Opinie 26 augustus 2000

Christelijke sociale beweging moet basisuitgangspunten actualiseren

Zelfredzame mens
wordt overschat

Achterstandsgroepen dreigen steeds meer geïsoleerd te raken. In Doorn debatteren vertegenwoordigers van vijftig christelijke organisaties vandaag verder over dit probleem. Jan Westert vindt dat de deelnemers aan het congres niet te veel moeten verwachten van de zelfredzaamheid van de mens, die anno 2000 erg op zichzelf gericht is. De christelijke sociale uitgangspunten als trouw, vriendschap en vrijgevigheid vormen een beter vertrekpunt.

Dezer dagen houdt de Stichting Christelijk-Sociaal Congres zich bezig met het maatschappelijk debat en de samenlevingsvragen van onze tijd. In de congresbundel ”Getto's en Pleinen” wordt onze tijd raak getypeerd als de tijd van de zelfredzame mens. Onze tijd vraagt inderdaad om een hoge mate van zelfredzaamheid. Maar het benadrukken van sociale zelfredzaamheid in een geïndividualiseerde samenleving is echt iets anders dan het koesteren van de zelfredzame mens. Het is een mensbeschouwing die past bij onze geïndividualiseerde welvaartssamenleving, waarin het velen voor de wind gaat. Enige hoogmoed kan deze mensvisie niet ontzegd worden.

Vroeger dronken we samen thee uit dezelfde pot. Nu drinkt ieder op zijn tijd de thee van zijn smaak. Al naar gelang ons humeur of behoefte veranderen we onze keuze. Gemeenschappelijkheid en binding worden anders gewaardeerd. Dat geldt ook voor bindingen in relaties en aan instituties. Mensen gaan en staan meer op zichzelf. De maatschappij en de leefomgeving zijn anoniemer geworden.

Eigen behoeften
De maatschappij van de zelfredzame mens stelt hoge eisen aan de capaciteiten van die mens. Deze mens zoekt verbanden die bij zijn eigen behoeften aansluiten. Waar deze bindingen in het verleden werden bepaald door de gemeenschap waarvan hij deel uitmaakte (politieke partij, vakorganisatie, school, kerk, huwelijk), worden ze nu ingevuld vanuit de eigen behoefte. De zelfredzame mens is de constante in de bindingen. Die bindingen zijn echter veel minder duurzaam. Maatschappelijke verbanden zijn daardoor net als de mode constant in verandering. De mens kiest steeds de verbanden die bij zijn levensfase en/of maatschappelijke situatie passen. Want de zelfredzame mens behoort niet tot een vaststaand collectief.

Hij is echter ook geen solist bij uitstek. Hij leeft in relaties met anderen. Hij heeft behoefte aan ontmoeting, aan netwerken. Hij identificeert zich met anderen. Maar anders dan in de vorige eeuw loopt de zelfredzame mens niet meer mee achter de vaandels van de mannenbroeders. Dat zie je terug in de afnemende belangstelling voor maatschappelijke organisaties, politieke partijen en de wijze waarop de individualisering deelname aan kerkelijke activiteiten onder druk zet. In huwelijk en samenleven zie je eenzelfde beweging. De zelfredzame mens vult gemeenschappelijkheid en binding in vanuit eigen behoefte. Hij zoekt voor relaties zijn eigen netwerken en ondersteuning. Niet de traditie, solidariteit of de bestaande verbanden vormen vrijwel automatische keuzen.

