Koninklijk huis

Vergiftigingspoging

De Roemenen vertrouwden de Nederlanders in 1975 voor geen cent. Toen koningin Juliana en prins Bernhard dat jaar een staatsbezoek aan het land van president Ceaucescu brachten, werden de door de Nederlanders meegebrachte wijnen door de Roemenen op vergif gecontroleerd.

Dat blijkt uit “In dienst van drie vorstinnen; het leven van een hofmaarschak”, geschreven door mr. Robby van Zinnicq Bergmann. Het boek van de in 1980 gepensioneerde hofmaarschalk verschijnt op 12 november.

„Ze waren kennelijk bang dat wij hun president wilden vergiftigen. We hadden tevoren bericht gekregen dat alle wijnen voor het door ons aangeboden diner tijdig geleverd moesten worden voor controle. Ze werden in het paleis van de president zelf getest. Het waren goede Franse wijnen. We waren dus wel een beetje bezorgd dat de flessen te vroeg voor het diner moesten worden geopend, maar dat viel mee”, aldus de oud-hofdienaar in een mondelinge toelichting.

Van Zinnicq Bergmann, ooit Engelandvaarder en oorlogsvlieger, werd in 1947 hofmaarschalk, hoofd van de koninklijke huishouding. Hij maakte de koninginnen Wilhelmina, Juliana en –kortstondig– Beatrix mee. In zijn boek vertelt hij uitvoerig over zijn werk, al past hij als een trouwe hoveling er wel voor veel onthullingen te doen. Veel verder dan anekdotes dat koningin Wilhelmina vond dat je de wijn best bij de kruidenier kon halen, gaat haar oude dienaar meestal niet.

Van Zinnicq Bergmann maakte niet alleen de vorstinnen mee, maar ook kopstukken uit de rest van de wereld. Hij koestert nog altijd een half opgerookte sigaar van de sigarenroker-van-de-eeuw, Winston Churchill. De hofmaarschalk scoorde het souvenir tijdens het bezoek van Churchill aan Nederland kort na de Tweede Wereldoorlog. Churchill wilde niet met een brandende sigaar naar Juliana en zei bij de toiletten tegen Van Zinnicq Bergmann:„Maar ik wil hem ook niet in de wc gooien want die akelige dingen komen altijd weer bovendrijven”. De hofmaarschalk nam de peuk over en doofde hem met toiletpapier. Churchill: „Ik vind het best dat je hem bewaart als souvenir, maar je had er wel beter papier voor kunnen gebruiken”.