Gezondheid

MS-Centrum Amsterdam
opent zijn poorten

Door A. M. Alblas
Amsterdam heeft sinds vrijdag een “Multiple Sclerose Centrum voor Onderzoek en Zorg”. Het nieuwe kenniscentrum is een gezamenlijk initiatief van de Vrije Universiteit (VU), het Academisch Ziekenhuis van de VU in Amsterdam, TNO preventie en zorg en de Stichting Vrienden MS-Research. Met de komst van dit centrum wordt een verbetering van de kwaliteit van het MS-onderzoek beoogd, dat moet leiden tot een betere patiëntenzorg.

Multiple Sclerose (MS) is een ziekte waaraan in Nederland vijftienduizend mensen lijden. De meeste mensen die MS krijgen, zijn tussen de 20 en 40 jaar oud. De ziekte komt meer voor bij vrouwen dan bij mannen. MS is een aantasting van het centrale zenuwstelsel: de hersenen en het ruggenmerg. Rondom bepaalde zenuwen zit een isolerende laag die myeline- of mergschede wordt genoemd. Deze myelineschede maakt een goede geleiding van de signalen mogelijk, zodat informatie snel heen en weer gaat. Bij MS ontstaan op bepaalde plekken in de myelineschede ontstekingen, waardoor het zenuwstelsel in dat gebied niet meer goed functioneert. Allerlei lichaamsfuncties kunnen hierdoor niet meer voldoende of helemaal niet meer worden uitgevoerd.

Op de plek van de vele (multiple) chronische ontstekingen blijft vaak een litteken (sclerose) achter. Over de oorzaak van de ziekte is nog niet zoveel bekend. Het verloop van de ziekte is moeilijk voorspelbaar. Wel komen veel MS-patiënten op den duur in een rolstoel terecht.

Eerste initiatieven
De eerste initiatieven voor het thans opgerichte MS-centrum dateren al van 1975. Tien jaar later leidde dat tot de oprichting van de Stichting Vrienden MS Research, die inmiddels al 30 miljoen gulden heeft bijeengebracht. Het nu opgerichte MS-centrum wordt financieel door de Stichting Vrienden ondersteund. Bij monde van haar voorzitter, drs. M. W. Nieuwenhuys, zegde het de komende vier jaar een jaarlijkse bijdrage van 1 miljoen gulden toe, met een mogelijke verlenging.

„Het centrum moet een internationale status krijgen. Het wiel moet steeds opnieuw worden uitgevonden. We gaan dan ook onderzoeken of er in Nederland meer MS-centra nodig zijn die nauw met elkaar moeten samenwerken”, aldus Nieuwenhuys.

Ook de Multiple Sclerose Vereniging Nederland (MSVN) ondersteunt het nieuw opgerichte MS-centrum. De MSVN, die inmiddels 10.000 leden telt, is in 1993 ontstaan uit verschillende MS-patiëntenverenigingen en heeft nu 23 afdelingen die regionaal activiteiten voor de leden organiseren zoals gespreksgroepen, themabijeenkomsten en huisbezoek.

Dr. A. H. G. Rinnooy Kan, lid van de Raad van Bestuur van de ING Groep en lid van het comité van aanbeveling van het MS-centrum, noemt het een goede zaak dat een privé-activiteit als deze gekoppeld wordt aan de universiteit.

„Wetenschappelijk onderzoek staat onder druk. Het kent een fragiele en daardoor kwetsbare structuur. De betekenis van onderzoek naar de ziekte MS is van belang voor de effectiviteit van de zorg”, aldus Rinnooy Kan.

Dertig proefschriften
„De oogst van vijftien jaar MS-onderzoek heeft (sinds 1985 dus) dertig proefschriften opgeleverd. Voor 1999 staan er nog eens negen op stapel”, zegt dr. ir. C. J. Lucas van TNO Preventie en Gezondheid Leiden. Samen met mevrouw prof. dr. Ch. Dijkstra van de VU en neuroloog prof. dr. C. H. Polman, vormt hij de leiding van het nieuwe MS-centrum. Dijkstra benadrukt het multidisciplinaire onderzoek binnen het centrum, met als hoofdthema: Laesievorming (uitvalsverschijnselen) en hoe dit proces te voorkomen. Verder wil het centrum meer basisartsen, neurologen en onderzoekers opleiden in de kennis van MS.

Het is volgens Polman nodig dat fundamenteel onderzoek leidt tot een betere behandeling van MS. „Medicamenten als Interferon (Betaferon en Rebif) remmen het verslechteringsproces. Er wordt aan deze medicamenten ongeveer 30 miljoen gulden per jaar uitgegeven, maar we moeten zoeken naar een zo groot mogelijke doelmatigheid tegen de minste kosten. Heel geleidelijk gaan we stapjes vooruit in onze kennis en behandeling van MS. Mogelijk leiden meer oorzaken tot één en hetzelfde ziektebeeld (laesies). De meerwaarde van het MS-centrum is dat iedereen er met vragen terechtkan. Ook voor de (geneesmiddelen)industrie is er nu één kenniscentrum dat de informatievoorziening structureert”, aldus Polman.


POLMAN
...kleine stapjes vooruit...