NAJK-voorzitter ziet toekomstkansen voor jonge boeren
Direct stoppen met moddergooienDoor H. de Boer KAMERIK De problemen in de Nederlandse land- en tuinbouw gaan zo langzamerhand ook de agrarische jongeren niet in de koude kleren zitten, merkt NAJK-voorzitter Monique Veraart. Krijgen we nog een plek in de maatschappij, werkt de overheid ons niet het land uit? Toch weigert ze somber te zijn over de toekomst. Overheid en sector moeten samen aan de slag. Maar dan wel direct stoppen met moddergooien.
De 29-jarige Veraart hanteert al ruim twee jaar de voorzittershamer van het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt. Een herverkiezing heeft ze net achter de rug, over anderhalf jaar moet ze de fakkel overdragen. Twee keer twee jaar is het maximum. Ik doe het werk graag, maar dan is het ook mooi geweest. Ik ben geen rasbestuurder. Lastig kiezen Samen met haar vader runt de boerendochter een akkerbouwbedrijf van 25 hectare in het West-Brabantse De Heen. Tussen de aardappelen, suikerbieten en witlofwortelen is ze in haar element. Mijn vriend heeft een biologische melkveehouderij in Kamerik. Dat wordt nog lastig kiezen straks. De NAJK telt tussen de 17.000 en 18.000 leden, veelal jonge boeren en boerinnen die óf in maatschap werken met hun ouders óf het bedrijf inmiddels hebben overgenomen. Onze leden komen uit alle sectoren van de Nederlandse land- en tuinbouw. De leeftijd ligt zo tussen de 18 en 35 jaar, aldus Veraart. Belangenbehartiging en bewustwording zijn de kernbegrippen binnen het NAJK. Zo was de jongerenorganisatie vorige maand bij het ministerie van Financiën succesvol als het gaat om schenkings- en successierechten bij overname van bedrijven. Veraart: Door de door ons voorgestelde berekeningsmethode zijn die lasten een stuk lager. Verder is de NAJK actief op het gebied van voorlichting en cursussen. Bijvoorbeeld: biotechnologie komt eraan. Wij proberen objectieve informatie te geven over die ontwikkeling. De commercie toont veelal alleen de voordelen. Crisis Jongeren willen vooruit. Voor jonge boeren en tuinders is dat vandaag de dag een beladen thema. De verschillende sectoren staan voor problemen zoals lage prijzen, toenemende concurrentie en belemmerende overheidsmaatregelen. Ik durf best te spreken over een crisis, aldus Veraart. Zo voelt mijn achterban het althans wel. Dat komt onder meer tot uiting in de maatschapperiodes die steeds langer duren, soms wel vijftien jaar. De bedragen die voor een overname op tafel moeten komen, liggen al snel tussen de 1 en 1,5 miljoen gulden. Daarnaast eisen banken ook nog eens een flink deel eigen vermogen als zekerheid. Op die manier kunnen er spanningen optreden wanneer de jongere generatie eindelijk wel eens haar eigen, soms vooruitstrevende, ideeën in de praktijk wil brengen terwijl de ouderen menen dat ze de touwtjes nog helemaal in handen hebben, stelt Veraart. Door een opeenstapeling van factoren zien jeugdige boeren niet zo veel toekomst in de land- en tuinbouw, merkt de NAJK-voorzitter met name de laatste twee maanden. De stemming is beslist negatief. Een paar oorzaken: de aanhoudend lage prijzen van varkens en verschillende akkerbouwproducten zoals graan en aardappelen, het plan om een hele reeks chemische gewasbeschermingsmiddelen te verbieden, de mestproblematiek en niet in de laatste plaats het moddergevecht tussen landbouwminister Brinkhorst enerzijds en varkensvoorman Wien van den Brink aan de andere kant. Verstand gebruiken Vooral dat laatste demotiveert enorm, vindt Veraart. Van een toekomstgericht beleid is op deze manier weinig merkbaar. Alles loopt vast. Brussel ziet ons als het vieste jongetje van de klas, de minister probeert nieuwe wet- en regelgeving erdoor te drukken en LTO-Nederland loopt weg uit het mestoverleg met