World Online niet
bevreesd voor claims

ROTTERDAM – Internetprovider World Online gelooft niet dat schadeclaims van beleggers die zich gedupeerd voelen enige kans van slagen hebben.

Het bedrijf heeft er dan ook geen voorziening voor getroffen. „Wij hebben er absoluut vertrouwen in dat dat niet nodig is”, zei financieel topman R. Huisman woensdag in een toelichting op de kwartaalcijfers.

World Online zag het afgelopen kwartaal de omzet met bijna 40 procent stijgen naar ƒ 89 miljoen in vergelijking met de eerste drie maanden van het vorig jaar. Het bedrijf noteerde tegelijkertijd bijna dubbele verliescijfers van ƒ 216 miljoen.

Huisman zei tevreden te zijn over het eerste kwartaal. De verliescijfers zijn volgens hem „absoluut niet schokkend.” Het verlies is ruim binnen de marge gebleven. Volgens die marge had het verlies nog 15 procent hoger mogen uitvallen, aldus Huisman.

Hij zei te verwachten dat World Online nog „een tijd lang” rode cijfers zal schrijven. „Daar is niks mis mee in de omgeving waarin wij zitten.” World Online doet aan „de financiering van de groei”, aldus Huisman. Zolang die er is, is er uitzicht op winstgevendheid in de toekomst.

Tevredenheid
De groei in het eerste kwartaal 2000 stemt de top van World Online tot tevredenheid. Het aantal abonnees steeg met 84,5 procent naar 2,2 miljoen op 31 maart. Inmiddels zit het bedrijf op 2,9 miljoen abonnees. De gemiddelde tijd on line per abonnee steeg het afgelopen kwartaal van 6,8 uur in december naar 7,4 uur eind maart. Volgens Huisman hebben de omstreden beursgang en de negatieve publiciteit hierover geen operationeel effect gehad.

World Online ging met een introductiekoers van 43 euro naar de beurs. Sindsdien is het aandeel behoorlijk gezakt. Woensdag liet het aandeel een lichte stijging zien tot 13,95 euro. „De lage koers baart ons vanzelfsprekend zorgen. Het doet geen recht aan de werkelijke waarde van het bedrijf”, aldus Huisman.

De lage koers maakt van World Online een aantrekkelijke overnamekandidaat. Maar dat is volgens Huisman („belangstelling is er altijd wel”) „absoluut niet ter sprake.”