Kerkelijk Leven

„Voor mijn part noem je hem pepermuntkerk”

JSB-jongeren zijn geruzie over
naam van verenigde kerk zat

Van onze kerkredactie
LEUSDEN – „Hervormden, gereformeerden en lutheranen moeten eindelijk eens ophouden met dat geruzie over de naam van de toekomstige verenigde kerk. Het gaat in de kerk om de grondvesten en om het Woord. Noem die kerk gewoon Samen-op-Wegkerk in Nederland. Het gaat toch om samen?”

Dit idee lanceerde een groepje jongeren zaterdag tijdens een themadag in Leusden over “Agenda 2000. Wat heb jij de kerk te bieden?”. Het Jongeren Synode Beraad (JSB) organiseerde de bijeenkomst om bouwstenen te verzamelen voor de kerk van de toekomst. Het beraad wil daarmee een actielijst opstellen en die in januari aanbieden aan de triosynode. Deze behandelt dan het beleidsplan voor de periode 1999-2002.

Samen op Weg is niet het echte probleem, constateerden de jongelui. De kerken hebben een imagoprobleem. Ze zijn somber, saai, eenzijdig en navelstaarderig. „De naam is zo onbelangrijk. Voor mijn part noem je hem pepermuntkerk”, onderstreepte een van de jongeren.

Ook het gereformeerde moderamenlid ds. K. H. Wigboldus vindt de discussie over de naam slecht. Dat is althans zijn privé-mening. „Het komt over als eindeloos gezeur. Het is natuurlijk wel belangrijk dat je uitdrukt hoe je als kerk wilt zijn”. Sinds de hervormde synode in plaats van de „bijna ingeburgerde” naam “Verenigde Protestantse Kerk in Nederland” heeft voorgesteld “Verenigde Kerk der Hervorming in Nederland”, „zitten we behoorlijk omhoog”, aldus de predikant. Samen-op-Wegkerk in Nederland vindt hij erg goed. Het drukt voor hem onder andere het samen met alle gelovigen, het samen met verschillende generaties en het samen met God uit. „Als typering is het heel fris”.

De jongeren die deelnamen aan een workshop over “Nieuwe media in en voor de kerk” brachten naar voren dat de kerk op Internet moet. „Presenteer jezelf. Als iets een lage drempel heeft dan is het Internet”. Wat er op dit moment van de kerken op Internet is te vinden, is een hoop oud nieuws, vonden de jongeren. „En allesbehalve flitsend”.

Formaliteit
Een van de stellingen tijdens het 's morgens gespeelde spel “Wat bindt jou aan de kerk?” luidde: Om in de kerkenraad te komen, hoef je geen belijdenis te hebben gedaan. Wie het er niet mee eens was, knielde. Zeventien mensen stonden op. Ze waren het er mee eens. „Het is niet niets als iemand zich in wil zetten voor de kerkenraad. Dat moet je meepakken als dat kan, of zo iemand belijdenis heeft gedaan of niet”, was een reactie. „Kies je ervoor je in te zetten, dan zou ik niet weten waarom die formaliteit nodig is”, zei nummer twee.

„Belijdenis doen, is iets puur voor jezelf. Ja zeggen tegen God. De één wil ja zeggen en voor in de kerk staan, een ander wil dat niet en zegt voor zichzelf ja tegen God. Dat is een persoonlijke zaak”, klonk als ander geluid. Overigens beantwoordden bijna alle aanwezigen de vraag of zijzelf belijdenis deden, dan wel van plan zijn dit te gaan doen, met opstaan van hun stoel. Ja dus.

Homorelaties
Nagenoeg iedereen knielde juist na de stelling: Iedereen met hartklachten mag niet aan het heilig avondmaal deelnemen. „Dat slaat echt nergens op”, klonk het tussen het geroezemoes. Het bleek een nadenkertje voor de volgende stelling: Homorelaties mogen niet worden ingezegend in de kerk. Zes van de tachtig aanwezigen waren het daarmee eens. „Homoseksualiteit is een uiting die tegen de scheppingsorde ingaat”, zei een jongen uit Nieuwerkerk aan den IJssel. „Daar ben ik het absoluut niet mee eens”, reageerde een meisje. „De Heere God heeft gezegd: Heb jezelf lief als een ander. Als homo's wel in de kerk mogen komen, waarom mogen ze dan niet worden ingezegend? Dat is pure discriminatie. Zij zijn zo. Ieder maakt een keuze voor zichzelf”.

„Met alle respect hoor”, zei de Nieuwerkerker jongen daarop, „maar neem je besluiten op grond van persoonlijke relaties of op grond van de Bijbel als norm? Je sluit ze niet buiten, je discrimineert niet”. „Schaden ze jou dan?” was de weervraag. „Die vraag is niet ter discussie”. „Dan moeten ze het zelf toch weten”. „Maar ik denk niet dat de kerkdienst een bijeenkomst van individuutjes is”.

Een derde mengde zich in de discussie met de opmerking dat als de kerk de Bijbel dan zo letterlijk wil nemen, ze dat dan overal in moet doen. „Dan moeten ze ook bij bruidsparen kijken of die christelijk leven. Hoe vaak is het niet een protocol op de trouwdag?” Een opmerking die breed bijval onder de rest van de jongeren kreeg.