Hofleverancier van de
prins van Wales

Prins Charles wil niets weten van allerlei moderne landbouwtechnieken. Terwijl de Nederlandse troonopvolger rondkijkt bij biotechnologiebedrijven, verfoeit zijn Britse collega alles wat met genetische manipulatie van mens en dier te maken heeft.

Charles gaat heel ver in zijn strijd tegen genetische modificatie. Hij reikt jaarlijks het predikaat ”hofleverancier van de prins van Wales” aan diverse ondernemingen uit. De prins wil nu kandidaten voor deze eretitel screenen op het toepassen van genetische modificatie. Het gaat vooral om bedrijven die voedingsmiddelen produceren.

Een bezoeker van de speciale anti-manipulatie-Internetsite van Charles heeft hem op het idee van het onderzoek gebracht. De Britse troonopvolger neemt besluit nu hij onlangs beschermheer van de Britse organisatie voor biologische landbouw is geworden. De prins zelf heeft een organische boerderij op zijn landgoed Highgrove. Hij heeft zich de laatste maanden herhaaldelijk uitgesproken tegen genetische gemodificeerde stoffen, die nu al in zo'n 60 procent van de voedingsmiddelen in de Britse supermarkten zitten. De meeste mensen krijgen de veranderde stoffen binnen zonder het te weten, omdat de etiketten nauwelijks melding maken van genetische modificatie.

Vorig jaar zomer verklaarde de prins geen 'veranderd' voedsel te zullen eten of het voor te zetten aan zijn gasten. Hij vindt dat de noodzaak van genetisch modificatie van voedingsmiddelen technologisch niet bewezen is. Bovendien vreest Charles dat de manipulatie het milieu ernstig en onherstelbaar zal beschadigen.

Charles heeft tot nu toe het predikaat van hofleverancier aan een 170 bedrijven verleend. Zijn moeder is veel scheutiger. Een 1180 Britse ondernemingen mogen zich haar hofleverancier noemen. Tot de koninklijk begunstigden behoort onder meer Twinings Tea.