Kerkelijk Leven

EO houdt enquête over crisis in Geref. Kerken

Predikanten genieten
nu minder vertrouwen

Van onze kerkredactie
HILVERSUM – De affaire rond de gereformeerde predikant ds. L. C. van Drimmelen heeft ervoor gezorgd dat mensen met gewetensproblemen zich minder snel tot een predikant of geestelijke wenden om raad of steun. Dat blijkt uit de resultaten van een enquête die het EO-radioprogramma Tijdsein vanmorgen bekendmaakte.

In opdracht van de Evangelische Omroep voerde NOS Kijk- en Luisteronderzoek een telefonisch onderzoek uit onder 450 Nederlanders. EO-Tijdsein vergeleek de uitkomsten van de enquête met de resultaten van het recente grootscheepse onderzoek “God in Nederland 1966-1996”. Op veel punten komen de cijfers uit beide onderzoeken met elkaar overeen.

Het gezag van de kerk als instituut lijkt door de kwestie-Van Drimmelen niet te zijn aangetast. Het aantal Nederlanders dat van de kerk een standpunt verwacht over homoseksualiteit, abortus, echtscheiding en pedofilie, is in vergelijking met anderhalf jaar geleden nauwelijks veranderd. Verder blijkt uit de EO-enquête dat 48 procent van de 450 ondervraagde Nederlanders vindt dat de kerken zich in het openbaar moeten uitspreken over pedofilie. Deze vraag kwam niet aan de orde in het rapport “God in Nederland”.

Voetstuk
Uit het onderzoek blijkt dat de kerk niet aan betekenis heeft ingeboet voor wat betreft het handhaven van de moraal. Van de ondervraagden was 58 procent (tegen 34 procent in 1996) van mening dat zonder kerken de moraal wordt bedreigd. De aanwezigheid van de kerken zorgt dat de samenleving niet verloedert, denkt 64 procent (was 34 procent).

De grootste klappen na de crisis in de Gereformeerde Kerken vallen blijkens het onderzoek bij de predikanten. Het aantal mensen met een gewetensprobleem die hulp zouden zoeken bij een dominee of andere geestelijke, is in vergelijking met het rapport nog verder gedaald (6 tegen 9 procent). Na de affaire menen meer ondervraagden dat geestelijken te veel op een voetstuk staan (56 tegen 43 procent bij “God in Nederland”) en dat zij zich met te veel dingen bemoeien (50 tegen 39 procent). Een groeiende groep vindt verder dat geestelijken gemist kunnen worden (29 tegen 17 procent).

Hard nodig
In het EO-programma, dat vanmorgen werd uitgezonden, gaven drie deskundigen hun visie op de recente ontwikkelingen in de Gereformeerde Kerken. Drs. J. M. H. Maurits, voorlichter van de Rooms-Katholieke Kerk, ziet het als een bewuste keuze van kerken om zich te begeven in het publieke debat. „De kerken zijn hard nodig. Vanuit een evangelische bewogenheid spreken ze over maatschappelijke kwesties, in de wetenschap dat het risico's met zich meebrengt. Maar wie niet waagt, die niet wint”.

Communicatiedeskundige prof. dr. A. van der Meiden wil de affaire nadrukkelijk loskoppelen van de boodschap die de kerken uitdragen. „Ik kan me zelfs tientallen affaires van seksueel misbruik herinneren, zowel in de politiek als in de kerk, maar dat staat los van de betrouwbaarheid van het Evangelie”.

Van der Meiden beschouwt de crisis als „een zeer locale en incidentele kwestie. De mediawereld maakte de zaak geweldig breed”. Van de gesuggereerde koppeling tussen leerstellige vrijzinnigheid (prof. Den Heyer) en ethische vrijzinnigheid (ds. Van Drimmelen) wil hij niets weten. „Ik ben zelf vrijzinnig en weet dat de vrijzinnigheid veel waarde hecht aan de bestudering van normen en waarden”. De hoogleraar ziet maximale openheid als de beste preventie voor dergelijke affaires.

Vasthouden
Prof. dr. G. Dekker, emeritus hoogleraar godsdienstsociologie, denkt dat als drs. Van Drimmelen niet had gelogen, hij in zijn pleidooi voor pedofilie snel was gecorrigeerd. Hij vindt het een „voor buitenstaanders vertrouwenwekkende stap dat het gereformeerde moderamen opstapte. In het begin leek het alsof de Gereformeerde Kerken de zaak wilden toedekken, wat in kerken vaker voorkomt. Maar die schijn heeft het moderamen nadrukkelijk gecorrigeerd”.

De hoogleraar wil een pedofiel die langdurig blijk geeft zijn neiging niet om te zetten in daden, niet zonder meer van de kansel weren. „Mag een pyromaan die bewezen heeft de neiging te beheersen, predikant zijn?” Maurits: „De kerk moet zulke mensen juist vasthouden; ook als predikant”.