Koningin in Oene naar de kerk

Het is voor zover bekend de eerste keer dat koningin Beatrix tijdens haar regering in Nederland in een door nood getroffen gebied incognito een kerkdienst bijwoont. In november 1999 woonde zij op het Antilliaanse eiland St.-Maarten een oecumenische kerkdienst bij, kort nadat het eiland door de orkaan Lenny was getroffen.

De predikant van gemeente, ds. A. J. van den Herik, werd zaterdagavond van het koninklijke bezoek op de hoogte gesteld. Hij kreeg te horen dat de Koningin een normale kerkdienst bij wilde wonen. Zij wilde een gewone kerkganger zijn. In zijn gebed besteedde de predikant wat meer aandacht dan normaal aan het koninklijk huis. Het Wilhelmus klonk na de dienst, maar dat is de gewoonte in Oene. Daar zingt de gemeente rond Koninginnedag altijd het volkslied.

De kerkgangers keken verrast toen op koningin Beatrix vergezeld van een vriendin en enige beveiligers even voor half tien de kerk betrad. „De mensen gingen spontaan staan,” aldus de aanwezige mevrouw Noteboom voor de radio. „Iedereen begon tegen elkaar te praten. Late kerkgangers reageerden verbaasd toen ze zagen dat de koningin er was.”

In de preek stond ds. Van den Herik stil bij Johannes 20:24-29. In deze tekst gaat het over de ongelovige Thomas. „Thomas had nog geen oog voor het wonder van de kracht van de opstanding. Het is de heerlijkheid van Pasen dat wij met een levende God van doen hebben, Die mensen brengt tot overgave aan Hem.” Zoals Thomas alleen oog had voor wat hij zag zo heeft de „huidige Thomas alleen oog voor de neergaande lijn, de afbraak van de godsdienst in ons vaderland. Het machtige is dat de Heere doorgaat met Zijn werk. Dat is de vrucht van Pasen.”

Ook in deze tijd van „zorgen en noden hebben we nog steeds met een levende God te maken, waardoor er ook nu hoop en verwachting is”, aldus ds. Van Herik. Hij benadrukte „de noodzaak van de persoonlijke ontmoeting met Hem.” Het was volgens een predikant een preek zoals hij die normaal ook gehouden zou hebben. „Ik preekte wel voor de Koningin, maar ben ook dienaar van de Koning.”

Hartelijk
Het bijwonen van de dienst heeft de Oenenaren, volgens de predikant, heel veel goed gedaan. „Een boer wiens bedrijf geruimd is, was ontroerd door haar aanwezigheid. Het is geweldig voor ons dat de Koningin de kerkdienst heeft bijgewoond.”

Na afloop van de dienst dronk koningin Beatrix in de pastorie nog een kopje koffie met de predikant, ouderling-kerkvoogd G. van Spijkeren en hun vrouwen. Zij nam ruim een uur de tijd voor dit gesprek. Ds. Van Herik typeert de koningin tijdens dit onderhoud als „bijzonder hartelijk.” Van Spijkeren vindt dat de Koningin „als een moeder des vaderlands in ons midden was.” Bij het vertrek van koningin Beatrix uit de pastorie zong een haag van Oenenaren: ”Oranje boven”.