Gezondheid | 25 september 2001 |
CafeïneCafeïne behoort tot de grote familie van alkaloïden, chemische verbindingen die in het hele plantenrijk voorkomen. Belangrijke bronnen van cafeïne zijn koffie, cola, zwarte en groene thee, chocolade en sommige pijnstillers waaraan cafeïne is toegevoegd om het slaapverwekkende effect tegen te gaan. Een kop koffie kan, afhankelijk van de sterkte, 90 tot 150 milligram cafeïne bevatten. Een kop thee bevat 30-70 milligram. Cafeïne in thee wordt ook wel aangeduid als theïne. Een glas cola bevat 30-45 milligram, een reep chocolade gemiddeld 30 milligram en pijnstillers meestal 100 milligram per tablet. Koffie, thee en cola bevatten ook een andere, nauw aan cafeïne verwante stof (theofyline). Een derde aan cafeïne verwante stof is theobromine, dat vooral voorkomt in cacao (de grondstof van onder meer chocolade) en in zeer kleine hoeveelheden in thee. In cacao is de concentratie van theobromine zeven keer sterker dan die van cafeïne. Theobromine werkt echter tien keer minder stimulerend dan cafeïne en theofyline. Cafeïne stimuleert het centrale zenuwstelsel, de hartspier en de ademhaling en werkt vochtafdrijvend. Theofyline en theobromine stimuleren de hartspier en werken vaatvernauwend en vochtafdrijvend. Beide stoffen versterken het effect van cafeïne. Koffie en thee zijn ook cafeïnevrij te krijgen. Kruidentheeën zoals rooibos-, pepermunt- en kamillethee bevatten van nature geen cafeïne. |
![]() |