Nieuws uit Dallas
voor hartpatiënten

Patiënten met matige hartklachten die in aanmerking komen voor een dotteringreep zijn beter af met een forse verlaging van hun cholesterolgehalte. Patiënten die een bypassoperatie hebben ondergaan, hebben 80 procent minder kans op nieuwe hartproblemen als zij het middel Quinapril (merknaam Acupril) slikken.

Dat blijkt uit twee onderzoeken waarvan de resultaten vorige week werden bekendgemaakt op het jaarlijkse congres van de American Heart Association in de Amerikaanse plaats Dallas.

De eerste studie, onder de naam “Avert”, werd gehouden onder 350 patiënten. Zij hadden allen een niet-acute, stabiele hartziekte. Van hen ontving de ene helft een krachtige cholesterolverlager, terwijl de andere groep een dotteringreep onderging. Daarbij werden vernauwingen in de kransslagaders verwijd.

Tijdens de onderzoeksperiode van anderhalf jaar bleef in de medicijngroep 87 procent vrij van hart- en vaatproblemen, zoals kramp op de borst (angina pectoris) en een hartinfarct. Bij niemand hoefde een bypassoperatie te worden verricht.

Het LDL-cholesterol (het 'slechte' cholesterol), daalde bij deze patiënten met behulp van het sterk cholesterolverlagende medicament naar gemiddeld 2,0 mmol/liter. Dat is ruim beneden de waarde van 3 die momenteel de gangbare maat is voor patiënten met hartziekten.

Bij de gedotterde patiënten, van wie driekwart tevens met een gewone cholesterolverlager werd behandeld, lag de gemiddelde waarde van het LDL op 3,1 mmol/liter. In deze groep kwamen aanzienlijk meer incidenten voor.

Aan de internationale studie namen onder meer het Academisch Ziekenhuis Groningen en het Drechtstedenziekenhuis in Dordrecht deel.

Harspecialist dr. A. van Boven uit het AZG denkt dat 15 tot 20 procent van de patiënten die thans worden gedotterd, beter met medicijnen kan worden behandeld. Het gaat om de groep met milde symptomen. Dat betreft echter niet de categorie met ernstige of acute klachten. Bij hen blijft direct ingrijpen noodzakelijk. Wat niet wegneemt dat ook die groep in een latere fase baat kan hebben bij drastische cholesterolverlaging. Dat grijpt in op het proces van aantasting van de vaatwand en is geen vorm van symptoombestrijding zoals dotteren.

Het tweede onderzoek vond plaats onder de naam “Quo Vadis”. Het werd eveneens uitgevoerd in het AZG, dit keer samen met het Sint Anthonius Ziekenhuis in Nieuwegein.

In deze studie kregen 148 patiënten na een bypassoperatie het middel Acupril of een neppil. Na een jaar bleek de kans op herhaling van hartproblemen met 80 procent te verminderen in de groep die Acupril kreeg. Dit medicament wordt normaal voorgeschreven bij hoge bloeddruk. De deelnemers aan de studie hadden zelf geen hoge bloeddruk en zouden het middel normaal ook nooit gekregen hebben.

Door eerder waargenomen positieve effecten bij mensen die wel vanwege hoge bloeddruk met Acupril werden behandeld, ontstond het vermoeden dat het middel een positief effect heeft op de vaatwand. In de nieuwe studie is dit vermoeden bevestigd.

Acupril is een zogenaamde ACE-remmer. Die zijn er meer, maar alleen van Acupril is dit effect op de vaatwand aangetoond.