Kerkelijk Leven |
Volgelingen van Menno Simons hadden in Europa weinig rustDe thuisreis van twee mennonietenDoor J. M. D. de Heer Als Henrich Siebert, een Rusland-Duitser uit Ulmen (Eifel), zijn levensverhaal vertelt, komen telkens nieuwe ordners te voorschijn met familiestukken, artikelen en notariële akten. Ik wil alles bewaren, anders weet straks niemand onze geschiedenis meer. Sinds 1989 woont de familie Siebert, Henrich, zijn broer Walter, zijn zus Käthe, met hun echtgenoten en kinderen, in Duitsland. Ze willen volstrekt niet als immigranten worden aangezien. Wij keerden terug naar ons vaderland. Menno Simons Tijdens de Spaanse overheersing van Nederland werden ook de mennonieten vervolgd. Velen vluchtten naar Amerika, een aantal vestigde zich op uitnoding van de Pruisisch-Poolse adel in de buurt van de rivier de Weichsel (Vistula), niet ver verwijderd van de stad Danzig (Gdansk). De Hollanders pachtten land van de Poolse adel, ontginden moerassen en klommen zo tot een zekere economische welstand op. Kerken mochten ze de eerste tijd niet bouwen en ook mochten ze geen personen van buitenaf in hun geloofsgemeenschap opnemen. Het Nederlands bleef nog 250 jaar in gebruik in de eredienst, totdat het langzaam in Duits overging. Belastingen Tegen het einde van de zeventiende eeuw gingen nieuwe horizonten open. Rusland had het vruchtbare gebied ten noorden van de Zwarte Zee op de Turken veroverd; de akkers lagen er echter verlaten bij. De Russische tsarin Katharina II had gehoord dat de mennonieten goede boeren waren en nodigde hen uit zich in deze streek te vestigen. Tot 1865 ontstonden 58 nederzettingen, die samen de Molotschna Kolonie vormden. Ook hier klommen de mennonieten tot zekere welstand op. Tegelijkertijd leefden ze in een gedurige onzekerheid. Hun weigering in militaire dienst te gaan, zorgde in 1874 voor grote problemen toen Rusland een algemene dienstplicht invoerde. Velen emigreerden naar Amerika. De overname van de macht door de bolsjewisten in 1917 bracht opnieuw een emigratiestroom op gang. Konteniusfeld Het waren gunstige jaren voor de Rusland-Duitsers in de Molotschna. Dit duurde tot 1930, toen Stalin het idee uitvoerde om collectieve boerderijen (kolchozen) op te zetten. Zeven jaar was Henrich. Zijn vader bracht het vee naar de kolchoz. Het was een triest tafereel. Er was ook een klein veulen bij. Ik huilde. Siebert bladert wat in een boekje dat hij van zijn moeder kreeg. Het zijn meditaties van Johannes Goszner, een Duitse ijveraar voor zending in de achttiende eeuw. In het dagboek schreef zijn moeder bijzondere gebeurtenissen op. Henrich geboren, Onze bruiloft, maar ook Vader gevangen genomen. Het staat bij 15 november 1937. We hebben nooit meer iets van hem gehoord, zegt Siebert verontwaardigd. Niet één woord! Hij pakt een nieuwe ordner met het trefwoord Ouders. In 1966 kregen we een overlijdensverklaring. Vader zou in 1943 aan een hartverlamming zijn overleden. We geloofden het. Wat moesten we anders? Sinds acht jaar weet de familie dat hun vader nog geen halfjaar na zijn gevangenneming is doodgeschoten. Wegens contrarevolutionaire activiteiten, heette het. Strafkamp Weer een onvergetelijke dag, schreef zijn verslagen moeder in het dagboekje van Goszner. O Heere Jezus, help ons toch verder, voegde ze eraan toe. We moesten meehelpen een kanaal graven. Dat betekende bevroren grond uithakken, drie kubieke meter per dag. Als we de norm niet haalden daalde het rantsoen brood van 600 tot 300 gram per dag. In later jaren, toen Stalin dood was, werd het regime iets minder streng. In 1956 kreeg Henrich zijn vrijheid weer terug. Negatief Sinds negen jaar wonen Henrich en zijn Oekraïense vrouw Walja in het Duitse dorp Ulmen. Walja werd in 1943 door de Duitse overheersers tewerkgesteld bij de Bodensee in Zuid-Duitsland. Na de bevrijding leverden de Amerikanen haar aan Rusland uit. Men zag haar aan voor een spion, waarvoor ze acht jaar strafkamp kreeg. Een geschenk na de bevrijding, zegt Henrich ironisch. We hebben idiote tijden meegemaakt. In Daun, dicht bij Ulmen gelegen, houden de Rusland-Duitsers hun zondagse eredienst. De gemeente telt 42 gedoopte leden. Grote gemeenten bevinden zich in de stad Neuwied, waar duizenden Rusland-Duitsers wonen. De gemeenten hebben in de achterliggende tien jaar diverse scheuringen meegemaakt. De jongere generatie wil meer te beleven hebben tijdens de diensten. Onze kerkdiensten zijn hun te sober, te ernstig. Maar de echte vreugde ligt toch niet in de vorm van de kerkdienst, maar in het geloof in Jezus Christus? |
![]() |