Dossier MKZ30 maart 2001

Ministerie bereidt fokverbod varkens voor

Brinkhorst verontrust
over voortgang mkz

Van onze redactie politiek
DEN HAAG – Minister Brinkhorst van Landbouw is verontrust over de nieuwste ontwikkelingen in de mkz-crisis. Dat in Kootwijkerbroek met zekerheid mond- en klauwzeer is vastgesteld, heeft grote consequenties. „We moeten in dit veedichte gebied in een cirkel van 2 kilometer gaan ruimen omdat we nog geen idee hebben waar het virus vandaan komt.”

Omdat er nog altijd een kans bestaat dat het virus zich ook in Noord-Brabant zal melden, is Brinkhorst op zijn departement bezig een fokverbod voor varkens voor te bereiden. Zo'n fokverbod moet voorkomen dat in de Peel, waar zo'n 10 miljoen varkens worden gehouden, grote welzijnsproblemen ontstaan als dit gebied onverhoopt op slot moet. Het is overigens nog niet duidelijk of het fokverbod regionaal, provinciaal of landelijk ingesteld zal worden.

Over de besmetting in Kootwijkerbroek toonde de minister zich gisteren aangeslagen. Het virus blijkt zich nu ook te hebben genesteld buiten de brandhaard Oene/Olst. Bovendien is de veedichtheid rond Kootwijkerbroek erg hoog. De komende dagen zullen rond het besmette bedrijf 227 bedrijven worden ingeënt of geruimd. Dat gaat zo'n 70.000 dieren, vooral kalveren en varkens, het leven kosten.

De minister kiest voor een ruime cirkel van 2 kilometer omdat nog onbekend is hoe het virus in Kootwijkerbroek is gekomen. De herkomst van het virus in Oene werd vorige week al getraceerd.

Brinkhorst sluit niet uit dat zijn departement bezig is „achter de besmettingen aan te ruimen”, zo erkende hij gisteren. De minister overweegt strengere maatregelen: niet alleen door het instellen van een fokverbod maar ook door de cirkel rond Oene waarvoor strenge veiligheidsmaatregelen gelden, nog wijder te trekken.

Er zijn ook geruchten dat in onder andere Uddel, Teuge en het Zuid-Hollandse Oud-Ablas verdachte bedrijven zijn. Het ministerie wilde deze berichten vanmorgen niet bevestigen.

Meer mensen
Landbouworganisatie LTO-Nederland heeft de overheid gisteren opgeroepen meer mensen in te zetten bij de ruiming van veehouderijen. Volgens LTO-voorzitter Doornbos is dat nodig om sneller meer risicodieren te doden en het zich uitbreidende mond- en klauwzeer te beteugelen.

Doornbos vreest dat de epidemie nu uit de hand loopt door een gebrek aan mankracht bij de Rijksdienst voor de keuring van Vee en Vlees (RVV), die de ruimingen uitvoert. „Er zitten nog tal van deskundigen thuis, zoals dierenartsen. Die zouden ondersteunend kunnen werken”, aldus een bezorgde Doornbos, die ook zijn eigen mensen aanbiedt ter assistentie.

Volgens Doornbos had snellere ruiming in Oosterwolde mogelijk kunnen voorkomen dat een aangrenzend bedrijf besmet raakte. Nu werd dat bedrijf pas geruimd toen de dieren zichtbare mkz-verschijnselen vertoonden.

LTO ziet nog steeds niets in ”onderdrukkende vaccinatie” zoals Groot-Brittannië uitvoert. Daardoor zou de Nederlandse vleesexport tot eind volgend jaar wegvallen. Dat is volgens de landbouwkoepel voor Nederland erger dan de kwaal.

Ook minister Brinkhorst staat nog altijd op het standpunt dat Nederland niet op eigen houtje preventief moet gaan vaccineren, zo bleek gisteren in het parlement. De ChristenUnie en GroenLinks hadden de bewindsman naar de Kamer geroepen om met spoed over de mkz-crisis de debatteren. De voltallige oppositie bepleitte het eenzijdig vaccineren van dieren in dierentuinen en het voorlopig in leven laten van dieren die een noodvaccin hebben gekregen. Maar de paarse fracties blokkeerden elk voorstel.

Ook de suggestie van SGP-kamerlid Van der Vlies om Brussel te vragen in elk geval de melkveestapel niet te hoeven ruimen, werd door de coalitie niet gehonoreerd.

Niet verzekerbaar
Topman P. van Schijndel van verzekeraar Interpolis zei gisteren bij de presentatie van de jaarcijfers dat de opvang van agrarische rampen zoals mkz en bse altijd een overheidstaak zal blijven, omdat die net als overstromingen en aardbevingen nauwelijks verzekerbaar zijn. Interpolis is een dochter van de Rabobank en is met 60.000 agrarische klanten de belangrijkste verzekeraar in de land- en tuinbouw.