Dossier MKZ | 11 april 2001 |
Niet bij gevalDe boer is aan het afdrogen. Zijn (tijdelijke) pleegdochter doet de afwas. Beiden hebben een snelle blik geworpen in hun lijfblad. De boer heeft zich gestoord aan een artikel met de kop: Mkz-verspreiding had voorkomen kunnen worden. Hij laat zijn ergernis niet blijken: wat moet zo'n 15-jarig meiske daarmee? Tot zijn verbazing legt ze echter met de volgende opmerking precies de vinger op de zere plek: Wat schieten de boeren die nu in de ellende zitten ermee op als ze een uitgebreid artikel lezen dat mond- en klauwzeer voorkomen had kunnen worden? Gevoelens Nu is verbondenheid met een dier een moeilijk meetbaar begrip. Bij een meisje of jongen die veel houdt van zijn of haar geit kan die individuele verbondenheid met dat ene dier wel groter zijn dan wat de vader ervaart met elk van zijn tachtig melkkoeien. Met 200 zeugen is het al weer anders, al kunnen er dieren tussen zitten die reeds voor de tiende of twaalfde keer een toom prachtige biggen hebben geworpen. Daar krijg je ook een band mee! Bezorgdheid ten aanzien van wat de toekomst brengt, komt voor bij allen die met hun bedrijf graag de kost willen verdienen. Meeleven Toch heeft de boer de indruk dat in zijn algemeenheid koeien(boeren) meer in het centrum van de belangstelling staan dan varkens(boeren). Is een varken nog steeds een onrein dier? Straalt er toch iets van de heilige koe uit India af op de Hollandse rood- of zwartbonte? Zijn koeien aaibaarder dan varkens? Melk is een kostelijk en kostbaar product en zelfs een varkensboer schieten de tranen in de ogen als hij bedenkt hoe zijn collega-melkveehouder gedwongen werd dit zorgvuldig gewonnen product in de mestkelder te laten lopen. Toch is de hinder die een varkenshouder ondervindt als gevolg van het vervoersverbod niet gering. Het bedrijf van de Hendriksens gaat de vijfde week in dat niet afgeleverd mag worden. Er lopen ruim duizend biggen rond die al lang afgeleverd hadden moeten zijn. Ze groeien (gelukkig) ook nog, maar de hokken zijn overvol. Wekelijks worden er ongeveer 300 geboren. In de war Wanneer genoemde duizend biggen morgen weer afgeleverd zouden mogen worden, brengen ze naar verwachting minder dan de helft op. Ook hebben ze inmiddels een flinke portie voer verorberd. Een kind kan de strop uitrekenen. Zielig doen? Neen! De problemen realistisch onder de aandacht brengen? Ja! De Heere Jezus zegt: Weest niet bezorgd voor de dag van morgen. Een zeer heilzame raad. Niet altijd even gemakkelijk op te volgen. Toch zijn er gelukkig veehouders die bij tijden troost, moed en hoop mogen putten uit de wetenschap dat ook deze mkz-epidemie hen niet bij geval overkomt, maar door de beschikking van onze hemelse Vader, die over ons waakt met een vaderlijke zorg. Dat wordt elke veehouder die dit leest toegewenst door Jan Hendriksen, boer in Zelhem. |
![]() |