Ministerie dacht
aan uitroeien
wild op Veluwe

DEN HAAG – Het ministerie van Landbouw heeft met natuur- en jachtorganisaties gesproken over het doden van bijna al het wild op de Veluwe.

Dat bevestigde een woordvoerder van het ministerie van Landbouw zaterdag.
Aanleiding voor het gesprek was de mond- en klauwzeerepidemie op de Veluwe. Volgens de woordvoerder was massaal ruimen een van de opties die door het ministerie ter sprake zijn gebracht. „Er is over gesproken, maar het is nooit een serieuze optie geweest”, aldus de woordvoerder. Denkbaar is wel het instellen van bufferzones of plaatsing van meer wildrasters.

Sinds de uitbraak in Kootwijkerbroek wordt wild op de Veluwe steekproefsgewijs afgeschoten en onderzocht. Onder meer herten en wilde zwijnen kunnen mkz krijgen. De ziekte is bij wild echter minder ingrijpend dan bij landbouwhuisdieren.

De vereniging Natuurmonumenten heeft haar werknemers overigens verboden mee te werken aan het doden of het vaccineren van dieren. Dat heeft directeur F. Evers gistermorgen gezegd in het radioprogramma Vroege Vogels.

In een brief aan de medewerkers schrijft Natuurmonumenten dat zij geen medewerking mogen verlenen aan het noodvaccineren, het afschieten of het bijeendrijven van dieren. Het verbod geldt zowel voor de terreinen van Natuurmonumenten als daarbuiten.

Natuurmonumenten overtreedt hiermee niet de wet, aldus een woordvoerder. „We houden ons strikt aan de wet. Maar als LNV dieren wil gaan doden, mogen ze het zelf doen.”