Opinie8 juli 2000

Doodstraf meestal
niet aanvaardbaar

Door G. Roos
De doodstraf is geen blijk van een primitief stadium der cultuur. Die boodschap zond de hervormde synode kort na de Tweede Wereldoorlog de gemeenten in.

Iemand als ds. A. A. van Ruler, een commissielid, stond positief tegenover het onherstelbaar vonnis. Een 'rechtgeaard', schriftuurlijk denkend theocraat volgt hem daarin. Mozes notuleert immers in zijn eerste boek: „Wie des mensen bloed vergiet, zijn bloed zal door de mens vergoten worden.” Toch is het toe te juichen dat tal van landen de doodstraf hebben afgeschaft. Want in het beleid van een niet-christelijke regering blijkt dat oordeel een gevaarlijk fenomeen.

Concreet: de vorige week tot vele jaren gevangenisstraf gedoemde Iraanse Joden ontliepen het doodvonnis. Zelfs als er sprake geweest zou zijn van spionage, zou dat naar hedendaagse humane maatstaven een te zware straf zijn. Maar omdat Iran een islamitische republiek is, kunnen er barre dingen gebeuren. De koran 'beloont' zelfs struikroverij en echtbreuk met de dood.

De aarzeling tot het goedkeuren van het door staten en regeringen van allerlei kleur in praktijk brengen van een doodvonnis, leidt licht tot een beschuldiging. Zo'n twijfelaar kan immers geen echte, bijbelse theocraat zijn. Hij of zij neemt nota bene een loopje met de universele geldingskracht van Gods geboden in het maatschappelijk en staatkundig leven. „Neen”, zegt de 'ware' theocraat, „die Griekse orthodoxen die een paar weken geleden vermelding van religie in het paspoort wilden handhaven, waren principiëler.”

Is dat zo? Vergeet het gauw! De aantekening in het identiteitsbewijs van de Grieken dateert uit de tijd dat de nazi's dat land bezetten. De trawanten van Hitler en Mussolini hadden in het geheel geen theocratisch oogmerk. Wie overheid en onderdaan wil toetsen op hun theocratisch gehalte, moet vooral hun bedoeling onderzoeken. Een calvinist kan islamitisch ruikende of op staatssubsidie en positieve discriminatie beluste traditie of regelgeving niet als theocratie accepteren.

Sommigen beperken de inhoud van dat woord tot onmiddellijke godsregering. Gebruikelijker is de andere invulling; dat elk overheidsoptreden onderworpen dient te zijn aan het Woord en de wetten van God. Vanuit deze optiek is er nooit sprake van perfecte theocratie. Dat verhindert niet om te spreken over theocratische politiek. Maar er is een grens. Als er sprake is van de loze huls van een individuele maatregel die gestalte krijgt binnen een religieus of politiek systeem dat haaks staat op de dienst van de God van de Bijbel, heeft dat met theocratie niets te maken.

In vurig gereformeerde pleidooien pro het in praktijk brengen van Gods voorschriften vergeten mensen te gemakkelijk dat de doodstraf een gevaarlijk 'wapen' kan zijn in de handen van een regering die zich weinig of niet conformeert aan Gods Woord. Dictatoriale en stalinistische machthebbers ontdeden zich op die manier maar al te vaak van rivalen die wellicht iets beters zochten voor het volk. Islamitische bewindslieden kunnen zich op deze wijze bevrijden van al wie de 'profeet' lastert. Gelukkig gebeurde zoiets niet met de Joden in Iran.

In Frankrijk dreigt nog steeds de guillotine en in Spanje de wurgpaal. Maar zelfs in landen waar naar algemeen gevoelen sprake is van verstandige rechters en een niet-corrupte regering kan veel misgaan. De protesten van een paar weken geleden tegen de executie van Gary Graham in de Amerikaanse staat Texas liggen vers in het geheugen. Dertig keer bogen rechtbanken zich over zijn zaak. Dan kan er nauwelijks sprake zijn van schuld.

Toch kregen bijna negentig mannen en vrouwen sedert de herinvoering van de doodstraf in 1976 in de Verenigde Staten alsnog ontslag uit de dodencel, omdat achteraf bleek dat zij daar ten onrechte zaten. Wie zich met deze wetenschap realiseert dat in Texas gemiddeld eens per veertien dagen een doodvonnis wordt voltrokken, moet tot de vraag komen of dat in alle gevallen recht was.

Als deze gedachten al rijzen betreffende Uncle Sam, dan vermenigvuldigen ze bij een blik naar Latijns-Amerika, waar de machthebbers mensenrechten regelmatig met voeten treden. Venezuela was het eerste land dat de doodstraf afschafte. Brazilië en Peru volgden. Maar in elf staten is het vonnis nog mogelijk. In de vaak onstabiele Afrikaanse landen is de doodstraf nog overal legaal. In Azië veelal ook. Behalve in India, Israël en Nepal.

Het predikaat theocraat heeft –uitgaande van een vulling vanuit Gods Woord– terecht een positieve klank. Zo iemand houdt het niet met H. Bianchi of G. E. Langemeijer en hun opvatting dat straf primair een preventieve en niet zozeer een vergeldende bedoeling heeft. De doodstraf is een volstrekt bijbels gegeven. Toch weerhoudt deze overtuiging niet van terughoudendheid ten aanzien van de toepassing ervan in talloze landen. Omdat er meestal sprake is van niet in de Schrift terug te vinden argumenten.

De Iraanse Joden moeten een fors aantal jaren 'zitten'. Ze lijken executie te ontlopen. Maar aan de vonnissen zit een vies luchtje. De openbare aanklager functioneerde tegelijk als rechter. De processen hadden plaats achter gesloten deuren. Hoor en wederhoor zijn in zulke gevallen meestal ver te zoeken. Mogelijk is er sprake van bekentenis onder dwang of pressie. Een gevangenis in Iran biedt echter minder luxe dan die in West-Europa. Opsluiting brengt vaak een eindeloze lijdensweg.

De kwestie als zodanig ligt overigens tamelijk gecompliceerd. Valt spionage bij voorbaat uit te sluiten? Of is hier sprake van grof antisemitisme? Zelfs in Europa tiert dat hier en daar nog welig. Onlangs kwam ik een voorbeeld tegen in de Oekraïense stad Lvov. Zelfs bijbelteksten zoals: „Gij zijt uit de vader de duivel” moeten in het regelmatig verschijnende krantje met de naam ”De idealist” dienen om geweld tegen Joden uit te lokken.

Wat te denken van de woede van andere Iraanse Joden die Israël beschuldigen gebruik te maken van de veroordelingen om een uittocht naar Israël uit te lokken? Het ligt voor de hand dat de verklaring van de Teheraanse Joodse organisatie terzake totstandkwam onder druk van de Iraanse autoriteiten. Van garanties voor leven en veiligheid van de tien Iraanse Joden is geen sprake. Een lang verblijf in de cel heeft in dergelijke landen niet zelden hetzelfde effect als de doodstraf.