Forum 9 oktober 2001

Tegen antimaatschappelijke terreur met simpele middelen kan veiligheidsdienst weinig doen

Aanslagen VS geen vorm van nieuw terrorisme

Politici en media spreken sinds de aanslagen in de Verenigde Staten van het ”nieuwe terrorisme”. Begrijpelijk, want de gebeurtenissen in de Verenigde Staten en vooral in New York zijn van een nieuwe orde. Toch is het terrorisme dat zich daar heeft gemanifesteerd niet nieuw, maar 'slechts' een extreme –antimaatschappelijke– variant van het terrorisme, schrijven Kees Teszelszky en Johri Maat.

Eén van de grote misvattingen in de discussie over het terrorisme naar aanleiding van de aanslagen in de VS, is dat er sprake is van een níeuw soort terrorisme. Landen als Rusland en Israël hebben al jaren te kampen met vergelijkbare terroristische aanslagen. Natuurlijk is het ongekend dat vier passagiersvliegtuigen vrijwel tegelijkertijd in een zelfmoordaanslag worden gebruikt. Het aantal slachtoffers en de materiële schade is enorm. Een dergelijke aanslag is verbijsterend en schaadt de illusie van betrekkelijke veiligheid in de westerse wereld, maar het is géén nieuw soort terrorisme.

Drie vormen
Terrorisme –het gedwee maken of demoraliseren van een bevolking of regering door daden van terreur– is onder andere in te delen naar criminele, maatschappelijke en antimaatschappelijke motieven. Crimineel terrorisme wordt gepleegd vanuit het motief om er –door losgeld– financieel beter van te worden. Het terrorisme in veel speelfilms is hierop gebaseerd. Maatschappelijk terrorisme heeft als doel de samenleving te veranderen. Niet het doden van slachtoffers, maar het intimideren van de samenleving en de aandacht van de media of de politiek is het motief. Maatschappelijk terrorisme heeft, hoe vreemd het ook mag lijken, een constructief uitgangspunt: namelijk zelfbeschikking, een betere of een andere maatschappij. Deze terroristische bewegingen zijn etnisch-nationalistisch of extreem links georiënteerd. Voorbeelden hiervan zijn het ANC in Zuid-Afrika, de PLO in Israël, de IRA in Noord-Ierland en de RAF in West-Duitsland.

Het terrorisme in de Verenigde Staten heeft destructieve, antimaatschappelijke motieven. Het motief van de aanslagen lijkt te zijn de maatschappij zoveel mogelijk schade toe te brengen. Deze vorm van terrorisme is een dieptepunt in een trend die steeds sterker is geworden sinds het einde van de Koude Oorlog, nu ruim tien jaar geleden. Zowel pariastaten, particuliere bewegingen als individuen gebruiken deze vorm van terrorisme en werken soms met elkaar samen. De pariastaat Irak staat bekend om haar non-conventionele (biologische, chemische en nucleaire) wapenprogramma, maar ook Zuid-Afrika had tijdens het apartheidsregime een dergelijk programma. Particuliere bewegingen en individuen handelen vanuit radicaal religieuze en antioverheidsmotieven. Natuurlijk zijn er ook gekken die hun eigen, soms onnavolgbare, motieven hebben om antimaatschappelijk terrorisme te plegen, van liefdesverdriet tot wraak jegens de mensheid.

Groepen die zich bedienen van dit antimaatschappelijke terrorisme zijn niet alleen de nu verdachte radicaal-islamitische groeperingen, maar ook militante blanke christenen in de VS, radicaal-Joodse messianistische bewegingen in Israël, radicale Sikhs in India, Dag-des-Oordeelsbewegingen zoals Aum Shinri Kyo in Japan en individuen zoals de Amerikanen Larry Wayne Harris en Theodore Kaczynski, alias de Una-bomber. Deze groepen zijn verantwoordelijk voor diverse aanslagen en mislukte pogingen met conventionele wapens (”gewone wapens”) en non-conventionele (biologische, chemische, nucleaire) wapens in de jaren negentig van de vorige eeuw.

