het zinloos vond.

De artsenorganisatie KNMG is verontrust over de uitspraak van de Haarlemse rechtbank. De KNMG vindt dat de rechtbank in haar vonnis het begrip ondraaglijk lijden duidelijk heeft opgerekt: „De vraag is of nu een doodswens het nieuwe criterium wordt? Artsen dreigen zo doorgeefluiken te worden voor euthanasiemiddelen aan mensen die het leven niet meer zien zitten.”

Stap verder
Inmiddels zijn we dus weer een stap verder in ons land, waar euthanasie al vele jaren gedoogd wordt. Voor religieuze mensen die de Bijbel als uitgangspunt nemen, is hier sprake van een zeer verontrustende ontwikkeling. In Genesis 9:5 staat aangeduid dat ook doden uit liefde of medelijden een vorm van doodslag is: „En waarlijk, Ik zal uw eigen bloed eisen –het verbod op zelfmoord– en uit de hand van de mens, uit de hand van iemands broeder zal Ik het leven van de mens opeisen.” De frase „uit de hand van iemands broeder” lijkt overbodig, want broedermoord is geen geringer misdrijf dan gewone moord. De Duitse rabbijn Jakob Zwi Mecklenburg (negentiende eeuw) ziet in deze overbodigheid een aanduiding dat ook doden uit liefde door de Bijbel wordt verboden. Moord is doorgaans het tegenovergestelde van broederlijke liefde, maar euthanasie wordt tegenwoordig gezien als daad van medemenselijkheid par excellence. Toch bestempelt de Bijbel euthanasie als moord, ook wanneer het geschiedt op verzoek van de patiënt. Religieus bezien moet de mens hier op aarde een bepaalde opdracht vervullen, die soms helaas afgesloten moet worden met lijden. Gelukkig kunnen we tegenwoordig heel veel bereiken met pijnbestrijding en psychofarmaca.

Nihilisme
In de politiek wordt aangedrongen op steeds meer zelfbeschikkingsrecht. De grenzen van het leven vervagen. Het afbreken van jong leven en een versnelde gang naar het graf worden de toevlucht van ernstige problemen, terwijl er in feite niets opgelost wordt. De opdracht iets van het leven te maken verschuift naar de achtergrond. De werkelijk waardevolle mensen in onze maatschappij zijn zij die hun problemen hebben weten te ontstijgen, de confrontatie met leven en dood aandurven en dit kunnen omzetten in een positieve ervaring. De fanatieke strijd voor euthanasie doet onwerkelijk aan. Achter deze strijd gaat een intens gevoel van nihilisme schuil. Het aardse lijden lijkt zinloos, omdat in feite het aardse leven zinloos lijkt. Binnen het kader van het moderne hedonistische denken is de liberalisering van euthanasie begrijpelijk. Maar zij is niet te rechtvaardigen.

Het eerste euthanasieproces vond in 1952 plaats in Utrecht. Er dreigt een steeds verdergaand normverleggend en grensvervagend rechtsbewustzijn. En hoort een zinloos geacht leven wel bij de arts thuis? Wanneer werd hij hiervoor opgeleid?

De auteur is rector van het Nederlands-Israëlitisch Seminarium en als rabbijn verbonden aan het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap te Amsterdam.