Forum | 15 maart 2001 |
Schizofrene MarianneDoor Marie van Beijnum De mairie blinkt vaak niet uit in bestuurlijke dynamiek. De burgemeester worden rechtstreeks gekozen. Dat kan net zo goed een minister of iemand uit het zakenleven zijn als de manager van een groot boerenbedrijf. Eenmaal burgemeester van zo'n kleine gemeente (commune) ben je letterlijk en figuurlijk de vraagbaak van Jan en alleman. Als er een dronkelap uit de sloot moet worden gevist of als er mond- en klauwzeer uitbreekt, komt de burgemeester eraan te pas. Op de mairie spelen zich niet zelden kluchtige taferelen af die eerder doen denken aan de Middeleeuwen dan aan het Frankrijk van de 21e eeuw. Zo werd de liberale burgemeester van Dole in de Franse Jura, Gilbert Barbier, zondag met een schot hagel in zijn gezicht naar het ziekenhuis gebracht nadat een gestoorde vrouw in het gemeentehuis op hem had geschoten. De wat grotere gemeenten zijn bij ministers en landelijke politici vaak in trek vanwege hun burgemeesterspost. Er is al veel geklaagd over de stapeling van functies die zo karakteristiek is voor Frankrijk. Je vraagt je af of een minister van Cultuur zo nodig de ambitie moet hebben om burgemeester van Straatsburg te blijven. Mevrouw Catherine Trautmann is daarvoor tenminste meteen in de eerste verkiezingsronde afgestraft. Wie het reilen en zeilen van Frankrijk volgt, krijgt onwillekeurig het beeld van een schizofrene Marianne voor zich. Want behalve het rustieke landelijke Frankrijk (54,6 van het Franse territorium is agrarisch), dat zijn eigen weg gaat, is er ook nog het hectische urbane Frankrijk, het Frankrijk van de grote stad. Gebeurt er op het platteland nauwelijks iets, in de stedelijke gebieden van de Vijfde Republiek is dat volslagen anders. En daar kijkt dan uiteindelijk iedereen ook naar in Frankrijk. Uit de grote steden worden vaak de presidenten en de premiers van het land geselecteerd. Het is dus belangrijk wie het boegbeeld gaat worden van onder andere Parijs, Lyon, Lille, Toulouse en Bordeaux. De strijd om het burgemeesterschap van Parijs is zonder twijfel de spannendste. De verkiezing is een graadmeter voor de presidentsverkiezing van volgend jaar, die waarschijnlijk zal gaan tussen de socialistische premier Lionel Jospin en de conservatieve president Jacques Chirac, zelf achttien jaar lang burgemeester van Parijs. Een linkse overwinning in het traditioneel rechtse Parijs zou de landelijke trend bevestigen die in 1997 werd ingezet met de nederlaag van de conservatieven in het parlement. Dat de verkiezing in Parijs de landelijke politieke strijd weerspiegelt is niet de enige reden dat heel Frankrijk die volgt. De wedren tussen de vier burgemeesterskandidaten heeft in Parijs een soap opgeleverd, compleet met schandalen, verraad en een politieke ster: de voormalige parlementsvoorzitter Philippe Séguin. Zijn carrière dreigt gedwarsboomd te worden door een buitenstaander, Delanoë, die zuivere politiek tot prioriteit verheft. De bijrollen zijn weggelegd voor Yves Contassot van de Groenen en de huidige Parijse burgemeester Jean Tibéri. Sinds enige tijd is het Parijse stadhuis verwikkeld in een jammerlijk corruptieschandaal dat dateert uit de dagen van Chirac. Tegen ongeveer dertig mensen, vooral uit de rechtse hoek, is een gerechtelijk onderzoek gestart wegens onder meer het aannemen van steekpenningen voor bouwcontracten, ten gunste van de partijkas. Tibéri is beschuldigd van verkiezingsfraude en zijn vrouw Xaviere stond terecht voor het aannemen van geld voor een niet bestaand baantje. Uit de peilingen komt naar voren dat rechts in de stemmingen in de gemeenten in het hele land met zo'n 45 procent van de stemmen toch goed stand weet te houden. Linkse partijen hadden een procent meer. De voorspelde roze golf bleef helemaal uit. De uitslagen van de eerste ronde van zondag brachten aan het licht dat links goed zou zijn voor 45,6 procent van de uitgebrachte stemmen, rechts voor 45,2 procent, extreem rechts krijgt 3,8 procent en extreem links 2,3 procent. Extreem rechts lijkt zichzelf de das te hebben omgedaan wegens het conflict tussen Jean-Marie Le Pen en diens voormalige tweede man, Bruno Mégret, die drie jaar geleden voor zichzelf is begonnen. Bovendien zijn de resultaten van zes jaar bewind van extreem rechtse burgemeesters in de Zuid-Franse gemeenten Vitrolles, Toulon, Marignage en Orange gewogen en te licht bevonden. In 1995 werden daar Front-burgemeesters gekozen tegen een achtergrond van racisme, stijgende criminaliteit en onveiligheid. Nu heeft extreem rechts alleen Orange in de eerste ronde behouden. In Parijs, Lyon en Toulouse heeft links in de eerste ronde geen absolute overwinning gehaald. Wel is er een gerede kans dat dat zondag gebeurt. Grosso modo staat het dunbevolkte Franse platteland wantrouwig tegenover de politiek. Met name de boeren en boerenarbeiders (circa 3 procent van de beroepsbevolking) wijten hun miserabele bestaan aan de handelingen van de regering en Brussel. Op de een of andere manier slaagde deze kleine maar krachtige groep erin invloed uit te oefenen op de politiek. Geen enkele politicus in Frankrijk kan dan ook de kleine maar machtige agrarische sector negeren. Op een landbouwbeurs in Parijs zag de conservatief Chirac de bui al hangen. Hij poogde zijn linkse premier en rivaal af te snoeven door zich uiterst boervriendelijk op te stellen. Nam een dronk en petste op de billen van de dieren. De boeren die lijden onder de gevolgen van de bse-crisis en de toeslaande mkz-epidemie lieten zich op het verkeerde been zetten. Dat betekende rotte eieren voor Jospin. |