Scheermesjes
Een nieuw element in het antimaatschappelijke terrorisme is het grootschalig gebruik van de aanwezige voorzieningen in de maatschappij. Preventie van terrorisme was vroeger vooral gericht op het voorkomen dat terroristen met wapens aan boord van vliegtuigen zouden komen. Bij de aanslagen in de VS werd gebruik gemaakt van de vliegtuigen zelf en de terroristen gebruikten eenvoudige scheermesjes als wapens. De westerse wereld zit vol met potentiële wapens voor terroristen: passagiers- en chloortreinen die kwaadwillenden kunnen laten ontsporen; benzinestations en tankwagens die ze kunnen laten ontploffen; chemische fabrieken en kerncentrales die gesaboteerd kunnen worden. De welvaart en techniek van onze samenleving worden bedreigd, maar vormen ook zelf een bedreiging voor de samenleving. Luchthavens, vliegtuigen, vitale installaties en gebouwen worden nu beter beveiligd, maar tegen de antimaatschappelijke vorm van terreur is haast geen preventie mogelijk. Wie kwaad wil, kan met de meest eenvoudige voorwerpen als een scheermesje, zoals nu gebeurd is, maar ook met een vulpen, een gebroken spiegeltje of de dreiging van een bom een catastrofe veroorzaken.

Meer controle
Hoe kunnen deze aanslagen voorkomen worden? De illusie van veiligheid is verdwenen in de westerse wereld en het besef is doorgedrongen hoe kwetsbaar deze samenleving is. Een antirakettenschild werkt niet tegen vliegtuigkapingen of sabotage-acties tegen chemische en nucleaire installaties of transporten. Strengere controle van de Europese binnen- en buitengrenzen is een onmogelijke opgave. Illegale migratie of drugshandel is nu al niet of nauwelijks te bestrijden.

Het ligt voor de hand dat politie, inlichtingen- en veiligheidsdiensten ruimere bevoegdheden krijgen om mensen en organisaties te controleren, wat weer een beperking van de grondrechten inhoudt. Niet alleen is meer toezicht nodig bij luchthavens en vliegtuigen, maar op alle plaatsen waar een concentratie van mensen is, bij kwetsbare infrastructuur en industriële installaties. Automobilisten in de omgeving van Amsterdam en Rotterdam konden donderdag 27 september ervaren hoe de overheid optreedt bij een verhoogde dreiging. Een aantal tunnels werd na een bommelding afgesloten en er werden uit voorzorg zwaar bewapende antiterreureenheden ingezet. Deze actie was gezien de dreiging na ”New York” begrijpelijk, maar kan natuurlijk niet te vaak uitgevoerd worden.

Tijdelijk zal er begrip zijn voor een dergelijke verhoging van veiligheidsmaatregelen. Maar op den duur ontstaat er een spanning tussen de belangen van collectieve veiligheid en die van persoonlijke vrijheid. Hoe lang zal men accepteren dat er op luchthavens meerdere malen gecontroleerd wordt en dat de wachttijden zullen toenemen? Kunnen infrastructurele werken en industriële installaties permanent bewaakt worden? Is het te accepteren dat de communicatie van burgers gevolgd wordt? Zijn asielzoekers, andere vreemdelingen en allochtonen per definitie potentiële verdachten? Wij denken van niet. De financiële en personele gevolgen van dergelijke maatregelen zijn enorm en bieden een onterecht gevoel van veiligheid.

Andere beleving
Niet de veiligheidssituatie in Nederland is veranderd, maar de veiligheidsbeleving. De westerse samenleving, de Nederlandse in het bijzonder, wordt gekenmerkt door haar open karakter. Dat is haar kracht, maar levert ook risico's op het gebied van collectieve veiligheid op, zoals iedere activiteit in de maatschappij persoonlijke en collectieve risico's oplevert, denk maar aan het verkeer. Mensen moeten af van de gedachte dat elk risico uit te sluiten valt of dat de gevolgen ervan altijd te verhalen zijn op de overheid. Net zoals ongelukken altijd kunnen gebeuren is de kans dat een terrorist toeslaat altijd aanwezig. Het 'nieuwe' terrorisme bestaat daarom vooral in onze hoofden.

De auteurs zijn respectievelijk politicoloog en specialist op het gebied van veiligheidsvraagstukken.