Verweij werkte halfjaar aan bouw van Indiaas zorgcentrum
Een vutter on track in IndiaDoor J. M. D. de Heer WOERDEN On track in India. Zes maanden inzet voor de bouw van een zorgcentrum in Igatpuri, een dorpje in het bergland achter de miljoenenstad Bombay. H. Verweij uit Woerden vertrok met bouwervaring uit Nederland en kwam met veel meer ervaringen terug in zijn vaderland. Purnata Bhavan. Huis van heelheid. Zo heet het zorgcentrum in het Indiase dorpje Igatpuri, waaraan het echtpaar Verweij een halfjaar heeft gebouwd. Het project bestaat uit vier woongebouwen, een school en een ziekenhuis, speciaal bedoeld voor weduwen en hun kinderen die besmet zijn met het aids-virus. Als in India een man sterft aan de ziekte aids en de weduwe met het hiv-virus besmet blijkt te zijn, wordt ze vaak uit de familie verstoten. In Bombay heeft dit verstrekkende gevolgen. Geen huis, geen werk en dus geen geld voor voedsel en kleding, geen medicijnen, geen... Kortom: Geen uitzicht. Corrupt De zendingsorganisatie Oasis probeert, samen met kerken in Bombay, de nood van deze verstotenen te lenigen. Door bescheiden projecten biedt ze een beker koud water in een stad met onafzienbare sloppenwijken, waar de hulpverlening vaak strandt op een corrupt overheidsapparaat. Vijftien miljoen inwoners telt de metropool. Elk jaar komen daar een half miljoen mensen bij, meest boeren die het hoge pachtbedrag dat grootgrondbezitters eisen graag inruilen voor een sprankje hoop op werk in de stad. De lonen zijn er tweemaal zo hoog als op het platteland. Het helpt echter weinig. Bijna niemand krijgt een baan. De praktische hulpverlening gaat voor Oasis voorop, vanuit het besef dat hongerige magen geen oren hebben om het Evangelie te horen. In het spoor van deze daadwerkelijke hulp komt ook ruimte voor de boodschap van Gods Woord. Zo heeft het echtpaar Verweij het ook ervaren. Helpende hand Verweij zette zich al een aantal jaar via de zendingscommissie van hervormd Woerden in voor de nood van de medemens in verre landen. Toen de locatiedirecteur van een groot bouwbedrijf met de vut ging, kwam de mogelijkheid in het vizier om zelf in een derde wereldland een helpende hand te bieden. Verweij meldde zich aan bij Interserve-Nederland, een tak van de internationale zendingsgemeenschap. Interserve bemiddelt in uitzending van christenen vanuit gemeenten in Nederland naar werkgebieden in Zuid- en Centraal-Azië, de Golfstaten, het Midden-Oosten en Noord-Afrika. Het On track-programma van Interserve is vooral bedoeld voor jongeren die zich willen oriënteren op de zending. Daarnaast worden mensen uitgezonden die korte tijd specialistisch werk kunnen verrichten. Ook mensen die vervroegd met pensioen gaan, kunnen zich op deze manier voor de zending inzetten. Op die manier kwam het echtpaar Verweij in India terecht. Niet opleggen Voor het project van Oasis stelde een Indiase christen in het dorpje Igatpuri 3 hectare grond ter beschikking. Igatpuri ligt op een afstand van 125 kilometer van Bombay. De zuivere lucht van het bergland was voor het echtpaar een verademing vergeleken met de enorme stankoverlast van de miljoenenstad. Verweij werd belast met de directe uitvoering van het project. Een leidinggevende van een westers bouwbedrijf moest zich zien te redden met de middelen die op het platteland van India voorhanden zijn. Je moet in zo'n situatie je eigen ideeën niet opleggen, zegt Verweij. De mensen daar hebben een heel eigen manier van bouwen. Westerse mensen zijn rationeler, ze berekenen en beredeneren alles. De bewoners van India werken intuïtiever, zijn meer gericht op vriendschap en samenwerking. Geen bouwlift Met de ideeën die er al waren, probeerde de vrijwilliger uit Woerden een plan te maken dat rekening hield met de manier van werken op het Indiase platteland. Op een betonmolen na kwam er geen machine aan de bouw te pas. Geen bouwlift dus, cirkelzagen en betonboren, zelfs geen kruiwagens. Dit had een dubbel doel. De werkloosheid in India is groot en de arbeidskrachten zijn veel goedkoper dan het huren van machines. Voor een rijksdaalder werkte een drager een dag aan het project, een vakman verdient het dubbele. De goedkope arbeidskrachten zorgen ervoor dat het hele project rond de twee miljoen gulden kost. In Nederland zou het bedrag tien keer zo hoog zijn geweest. Het kostte Verweij weinig moeite om aan materialen te komen, zij het dat deze weinig goedkoper zijn dan in Nederland. Men haalde zand en grint bij de rivier vandaan. In Bombay en omgeving bloeit de staalindustrie en steengroeves leveren natuursteen op. Vriend van een vriend Wel had Verweij een waterpastoestel nodig. De aannemer met wie hij samenwerkte, had geen idee wat dat voor een apparaat was. Een vriend hij woonde 50 kilometer verderop had er wel een. Het bleek een 'voorwerelds' toestel te zijn. Bij een vriend van die vriend had Verweij meer succes. De berekeningen van Verweij kregen in het begin weinig instemming van de Indiase vaklui. Ze berekenen bijvoorbeeld geen sterktes; de kolommen in een gebouw staan op een afstand van hooguit een paar meter van elkaar. Een overspanning van 8 meter, zoals ik dat wilde, was gewoon ongehoord. Op het moment dat de betonvloer werd gestort, stonden twee mannen met palen in de hand op wacht. Als de hele boel zou inzakken, konden zij extra ondersteuning aanbrengen. Alles ging goed. Het zorgde voor een stuk vertrouwen in de westerse bouwkunst. Verbazende inzet Kostte het Verweij de eerste weken de nodige moeite om zijn ideeën duidelijk te maken, na verloop van tijd liep de bouw als een trein. De inzet was verbazend, ze werkten in een tempo waarvan Nederlanders wat kunnen leren. Wat het echtpaar ook leerde, is dat Nederlanders vaak weinig afhankelijk leven. Wij lossen met onze technieken alles wel op. Maar in India werkt dat niet. Toen we ervoor stonden, hebben we wel gedacht: Dit lukt nooit. Maar achteraf hebben we de zegen van de Heere God gezien. De bouwlui waren bijna allemaal hindoe, maar geïnteresseerd in het christelijk geloof. Samen met de aannemer hebben we uit een Engelse Bijbel gelezen. Zo gaat het Evangelie in het spoor van de daadwerkelijke hulpverlening. |