Juiste volgorde
Maatschappelijke organisaties hebben zich van deze cultuur rekenschap te geven en hun organisatie daarop in te richten. Niet om je neer te leggen bij het geloof in een samenleving van zelfredzame mensen. Als het goed is weten christenen beter. Iedere zondag wordt hun de weg van de echte redzaamheid gewezen. In mijn gemeente werden we onlangs indringend aangesproken op de woorden uit Jeremia: „Ik weet, o Heere! Dat bij den mens zijn weg niet is; het is niet bij een man, die wandelt, dat hij zijn gang richte. Kastijd mij, Heere! Doch met mate; niet in Uw toorn, opdat Gij mij niet te niet maakt.” De profeet spreekt daar over een volk dat zich realiseert dat eigen zelfredzaamheid moet worden afgebroken omdat er alleen redding is door Christus. De profeten in het Oude Testament maken soms vlijmscherp en verrassend actueel duidelijk aan welke zelfoverschatting de mens lijdt die zich niet klein en kwetsbaar weet te maken.

Wie vanuit de erkenning van de realiteit van de zelfredzame mens nadenkt over de maatschappij van nu, over persoonlijke en maatschappelijke verantwoordelijkheid doet er goed aan zich telkens opnieuw te confronteren met deze Bijbelse relativering van zelfoverschatting van zelfredzaamheid. Dan worden begrippen als redding en zelfredzaamheid in de juiste volgorde gezet en krijgen zij ieder de juiste diepgang. Dat geeft de echte hoop op een nieuwe wereld, waar mensen elkaar niet uitsluiten, waar men niet vanuit eigen behoefte leeft, waar zelfredzaamheid en solidariteit harmonieus samengaan.

Solidair zijn
Vanuit dit perspectief hebben christelijke sociale organisaties ook een kritische boodschap richting de zelfredzame mens. Niet alleen de eigen behoefte en de zelfgezochte relaties zijn doorslaggevend. Het ”eenieder lette niet slechts op de eigen behoefte”, vraagt van de zelfredzame mens om actieve invulling van begrippen als trouw in relaties, solidariteit met anderen, het laten zien van het belang van de overschrijdende samenhangen, het invullen van persoonlijke verantwoordelijkheid over de grenzen van ik en zelf heen.

Christelijke sociale organisaties hebben een verantwoordelijkheid mensen te steunen bij het leven in zo'n samenleving. Socialenetwerkondersteuning is daartoe een vorm. Maar ook de aandacht voor vrijwilligheid en persoonlijke beschikbaarheid voor maatschappelijke en bestuurlijke activiteiten. Daartoe maken veel organisaties, waaronder het GMV, noodzakelijkerwijs de slag naar nieuwe vormen van dienstverlening en netwerken. Op die manier wordt aangesloten bij de behoefte van leden die waarde hechten aan ontmoeting en netwerken.

Maar het is gelijk verontrustend dat oude structuren, die juist ingevuld werden over de grenzen van de eigen behoefte heen, weinig belangstelling genieten en moeten worden gesaneerd. Zo zal de krapte van de arbeidsmarkt ons spoedig brengen bij een nieuwe bezinning op de waarde van onbetaalde arbeid.

De christelijke sociale beweging werd van oudsher gesymboliseerd door begrippen als trouw, naastenliefde, geborgenheid, onderlinge vriendschap, maatschappelijke en persoonlijke verantwoordelijkheid, vrijwilligheid en vrijgevigheid. Aan het actualiseren van deze begrippen heeft de zelfredzame mens in een anonieme samenleving meer behoefte dan zij wil weten. Uitsluiting en vereenzaming zijn de negatieve ontwikkelingen ervan die moeten worden tegengegaan. In de tijd van de zelfredzame mens is de aloude tegenstelling tussen kapitaal en arbeid even verstomd. De opmars van de vakbondskapitalist is bijna voltooid.

Opdracht
Gelijktijdig realiseren we ons dat die opmars meer welstand levert, maar geen verlossing brengt. Die menselijke zelfoverschatting brengt nieuwe thema's, tegenstellingen en dilemma's met zich mee. Een opdracht voor christelijke sociale organisaties zou kunnen zijn het nieuwe dilemma betaalde-onbetaalde arbeid veel hoger op de hedendaagse maatschappelijke agenda te plaatsen.

De auteur is algemeen secretaris van het christelijk vakverbond GMV.