de overheid. De boerenorganisatie LTO-Nederland én de minister dienen hun verstand te gebruiken, vindt Veraart. Als verantwoordelijke partij loop je niet weg, zoals nu gebeurt. LTO moet stelling nemen op de plaats waar dat hoort: bij de minister aan tafel. En minister Brinkhorst mag zijn bokkensprongen achterwege laten. Niet met de beschuldigende vinger wijzen. Laat hem de positieve zaken van de agrarische sector maar eens naar voren brengen. Die zijn er genoeg. De rest los je binnenskamers op. Verstandig praten is wat het NAJK betreft de enige oplossing. Veraart: Ik sta op het punt: niemand de schuld, iedereen de schuld. Het is hoog tijd voor een convenant voor alle betrokken partijen, of desnoods een commissie van wijze mensen. Niemand is gebaat bij machtsspelletjes. Daarmee bied je geen toekomstperspectief. Er moet draagvlak zijn in de maatschappij, in de politiek en bij de boeren. Is er dat niet, dan doet niemand moeite om de sector vooruit te helpen. Sterker nog: een boer gooit dan de kont tegen de krib, als we niet oppassen. De agrarische jongerenorganisatie praat morgen nog eens met de minister. Dat is een informele ontmoeting, aldus Veraart. We willen hem wijzen op de aangeslagen stemming. Het NAJK heeft het idee dat Brinkhorst niet weet wat er echt leeft op bedrijfsniveau. Toekomstvisie Veraart vindt het vervelend dat het imago van de Nederlandse agrarische sector een deuk heeft opgelopen door het vele gesteggel. En dat terwijl we zo veel te bieden hebben. Ze verwijst naar een toekomstvisie die begin dit jaar het licht zag. In februari 2000 zullen de NAJK-leden zich hierover uitspreken. De visie, Agri-toekomst in beeld, gaat bijvoorbeeld over boeren en tuinders die gezond en veilig voedsel produceren, wat op dit moment vanuit de kritische consumentenhoek gezien een hot item is. Veraart: Wij stellen voor agrosmiles op producten te plakken. Hoe meer smiles, hoe duurzamer er is geproduceerd. Op die manier kan de consument goed kiezen. De toekomstvisie besteedt verder aandacht aan zaken als bedrijfsovernames, dierenwelzijn, melkrobots, diergezondheid, boerderijcampings, ondernemerschap, satellieten, energiezuinige kassen, een aantrekkelijk boerenlandschap en voercomputers. De NAJK is van mening dat de agrarische sector gebaat is bij diversiteit. Zou je alleen bollentelers hebben, dan zijn al die bloemen wel een mooi gezicht, maar op den duur zou het bestrijdingsmiddelenverhaal gaan overheersen. Geen goed voorbeeld dus, aldus Veraart. Zij hecht aan cirkels: Bedrijven hebben elkaar nodig. De akkerbouwer huurt weiland van de veehouder, de varkensboer brengt mest op het land van de akkerbouwer. Aanpassen De land- en tuinbouw heeft ook in Nederland toekomst, vindt Veraart. Er is vanuit de maatschappij een toenemende vraag naar rust, ruimte en groen. Dan hebben wij als boeren best wat te bieden. Als landschapsbeheerder, maar tegelijkertijd ook als ondernemer die zijn brood moet verdienen. Jonge boeren zullen zich volgens de NAJK-voorzitter moeten aanpassen. Schaalvergroting is niet altijd de oplossing. Wie in het Groene Hart zit, moet eerder denken aan streekproducten of bijvoorbeeld agrotoerisme. Ze is niet bang dat de nieuwe generatie agrariërs die stap niet durft zetten. Jonge boeren staan juist meer open voor veranderingen dan hun ouders, al is een goede begeleiding nodig. Die helpende hand kan het NAJK bieden, vindt Veraart. Een boer redt het niet als individu, hij is gebaat bij een netwerk. Ze betreurt het dat de overheid dat niet altijd inziet. Een subsidie van 425.000 gulden van het ministerie van VWS voor de NAJK vervalt volgend jaar. We hopen nu op 2,5 ton van het ministerie van Landbouw. Een meerderheid in de Tweede Kamer zegt hiervoor te stemmen bij het debat over de landbouwbegroting. |