Gezondheid

Contactlensvloeistoffen niet goed

Contactlensvloeistoffen werken niet goed genoeg. Zij doden wel bacteriën, maar verwijderen die niet. Er blijven op de lens resten achter die opnieuw kunnen uitgroeien. Dragers van lenzen lopen dan ook een groot risico op hoornvliesontsteking.

Mondspoelmiddelen hebben hetzelfde euvel. Zij verwijderen niet alle schadelijke tandplak, zo stelt de biochemicus A. Landa in zijn proefschrift waarop hij morgen hoopt te promoveren aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Hij onderzocht een aantal alles-in-eenvloeistoffen voor lenzen en veel verkochte mondspoelmiddelen. Die zijn erop gericht bacteriën te doden. Dat doen zij goed, maar er blijft toch een halfdode biofilm achter. Een biofilm is een hardnekkig vastgeplakte koek van verschillende bacteriën met een sterk aanpassingsvermogen. „De resten groeien makkelijk uit en kunnen ook nieuwe bacteriën aan zich hechten”.

Landa pleit ervoor bij de productie van reinigingsmiddelen de nadruk te leggen op het verwijderen van bacteriën. Volgens Landa kan dat met zeep. Bepaalde zepen kunnen biofilms heel goed losweken, andere daarentegen veel minder. Met Landa's meetmethode kan de werking van verschillende zepen op bacteriesoorten eenvoudig worden beoordeeld.

Een kleine hoeveelheid zepen kan aan de contactlensvloeistoffen worden toegevoegd, zonder dat er bij gebruik zeepresten achterblijven op de lens. Dragers van lenzen kunnen zelf ook het risico op ontstekingen beperken. Biofilms zijn met de vingers eenvoudig weg te wrijven. Ook is het belangrijk dat gebruikers het bewaardoosje voor de lenzen goed schoonmaken. Ook daarin blijven bacterieresten achter.