Forum3 maart 2001

Visverbod

Door mr. S. de Jong
Voor het eerst heeft een Nederlandse visser een geldstraf opgelegd gekregen omdat hij het tijdelijke vangstverbod in de Noordzee overtrad. De Europese Commissie wil met het verbod de kabeljauwstand beschermen. Een Britse rechter veroordeelde een Katwijker visser maandagmiddag tot een boete van 105.000 gulden. Dat is weliswaar een zeer zware sanctie, maar gelet op de belangen die op het spel staan terecht.

„De maatregelen zijn drastisch, maar nodig om het kabeljauwbestand voor uitroeiing te behoeden en de toekomst van vissers veilig te stellen”, aldus Europees commissaris voor Landbouw, Landelijke Ontwikkeling en Visserij Franz Fischler bij het bekendmaken van het vangstverbod op 7 februari. „Ik ben blij dat al de betrokken partijen erkennen dat we dringend en aanhoudend actie moeten ondernemen.”

De Britse staatssecretaris van Visserijzaken, Elliot Morley , reageerde verheugd op de veroordeling door de rechter in Lowestoft. „De beschermingszone vormt een cruciaal onderdeel van de conserveringsmaatregelen waarover de Britse visserij en de Europese partners van Groot-Brittannië het eens zijn geworden. De veroordeling is een demonstratie van internationale samenwerking en van het feit dat de maatregelen strikt zullen worden gehandhaafd tegen iedere visser die deze noodmaatregel overtreedt.”

„Onzinnig hoog”, kwalificeert secretaris Gerrit Hiemstra van de Nederlandse Visserijbond de boete. „Brussel heeft de hele discussie over de gesloten gebieden waar een vangstverbod geldt schromelijk overhaast. Nu de maatregel er eenmaal ligt, moet die echter over de gehele Europese Unie gelijk worden toegepast. Hoewel een boete van 20.000 gulden (inclusief inbeslagname van de vis, red.) al veel te hoog is, gaat 105.000 gulden werkelijk alle proporties te buiten. De Britten gaan wel vaker op heksenjacht. Wij voelen soms gewoon aan dat hun controledienst de jacht op Nederlandse kotters weer eens heeft geopend.”

„Formeel gezien is de sanctie terecht”, stelt secretaris Geert Meun van de Federatie van Visserijverenigingen. „Maar gezien allerlei omstandigheden acht ik de hoogte van het bedrag buitenproportioneel. Zou er al sprake zijn van een beoogd schrikeffect, dan kan ik daar helemaal niets mee.”

Even afgezien van de strafmaat, is dr. Adriaan Rijnsdorp van het Nederlands Instituut voor Visserijonderzoek (RIVO) van mening dat de huidige aanpak „geen zoden aan de dijk zet. Gebiedsgerichte maatregelen bieden geen soelaas. Om de visstand te beschermen moet het aantal visdagen worden ingekrompen. Dáár ligt de oplossing.”

„Spierballenvertoon zonder inhoud”, noemt hoofd biodiversiteitscampagnes van Greenpeace Just van den Broek de maatregelen en het daaraan gekoppelde toezicht en de boetes. „De Nederlandse visserij is een welvarende sector. Ze zitten daar vrij goed in de slappe was, zeker vergeleken met andere landen in de Europese Unie. Ze hoeven Nederland maar even plat te leggen en ze krijgen meteen wat ze willen. Als de overheid echt goed voor de visstand had wil zorgen, had ze de quota lager vastgesteld. Of helft van de vloot moet worden gesaneerd, of delen van de Noordzee moeten blijvend dicht. Het sluiten van gebieden, waardoor nu iedereen een klein gebiedje gaat leegvissen en straks iedereen massaal gaat verhuizen, brengt de visstand van de regen in de drup. Het enige wat je met het uitdelen van hoge boetes bereikt is een hoop rumoer zonder inhoud.”

Of mede-eigenaar van de bewuste kotter KW 32 H. van der Duijn uit Katwijk het hiermee helemaal eens is, valt te betwijfelen. In ieder geval is hij zeer verontwaardigd. „Het was weliswaar een domme fout, maar dat er sprake was van een overtreding ontken ik niet. De hoogte van het bedrag is absurd. De schipper is juridisch aansprakelijk. Zo'n boete is hoger dan zijn jaarsalaris. Engeland doet maar raak. Wat stelt de EU dan nog voor? We gaan in hoger beroep. De boete is zo hoog dat we het er rustig op kunnen wagen, al lopen de kosten van de procedure in de duizenden guldens.”

Mr. A. L. A. H. de Muij houdt zich als officier van justitie onder andere bezig met aangelegenheden die de Noordzeevisserij betreffen. „Ik ben onvoldoende bekend met de concrete omstandigheden om een oordeel te durven vellen over de hoogte van de boete. De soort en hoogte van strafmaatregelen zijn een zaak van nationaal belang. Daarover zijn geen afspraken gemaakt in Europees verband. De Engelse rechter zal bij het bepalen van de hoogte van de boete toch een vergelijking maken met soortgelijke zaken. In Nederland hebben we ervoor gekozen met lagere boetes te werken, in combinatie met een grotere pakkans. Vijf keer een boete van 20.000 gulden komt ook neer op een ton.”

Schipper Van Belzen van de ”Jozina” (ARM 4) was een van de vissers die deze week met hunschip de Nieuwe Waterweg blokkeerden, onderdeel van acties om staatssecretaris Faber van Visserij tot compensatie te bewegen voor het visverbod. „Die man had nog niet één keer zijn netten opgehaald. Hij zat er maar een heel klein beetje naast, was net in de verboden zone aangekomen. Belachelijk toch dat hij dan een ton aan z'n broek krijgt? Een minister doet ook wel eens foute dingen, en die hoeft lang niet zo zwaar te boeten.”